Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
3.Bewezenverklaring
of omstreeks14 augustus 2018 in Zutphen
in elk geval in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan [slachtoffer 1] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen,
een ofmeermalen met een mes,
althans enig scherp en/of puntig voorwerp,van korte afstand, stekende en/of hakkende en/of snijdende bewegingen in (de richting van) het
of omstreeks14 augustus 2018 in Zutphen
in elk geval in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om [slachtoffer 2] opzettelijk van het leven te beroven,
een of meermalenonverhoeds, van een korte afstand, met een mes,
althans enig scherp en/of puntig voorwerp,
naar/in (de richting van) de hals(streek) van voornoemde [slachtoffer 2] heeft
en/of geslagen, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de feiten
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.Overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel
8.De toegepaste wettelijke bepalingen
9.De beslissing
gevangenisstrafvoor de duur van
4 (vier) jaren;
- bepaalt, dat een gedeelte van de gevangenisstraf groot
- de algemene voorwaarden dat de veroordeelde:
schadevergoedingaan de
benadeelde partij[slachtoffer 1] , van een bedrag van
€ 1.145,-(duizend honderdvijfenveertig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 14 augustus 2018 tot aan de dag der algehele voldoening en met betaling van de kosten van het geding en de tenuitvoerlegging door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
benadeelde partij [slachtoffer 1] voor het overige niet-ontvankelijkin haar vordering;
verplichtingop
om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij [slachtoffer 1] , van een bedrag van
€ 1.145,-(duizend honderdvijfenveertig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 14 augustus 2018 tot aan de dag der algehele voldoening, met bepaling dat bij gebreke van betaling en verhaal van de hoofdsom 21 dagen hechtenis zal kunnen worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
schadevergoedingaan de
benadeelde partij[slachtoffer 2] , van een bedrag van
€ 2.560,-(tweeduizendvijfhonderdzestig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 14 augustus 2018 tot aan de dag der algehele voldoening en met betaling van de kosten van het geding en de tenuitvoerlegging door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
benadeelde partij [slachtoffer 2] voor het overige niet-ontvankelijkin haar vordering;
verplichtingop
om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij [slachtoffer 2] , een bedrag
te betalen van € 2.560,-(tweeduizendvijfhonderdzestig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 14 augustus 2018 tot aan de dag der algehele voldoening, met bepaling dat bij gebreke van betaling en verhaal van de hoofdsom 35 dagen hechtenis zal kunnen worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;