ECLI:NL:RBGEL:2018:865
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid van bestuurder voor onbetaalde vorderingen na ontbinding vennootschap
In deze zaak vorderde eiser, vertegenwoordigd door advocaat mr. A.A. Bart, betaling van openstaande facturen door gedaagde, die als middellijk bestuurder en vereffenaar van de vennootschap [naam C] fungeerde. Eiser had een overeenkomst van opdracht met [naam C] en had in de periode van 2014 tot 2015 17 facturen verzonden, die onbetaald bleven. Eiser had eerder een verstekvonnis verkregen tegen [naam C], maar kon dit niet executeren omdat de vennootschap was ontbonden en uitgeschreven door de Kamer van Koophandel wegens het niet deponeren van jaarrekeningen. Gedaagde werd verweten zijn boekhoudplicht te hebben verzaakt en de vereffening niet ter hand te hebben genomen. De rechtbank oordeelde dat gedaagde onrechtmatig had gehandeld door zijn verantwoordelijkheden als bestuurder en vereffenaar niet na te komen, waardoor eiser schade had geleden. De rechtbank wees de vordering van eiser toe en veroordeelde gedaagde tot betaling van het bedrag dat [naam C] verschuldigd was, vermeerderd met rente en proceskosten.