Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
- het slachtoffer een ingreep – het rechtzetten van de neus – heeft moeten ondergaan,
- de pijn en de klachten van [slachtoffer 1] lang hebben aangehouden,
- zij drie weken niet heeft kunnen werken en het herstel van de gebroken neus traag is verlopen.
(de rechtbank begrijpt: in Nijmegen). Op dat moment kwam er een man in de richting van [slachtoffer 1] gelopen. Deze man pakte [slachtoffer 1] in het voorbijgaan in haar kruis. Zij voelde de hand van de man tussen haar benen. Zij voelde dat hij in haar vagina kneep. [slachtoffer 1] zei daarop tegen de man: “waarom raak je me aan, dat vind ik niet fijn”. De man liep terug in haar richting en stak zijn twee handen vooruit ter hoogte van haar borsten. Hij greep met zijn rechterhand richting de borst van [slachtoffer 1] . Zij sloeg daarop zijn handen weg. Op dat moment sloeg de man haar met gebalde vuist in haar gezicht. Hij raakte haar vol op haar neus. [slachtoffer 1] voelde daardoor veel pijn. Zij voelde bovendien dat haar neus scheef stond. [2]
3.Bewezenverklaring
of omstreeks19 juli 2016 te Nijmegen, door geweld of een andere feitelijkheid
en/of bedreiging met geweld of een andere feitelijkheid,te weten het onverhoeds
duwen/drukken/brengen van zijn, verdachtes, hand tussen de benen en
/ofin het kruis [slachtoffer 1] heeft gedwongen tot het
plegen en/ofdulden van een
of meerontuchtige handeling
en, te weten het onverhoeds
aanraken en/ofbetasten
en/of bevoelenvan
de vagina, althansde schaamstreek;
of omstreeks19 juli 2016 te Nijmegen [slachtoffer 1] heeft mishandeld door voornoemde [slachtoffer 1] krachtig met zijn, verdachtes, vuist
in/tegen het gezicht te slaan
en/of te stompen,
terwijl het feit zwaar lichamelijk letsel, te weten een gebroken neus ten
of omstreeks19 juli 2016 te Nijmegen, door geweld of een andere feitelijkheid
en/of bedreiging met geweld of een andere feitelijkheid, te weten het onverhoeds aan
/bijde kleding vastpakken en
/of (vervolgens
)krachtig de kleding uit- en
/ofstuktrekken [slachtoffer 2] heeft gedwongen tot het
plegen en/ofdulden van een
of meerontuchtige handeling
en, te weten het onverhoeds ontbloten van haar borsten;
of omstreeks19 juli 2016 te Nijmegen [slachtoffer 2] heeft mishandeld door voornoemde [slachtoffer 2] krachtig
één ofmeermalen
op/tegen dier gezicht te slaan en
/of te stompen en/of (vervolgens
)krachtig aan dier haren te trekken.
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van het feit
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.Overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel
- feiten 1 en 2: [slachtoffer 1] , € 1.000,- immateriële schade te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 19 juli 2016;
- feiten 3 en 4: [slachtoffer 2] , € 1.860,98 (bestaande uit € 360,98 materiële schade en € 1.500,- immateriële schade) te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 19 juli 2016.
8.De toegepaste wettelijke bepalingen
9.De beslissing
gevangenisstrafvoor de duur van
2 (twee) maanden;
niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, wegens niet nakoming van na te melden voorwaarde voor het einde van de proeftijd die op drie jaren wordt bepaald;
werkstrafgedurende
180 (honderdtachtig) uren, met bevel dat indien deze straf niet naar behoren wordt verricht vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 90 (negentig) dagen;
- veroordeelt verdachte ten aanzien van feiten 1 en 2 tot betaling van
- legt aan veroordeelde de
- bepaalt dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
- veroordeelt verdachte ten aanzien van feiten 3 en 4 tot betaling van
- verklaart de
- legt aan veroordeelde de
- bepaalt dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.