Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
‘schenden’van een ambtsgeheim in de zin van artikel 272 van het Wetboek van Strafrecht. Verdachte heeft immers enkel de systemen geraadpleegd en deze informatie niet met anderen gedeeld. Gelet hierop dient verdachte te worden vrijgesproken van het primair ten laste gelegde feit.
verplicht is het te bewaren, opzettelijk schendt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar of geldboete van de vierde categorie” .
schenden” wordt gebruikt. In de Memorie van Toelichting bij dit wetsartikel valt te lezen dat dit werkwoord juister leek dan de voorheen gebruikte term “
bekendmaken”. [6] Aldus heeft de wetgever een bewuste keuze gemaakt de strafbaarstelling ruimer te maken dan het enkele ‘bekendmaken’.
De ambtenaar van politie of de persoon aan wie politiegegevens ter beschikking zijn gesteld is verplicht tot geheimhouding daarvan behoudens voor zover een bij of krachtens de wet gegeven voorschrift tot verstrekking verplicht, de bepalingen van paragraaf 3 verstrekking toelaten of de politietaak in bijzondere gevallen tot verstrekking noodzaakt.”
3.Bewezenverklaring
op een of meer tijdstippenin de periode van 15 mei 2015 tot en met 9 september 2016 te Zevenaar,
in elk geval in Nederland, (telkens
)een geheim waarvan zij wist
en/of redelijkerwijs moest vermoedendat zij uit hoofde van haar ambt van wachtmeester der Koninklijke Marechaussee
en/of wettelijk voorschrift, te weten artikel 7 van de Wet Politiegegevens,verplicht was het te bewaren, opzettelijk heeft geschonden, immers heeft verdachte
(telkens
)
(geautomatiseerde
)bedrijfsprocessen systeem van de politie/KMar informatie over
strafrechtelijke onderzoeken en/of informatie en/ofpersoonsgegevens en
/ofcontactgegevens van personen bevraagd en/of opgezocht en/of uit dat systeem gehaald voor eigen privé gebruik;
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid de feiten
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.Overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel
8.De toegepaste wettelijke bepalingen
9.De beslissing
taakstrafgedurende
38 (achtendertig) uren, met bevel dat indien deze straf niet naar behoren wordt verricht vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 19 (negentien) dagen;
niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, wegens niet nakoming voor het einde van de proeftijd die op
twee jarenwordt bepaald van de voorwaarde, te weten: