ECLI:NL:RBGEL:2018:5193

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
5 december 2018
Publicatiedatum
6 december 2018
Zaaknummer
05/880959-18
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Gevangenisstraf voor heling van gestolen auto en drugshandel met vrijspraak voor woningoverval

Op 5 december 2018 heeft de Rechtbank Gelderland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van heling van een gestolen auto en handel in hard- en softdrugs. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 18 maanden. De zaak kwam voort uit een woningoverval op 3 november 2017 in Malden, waarbij de verdachte en medeverdachten betrokken waren. De verdachte werd vrijgesproken van de woningoverval, maar de rechtbank oordeelde dat hij zich schuldig had gemaakt aan opzetheling van de auto die bij de overval was gestolen. De auto werd op 7 november 2017 aangetroffen in een parkeergarage in Nijmegen. De rechtbank concludeerde dat de verdachte op de hoogte was van de diefstal en betrokken was bij de verkoop van de auto. Daarnaast werd bewezen dat de verdachte in de periode van 1 april 2017 tot en met 17 april 2018 samen met anderen cocaïne, heroïne en hasj heeft verkocht. De rechtbank hield rekening met de ernst van de feiten en de rol van de verdachte in de drugshandel, wat leidde tot de opgelegde gevangenisstraf.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Arnhem
Parketnummer : 05/880959-18
Datum uitspraak : 5 december 2018
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie bij het arrondissementsparket Oost-Nederland
tegen
[verdachte] ,
geboren op [geboortedag] 1991 te [geboorteplaats] ,
wonende aan het [adres 1] , te [woonplaats] ,
doch thans gedetineerd te P.I. Arnhem - HvB Arnhem Zuid te Arnhem,
raadsman: mr. K.H.T. van Gijssel, advocaat te Amsterdam.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 12 september 2018 en 21 november 2018.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is, na een toegewezen vordering nadere omschrijving en wijziging tenlastelegging, ten laste gelegd dat:
1.
hij op of omstreeks 3 november 2017, te Malden, in de gemeente Heumen, in een
woning gelegen aan de [adres 2] , tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen
een (dames) tas en/of (ongeveer) 10 zonnebrillen (ondermeer van de merken Tom
Ford, Rayban, Cartier, Dolce&Gabbana) en/of een mobiele telefoon (merk Iphone
6) en/of een (grote) hoeveelheid zilveren miniatuur beeldjes en/of meerdere
halskettingen en/of een lederen (weekend)tas en/of meerdere tassen (voorzien
van de tekst " [naam 1] ") en/of een horloge (merk Rolex) en/of een
ketting (merk Tiffany) en/of 3 gouden armbanden (merk Chariot) en/of 160 Euro
en/of een huistelefoon (Giga) en/of een sjaal (merk Pashima) en/of een
personenauto (merk [automerk] , voorzien van het kenteken
[kenteken] ) en/of de autosleutel van voornoemde personenauto, in elk geval enig
goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer] (74 jaar oud), in elk geval
aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of
bedreiging met geweld tegen voornoemde [slachtoffer] , gepleegd met het oogmerk om die
diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping
op heterdaad aan zichzelf en/of aan (een) andere deelnemer(s) aan voormeld
misdrijf de vlucht mogelijk te maken en/of het bezit van het gestolene te
verzekeren,
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en), dat hij
verdachte en/of zijn mededader(s),
- voorzien van een pistool, in ieder geval een op een vuurwapen gelijkend voorwerp en/of handschoenen en/of (een) bivakmuts(en), in ieder geval gezichtsbedekkende kleding en/of tie-wraps en/of tape naar voornoemde woning is/zijn gegaan en/of
- bij deze woning heeft/hebben aangebeld en/of aan voornoemde [slachtoffer] heeft/hebben gevraagd of ze een bal uit de tuin mochten halen en/of
- ( direct na het betreden van de woning) op die [slachtoffer] is/zijn afgerend en/of die [slachtoffer] (vervolgens) met kracht heeft/hebben geduwd (waardoor die [slachtoffer] hard ten val kwam) en/of
- dat pistool aan die [slachtoffer] heeft/hebben getoond en/of
- die [slachtoffer] meermalen, in ieder geval éénmaal, hardhandig op de grond heeft/hebben geduwd en/of hardhandig in een stoel heeft/hebben gezet/geduwd en/of gezet gehouden en/of
- met tape de mond van die [slachtoffer] heeft/hebben afgeplakt en/of tape om de enkels van die [slachtoffer] heeft/hebben gedaan en/of
- aan die [slachtoffer] heeft/hebben gevraagd waar de sleutels van de kluis waren, in ieder geval woorden van gelijke aard en/of strekking en/of
- die [slachtoffer] heeft/hebben meegenomen en/of geduwd naar de kelder van voornoemde
woning en/of
- tegen die [slachtoffer] heeft/hebben gezegd dat ze geld wilden hebben, in ieder geval woorden van gelijke aard en/of strekking en/of
- dat pistool heeft/hebben doorgeladen, in ieder geval de slede (bovenkant) van dat pistool naar achteren heeft/hebben getrokken en/of
- ( vervolgens) dat pistool op/tegen het hoofd van die [slachtoffer] heeft/hebben gezet en/of gezet gehouden en/of
- ( wederom) tegen die [slachtoffer] heeft/hebben gezegd dat ze geld wilden hebben, in ieder geval woorden van gelijke aard en/of strekking en/of
- tegen die [slachtoffer] heeft/hebben gezegd dat ze in de kelder moest blijven, in ieder geval woorden van gelijke aard en/of strekking en/of
- aan die [slachtoffer] heeft/hebben gevraagd waar de autosleutels waren en/of
- de deur van de kelderruimte heeft/hebben afgesloten (terwijl die [slachtoffer] zich nog in die ruimte bevond) en/of (vervolgens) de sleutel uit het slot van die deur heeft/hebben gehaald/getrokken;
althans, indien het vorenstaande onder 1 niet tot een veroordeling leidt:
[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] op of omstreeks 3 november 2017, te Malden, in de gemeente Heumen, in een woning gelegen aan de [adres 2] , tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een (dames) tas en/of (ongeveer) 10 zonnebrillen (ondermeer van de merken Tom
Ford, Rayban, Cartier, Dolce&Gabbana) en/of een mobiele telefoon (merk Iphone 6) en/of een (grote) hoeveelheid zilveren miniatuur beeldjes en/of meerdere halskettingen en/of een lederen (weekend)tas en/of meerdere tassen (voorzien van de tekst " [naam 1] ") en/of een horloge (merk Rolex) en/of een ketting (merk Tiffany) en/of 3 gouden armbanden (merk Chariot) en/of 160 Euro en/of een huistelefoon (Giga) en/of een sjaal (merk Pashima) en/of een
personenauto (merk [automerk] , voorzien van het kenteken [kenteken] ) en/of de autosleutel van voornoemde personenauto, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer] (74 jaar oud), in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen voornoemde [slachtoffer] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan (een) andere deelnemer(s) aan voormeld misdrijf de vlucht mogelijk te maken en/of het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en), dat hij verdachte en/of zijn mededader(s),
- voorzien van een pistool, in ieder geval een op een vuurwapen gelijkend voorwerp en/of handschoenen en/of (een) bivakmuts(en), in ieder geval gezichtsbedekkende kleding en/of tie-wraps en/of tape naar voornoemde woning is/zijn gegaan en/of
- bij deze woning heeft/hebben aangebeld en/of aan voornoemde [slachtoffer] heeft/hebben gevraagd of ze een bal uit de tuin mochten halen en/of
- ( direct na het betreden van de woning) op die [slachtoffer] is/zijn afgerend en/of die [slachtoffer] (vervolgens) met kracht heeft/hebben geduwd (waardoor die [slachtoffer] hard ten val kwam) en/of - dat pistool aan die [slachtoffer] heeft/hebben getoond en/of
- die [slachtoffer] meermalen, in ieder geval éénmaal, hardhandig op de grond heeft/hebben geduwd en/of hardhandig in een stoel heeft/hebben gezet/geduwd en/of gezet gehouden en/of
- met tape de mond van die [slachtoffer] heeft/hebben afgeplakt en/of tape om de enkels van die [slachtoffer] heeft/hebben gedaan en/of - aan die [slachtoffer] heeft/hebben gevraagd waar de sleutels van de kluis waren, in ieder geval woorden van gelijke aard en/of strekking en/of
- die [slachtoffer] heeft/hebben meegenomen en/of geduwd naar de kelder van voornoemde
woning en/of
- tegen die [slachtoffer] heeft/hebben gezegd dat ze geld wilden hebben, in ieder geval woorden van gelijke aard en/of strekking en/of
- dat pistool heeft/hebben doorgeladen, in ieder geval de slede (bovenkant)
van dat pistool naar achteren heeft/hebben getrokken en/of
- ( vervolgens) dat pistool op/tegen het hoofd van die [slachtoffer] heeft/hebben gezet en/of gezet gehouden en/of
- ( wederom) tegen die [slachtoffer] heeft/hebben gezegd dat ze geld wilden hebben, in ieder geval woorden van gelijke aard en/of strekking en/of
- tegen die [slachtoffer] heeft/hebben gezegd dat ze in de kelder moest blijven, in ieder geval woorden van gelijke aard en/of strekking en/of
- aan die [slachtoffer] heeft/hebben gevraagd waar de autosleutels waren en/of
- de deur van de kelderruimte heeft/hebben afgesloten (terwijl die [slachtoffer] zich nog in die ruimte bevond) en/of (vervolgens) de sleutel uit het slot van die deur heeft/hebben gehaald/getrokken,
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf verdachte op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 3 november 2017 tot en met 10 november 2017, in de gemeente Nijmegen, in ieder geval in Nederland,
opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft en/of opzettelijk behulpzaam is geweest door
- zijn, verdachtes, telefoon ter beschikking te stellen en/of mee te werken aan het wegsluizen van voornoemde personenauto en/of overige goederen van de buit en/of
- het verlenen van overige hand- en spandiensten;
en/of
hij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 3 november 2017 tot en met 17 april 2018 in de gemeente Nijmegen, in ieder geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal één of meer goederen te weten een personenauto (merk [automerk] , voorzien van het kenteken [kenteken] ) en/of de autosleutels van voornoemde personenauto en/of meerdere sieraden en/of één of meer tas(sen) en/of één of meerdere zilveren miniatuur beeldjes en/of een zakje met juwelen en/of één of meerdere zonnebrillen en/of één of meerdere horloges en/of één of meerdere armbanden heeft verworven, voorhanden gehad en/of overgedragen, terwijl hij en zijn mededader(s) (telkens) ten tijde van de verwerving of het voorhanden krijgen van deze goederen wist(en), in ieder geval redelijkerwijs had(den) moeten vermoeden dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
2.
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 april 2017 tot en met 17 april 2018, in de gemeente Nijmegen en/of Wijchen, in ieder geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, meermalen, in ieder geval éénmaal, (telkens) opzettelijk heeft verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt aan onder meer [getuige 1] en/of [getuige 2] en/of [getuige 3] en/of [getuige 4] en/of overige onbekende personen en/of heeft vervoerd, in elk geval (telkens) opzettelijk aanwezig heeft gehad, een hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne en/of heroïne, zijnde cocaïne en/of heroïne, (telkens) (een) middel(en) als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I;
3.
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 april 2017 tot en met 17 april 2018, in de gemeente Nijmegen, in ieder geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, meermalen, in ieder geval éénmaal, (telkens) opzettelijk heeft verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd, in elk geval (telkens) opzettelijk aanwezig heeft gehad, een hoeveelheid van een materiaal bevattende (een) middel(en) als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II, te weten een middel, cannabis/hennep/hasjiesj;
4.
hij op of omstreeks 30 mei 2018 in de gemeente Nijmegen opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 0,59 gram cocaïne, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne, zijnde cocaïne een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I.

2.Overwegingen ten aanzien van het bewijs

Feit 1
De feiten
Op grond van de bewijsmiddelen wordt het volgende, dat verder ook niet ter discussie staat, vastgesteld.
Op 3 november 2017 is er tussen omstreeks 19:30 uur en 20:30 uur aan de [adres 2] te Malden een woningoverval gepleegd, waarbij onder andere een [automerk] met het kenteken [kenteken] en de sleutel hiervan zijn weggenomen. [2] Deze [automerk] is op 7 november 2017 aangetroffen in een parkeergarage gelegen aan de [straatnaam] te Nijmegen. [3]
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat verdachte dient te worden vrijgesproken van de woningoverval en dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de heling van de auto, zoals subsidiair tenlastegelegd.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat verdachte integraal dient te worden vrijgesproken. Over de subsidiair tenlastegelegde heling heeft de verdediging hiertoe opgemerkt dat niet uit de bewijsmiddelen volgt dat verdachte feitelijke zeggenschap had over de gestolen [automerk] . Verdachte is enkel in de garage geweest waar de [automerk] stond.
Beoordeling door de rechtbank
De politie heeft onderzoek gedaan naar de verkeersgegevens van de gestolen [automerk] . Hieruit volgt dat op 3 november 2017 de [automerk] in ieder geval om 22:01:26 uur onder het bereik viel van de zendmast aan de Vlietstraat 22 in Nijmegen. Op 4 november 2017 omstreeks 12:12 uur viel de [automerk] onder het bereik van de zendmast aan de Groenestraat 336 in Nijmegen. Daarnaast heeft de [automerk] op 5 november en 7 november 2017 op verschillende tijdstippen de zendmast aan het Stationsplein 29 in Nijmegen aangestraald. Al deze zendmasten geven onder meer dekking aan de [straatnaam] in Nijmegen. [4] Gelet op deze verkeersgegevens en het feit dat de auto op 7 november 2017 in de [straatnaam] is aangetroffen, stelt de rechtbank vast dat de [automerk] sinds de avond van de woningoverval tot aan 7 november 2017 constant in de parkeergarage in de parkeergarage aan de [straatnaam] heeft gestaan.
Verdachte heeft verklaard dat hij weleens slaapt op de [adres 1] te Nijmegen, waar zijn vrouw [naam 2] woont. [5] [medeverdachte 1] heeft verklaard dat [verdachte] samen met [naam 2] aan de [straatnaam] woonde. [6]
[getuige 5] heeft verklaard dat hij op 7 november 2017 werd gebeld door [medeverdachte 2] , die zei dat hij hem nodig had. Hij werd opgehaald door een auto waarin [medeverdachte 2] , [medeverdachte 1] en verdachte zaten. In de auto vroeg [medeverdachte 1] aan [getuige 5] of hij geld wilde verdienen door een auto weg te brengen. Ze kwamen met zijn vieren in de parkeergarage aan waar de gestolen auto stond. [medeverdachte 1] had de sleutel van de auto. Uiteindelijk kwam de politie en zijn [medeverdachte 2] , verdachte en [medeverdachte 1] weggerend. [7] [medeverdachte 1] heeft verklaard dat hij op 7 november 2017 in de parkeergarage aan de [straatnaam] was, waarbij onder andere verdachte, [medeverdachte 2] en [getuige 5] aanwezig waren. Ze waren hier om de verkoop van de auto te regelen. Hij heeft [verdachte] nog zien praten met de potentiële kopers. [8] Uit deze verklaringen volgt naar het oordeel van de rechtbank dat verdachte bij de verkoop van deze gestolen auto betrokken was en dat hij wist dat de auto gestolen was.
Uit de omstandigheden dat de [automerk] vrijwel meteen na de woningoverval naar de parkeergarage gelegen aan de [straatnaam] is gebracht en hier dagenlang heeft gestaan, verdachte in een appartement aan de [straatnaam] woont en hij betrokken was bij de verkoop van de auto, volgt naar het oordeel van de rechtbank dat verdachte beschikkingsmacht over de auto had op het moment dat deze in de garage geparkeerd stond. Ook heeft de rechtbank gelet hierop de overtuiging dat verdachte vanaf het moment dat hij de auto ter beschikking had, vlak na de woningoverval, wist dat deze van misdrijf afkomstig was. De rechtbank acht dan ook bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan opzetheling van de [automerk] . Hij heeft dit feit in vereniging met [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] gepleegd, nu zij ook bij de verkoop van de auto betrokken waren en [medeverdachte 1] de sleutel van de auto had. De rechtbank acht opzetheling van de andere in de tenlastelegging genoemde goederen niet bewezen, nu niet uit het dossier volgt dat verdachte deze goederen voorhanden heeft gehad.
Feiten 2 en 3
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat het tenlastegelegde kan worden bewezen.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft gesteld dat verdachte zich in de periode van 20 november 2017 tot 17 april 2018 slechts in beperkte mate heeft bezig gehouden met de verkoop van hard- en softdrugs. Volgens de verdediging is er onvoldoende bewijs dat verdachte voor 20 november 2017 in verdovende middelen heeft gehandeld. Ten aanzien van de afnemers [getuige 1] , [getuige 2] , [getuige 3] en [getuige 4] heeft de verdediging verzocht om vrijspraak.
Beoordeling door de rechtbank
Op 1 april 2017 is verdachte in Nijmegen gezien toen hij in een auto zat met drie inzittenden, waarbij een zakje uit het raam werd gegooid. Uiteindelijk is verdachte aangehouden en zijn bij hem vier telefoons, € 764,50 in duidelijke deal coupures en 13 ponypacks aangetroffen. [9] In een Nokia telefoon die toen onder verdachte in beslag is genomen, is naar 96 contactpersonen het volgende bericht gestuurd:
“Hee heb weer goeie acties 3 Aatjes voor 130 en ander half A 65 en 2 Btjes voor 70 ander half B 50 en goeie kwaliteit 24 uur service jullie kennen me [naam 3] .” [10]
Op 20 november 2017 is verdachte in Nijmegen aangehouden. In zijn zakken zaten op dat moment een geldbedrag van € 945,- en een zakje met zeven pillen, twee bolletjes wit en vier sealtjes wit. [11] Verdachte heeft verklaard dat dit XTC-pillen en cocaïne betrof. [12]
Op 11 april 2018 is verdachte wederom in Nijmegen aangehouden en bezat hij 26 bolletjes met een witte substantie, een wikkel en een grote bol witte poedervormige substantie. [13] Verdachte heeft verklaard dat dit cocaïne betrof en dat het van hem was. [14]
Op 30 mei 2018 zijn er aan de [adres 1] te Nijmegen 17 telefoons, snowseals en twee verpakkingen in beslag genomen. [15] Na onderzoek bleek in de verpakkingen 0,59 gram cocaïne te zitten. [16] Verdachte heeft verklaard dat deze drugs van hem is. [17]
[medeverdachte 1] heeft verklaard dat hij en verdachte hebben samengewerkt als drugsdealer voor ongeveer vijf tot zes maanden. Toen hun samenwerking stopte, is verdachte gaan samenwerken met [medeverdachte 2] . [18] [medeverdachte 1] en verdachte werkten niet meer samen nadat ze samen naar Marokko waren geweest in de zomervakantie van 2017. [19]
[medeverdachte 2] heeft verklaard dat hij cocaïne, heroïne en hasj verkocht en dat een halve gram cocaïne bij hem 20 tot 25 euro kostte en een hele gram ongeveer 50 euro. Daarnaast heeft hij verklaard dat hij een plak hasj had liggen voor de verkoop. [20]
Het telefoonnummer [telefoonnummer 1] is volgens zijn eigen verklaring van verdachte zelf [21] en het telefoonnummer [telefoonnummer 2] werd wisselend door [medeverdachte 2] en verdachte gebruikt. [22] Gelet hierop zijn naar de overtuiging van de rechtbank onderstaande gesprekken, gevoerd met de hierboven genoemde telefoonnummers, gesprekken tussen verdachte en [medeverdachte 2] , die in dit geval gebruik maakte van het telefoonnummer [telefoonnummer 2] .
 Gesprek op 7 maart 2018. Verdachte wordt in het gesprek ‘NNman’ genoemd.
“ [medeverdachte 2] : Luister dan, die [naam 4] heeft gebeld en niemand neemt op.
NNman: Hoe bedoel je?
[medeverdachte 2] : Voor de neus. Regel iets voor de neus.
NNman: Ooh zo. Hoeveel wil hij hebben?
[medeverdachte 2] : 30
NNman: Is goed. Ik ga die pakken.” [23]
 Gesprek op 24 maart 2018.
“ [medeverdachte 2] zegt, hij zei tegen mij dat hij twee nodig heeft, 50.
[verdachte] vraagt twee van vijftig?
[medeverdachte 2] zegt, ja zo iets zei ie. Hij komt in ieder geval hiernaartoe.
[verdachte] vraagt, voor de neus.
[medeverdachte 2] zegt, ja want hij doet normaal geen neus
(…)
[verdachte] zegt ik kom er aan” [24]
 Gesprek op 25 maart 2018.
“ [verdachte] : die zakjes met blauw er omheen is dat NTV (…)
[medeverdachte 2] : Nee 30
[verdachte] : Is dat allemaal 30?
[medeverdachte 2] : Ja
[verdachte] : ken niet brother wat jij doet, dat kan niet, dat kan niet, alleen maar 30 zijn over dat ken niet, dat ken niet
(…)
[verdachte] : 1 NTV over moet allemaal puur gemaakt worden snap je?”
[medeverdachte 2] : wat bedoel je ken niet?
[verdachte] : Dat je dat volgende keer niet meer moet doen. begrijp je.” [25]
 Gesprek op 29 maart 2018. Verdachte wordt in het gesprek ‘NNM 8766’ genoemd.
“NNM 8766 die ene plak die ik jou gaf he?
[medeverdachte 2] watte?
NNM 8766 die plak.. die hasj die hasj.. ja
[medeverdachte 2] die grote?
NNM 8766 ja die in de ntv
[medeverdachte 2] in de schuur?” [26]
 Gesprek op 30 maart 2018.
“ [verdachte] zegt dat hij spullen bij [medeverdachte 2] komt halen.
[verdachte] zegt dat hij wat bij [medeverdachte 2] komt pakken en dan naar Zwanenveld moet
[medeverdachte 2] zegt is goed hoeveel moet je hebben.
[verdachte] zegt, 1 van 25.
[medeverdachte 2] vindt het goed.” [27]
De volgende gesprekken hebben plaatsgevonden tussen verdachte (telefoonnummer [telefoonnummer 1] ) [28] en het telefoonnummer [telefoonnummer 3] , welk nummer blijkens onderzoek door de politie van [naam 5] is. [29]
 Gesprek op 22 maart 2018. [naam 5] wordt in het gesprek “NN” genoemd.
´ [verdachte] vraagt, heb je daar 20 euro snuiven.
NN zegt van niet.
[verdachte] zegt, ga het dan bij [naam 6] halen. Ik heb het al tegen [naam 6] gezegd. Ga het halen en naar de stad brengen, centrum.
NN zegt is goed.” [30]
 Gesprek op 10 april 2018. [naam 5] wordt in het gesprek “NN” genoemd.
“ [verdachte] vraagt waar de bruin is.
NN zegt wacht 1 seconden.
(…)
NN vraagt of [verdachte] naar bruin vroeg. Dat is het geval.
NN vraagt hoeveel. [verdachte] zegt dat NN 20 euro bruin moet pakken en nu naar [naam 7] toe gaan.” [31]
 Gesprek op 12 april 2018. [naam 5] wordt in het gesprek “NN” genoemd.
“ [verdachte] vraagt of NN naar [naam 8] kan gaan. NN zegt dat hij geen vervoer heeft en hij heeft geen scooter.
[verdachte] zegt stuur [naam 6] daarheen dan. Hij wil 2 bruin en 1 wit.
NN zegt ja is goed” [32]
Gelet op voorgaande bewijsmiddelen acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte eerst samen met [medeverdachte 1] en vervolgens samen met [medeverdachte 2] en [naam 5] in de periode van 1 april 2017 tot en met 17 april 2018 cocaïne, heroïne en hasj heeft verkocht. Hierbij hecht de rechtbank betekenis aan het feit dat verdachte verschillende keren is aangehouden en hierbij telkens (grote) hoeveelheden verdovende middelen, meerdere telefoons en daarnaast ook grote geldbedragen onder zich had. Verder volgt naar het oordeel van de rechtbank uit de genoemde tapgesprekken dat [verdachte] zijn broertjes [medeverdachte 2] en [naam 5] opdrachten heeft gegeven om drugs naar anderen toe te brengen en is hij soms ook zelf drugs komen ophalen bij [medeverdachte 2] . Dat zij hier over drugs spraken blijkt behalve termen als ‘bruin’, ‘wit’ en ‘iets voor de neus’, ook uit de bedragen die genoemd werden, nu deze bedragen aansluiten bij hetgeen [medeverdachte 2] volgens zijn eigen verklaring voor drugs vroeg. Tot slot acht de rechtbank de verklaring van [medeverdachte 1] van belang. Gelet op de verklaring van [medeverdachte 1] en de aanhouding van verdachte op 1 april 2017, acht de rechtbank ook de gehele tenlastegelegde periode bewezen.
Afnemers
[getuige 1] , wonende te Wijchen heeft op 31 juli 2018 verklaard dat hij sinds februari 2018 cocaïne koopt bij een man met het telefoonnummer [telefoonnummer 4] . Dit werd dan telkens naar hem toe gebracht door minimaal twee verschillende mannen. [33] Volgens onderzoek door de politie, na het afluisteren van meerdere gesprekken vanaf dit het telefoonnummer [telefoonnummer 4] , werd dit nummer gebruikt door verdachte. [34] Naar het oordeel van de rechtbank volgt dan ook uit deze verklaring dat [getuige 1] de cocaïne bij verdachte heeft besteld. Dat niet kan worden vastgesteld dat het verdachte is geweest die hem uiteindelijk de cocaïne heeft gebracht staat hier niet aan in de weg, omdat uit de gesprekken die verdachte met [medeverdachte 2] en [naam 5] heeft gevoerd volgt dat verdachte vaak anderen aanstuurde om voor hem drugs te brengen.
[getuige 3] , wonende te Nijmegen, heeft op 6 augustus 2018 verklaard dat hij cocaïne en heroïne gebruikt. Aan hem is een foto getoond van verdachte (foto 1). [35] Getuige heeft verklaard dat hij drugs bij de persoon op de foto koopt. [36] Aan hem is ook een foto van [medeverdachte 2] getoond (foto 3). [37] Over [medeverdachte 2] heeft getuige verklaard dat hij heroïne en cocaïne van hem heeft gekocht tussen 1 jaar en 6 maanden geleden. [38] Gelet op deze verklaring en het feit dat verdachte en [medeverdachte 2] samen hebben gehandeld in drugs, acht de rechtbank de verkoop van cocaïne en heroïne aan hem in de tenlastegelegde periode bewezen.
De rechtbank acht niet bewezen dat verdachte verdovende middelen heeft verkocht aan [getuige 2] en [getuige 4] . [getuige 2] dacht het telefoonnummer van verdachte te herkennen, maar wist dit niet zeker. Daarnaast dateren de gesprekken die verdachte met [getuige 2] heeft gevoerd van mei 2018, en dit valt buiten de tenlastegelegde periode. Voor wat betreft [getuige 4] volgt noch uit zijn verklaring, noch uit de tapgesprekken tussen hem en verdachte dat verdachte drugs aan hem heeft verkocht.
Feit 4
Er is sprake van een bekennende verdachte als bedoeld in artikel 359 derde lid, laatste zin van het Wetboek van Strafvordering en daarom wordt volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen.
Bewijsmiddelen:
- lijst van inbeslaggenomen goederen, ZD04-550;
- Proces-verbaal onderzoek verdovende middelen, ZD04-555;
- Proces-verbaal van verhoor verdachte [verdachte] , ZD04-607.

3.Bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 2, 3, 4 en het onder 1 subsidiair tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
1.
[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] op of omstreeks 3 november 2017, te Malden, in
de gemeente Heumen, in een woning gelegen aan de [adres 2] , tezamen en in
vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen
een (dames) tas en/of (ongeveer) 10 zonnebrillen (ondermeer van de merken Tom
Ford, Rayban, Cartier, Dolce&Gabbana) en/of een mobiele telefoon (merk Iphone
6) en/of een (grote) hoeveelheid zilveren miniatuur beeldjes en/of meerdere
halskettingen en/of een lederen (weekend)tas en/of meerdere tassen (voorzien
van de tekst " [naam 1] ") en/of een horloge (merk Rolex) en/of een
ketting (merk Tiffany) en/of 3 gouden armbanden (merk Chariot) en/of 160 Euro
en/of een huistelefoon (Giga) en/of een sjaal (merk Pashima) en/of een
personenauto (merk [automerk] , voorzien van het kenteken
[kenteken] ) en/of de autosleutel van voornoemde personenauto, in elk geval enig
goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer] (74 jaar oud), in elk geval
aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of
bedreiging met geweld tegen voornoemde [slachtoffer] , gepleegd met het oogmerk om die
diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping
op heterdaad aan zichzelf en/of aan (een) andere deelnemer(s) aan voormeld
misdrijf de vlucht mogelijk te maken en/of het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en), dat hij verdachte en/of zijn mededader(s),
- voorzien van een pistool, in ieder geval een op een vuurwapen gelijkend
voorwerp en/of handschoenen en/of (een) bivakmuts(en), in ieder geval
gezichtsbedekkende kleding en/of tie-wraps en/of tape naar voornoemde woning
is/zijn gegaan en/of
- bij deze woning heeft/hebben aangebeld en/of aan voornoemde [slachtoffer]
heeft/hebben gevraagd of ze een bal uit de tuin mochten halen en/of
- (direct na het betreden van de woning) op die [slachtoffer] is/zijn afgerend en/of
die [slachtoffer] (vervolgens) met kracht heeft/hebben geduwd (waardoor die [slachtoffer] hard
ten val kwam) en/of - dat pistool aan die [slachtoffer] heeft/hebben getoond en/of
- die [slachtoffer] meermalen, in ieder geval éénmaal, hardhandig op de grond
heeft/hebben geduwd en/of hardhandig in een stoel heeft/hebben gezet/geduwd
en/of gezet gehouden en/of
- met tape de mond van die [slachtoffer] heeft/hebben afgeplakt en/of tape om de
enkels van die [slachtoffer] heeft/hebben gedaan en/of - aan die [slachtoffer] heeft/hebben gevraagd waar de sleutels van de kluis waren, in ieder geval woorden van gelijke aard en/of strekking en/of
- die [slachtoffer] heeft/hebben meegenomen en/of geduwd naar de kelder van voornoemde
woning en/of
- tegen die [slachtoffer] heeft/hebben gezegd dat ze geld wilden hebben, in ieder
geval woorden van gelijke aard en/of strekking en/of
- dat pistool heeft/hebben doorgeladen, in ieder geval de slede (bovenkant)
van dat pistool naar achteren heeft/hebben getrokken en/of
- (vervolgens) dat pistool op/tegen het hoofd van die [slachtoffer] heeft/hebben gezet
en/of gezet gehouden en/of
- (wederom) tegen die [slachtoffer] heeft/hebben gezegd dat ze geld wilden hebben, in
ieder geval woorden van gelijke aard en/of strekking en/of
- tegen die [slachtoffer] heeft/hebben gezegd dat ze in de kelder moest blijven, in
ieder geval woorden van gelijke aard en/of strekking en/of
- aan die [slachtoffer] heeft/hebben gevraagd waar de autosleutels waren en/of
- de deur van de kelderruimte heeft/hebben afgesloten (terwijl die [slachtoffer] zich
nog in die ruimte bevond) en/of (vervolgens) de sleutel uit het slot van die
deur heeft/hebben gehaald/getrokken,
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf verdachte op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 3 november 2017 tot en met 10 november 2017, in de gemeente Nijmegen, in ieder geval in Nederland,
opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft en/of opzettelijk behulpzaam is geweest door
- zijn, verdachtes, telefoon ter beschikking te stellen en/of mee te werken aan het wegsluizen van voornoemde personenauto en/of overige goederen van de buit en/of
- het verlenen van overige hand- en spandiensten;
en/of
hij op één
of meertijdstip
(pen)in
of omstreeksde periode van 3 november 2017 tot en met 17 april 2018 in de gemeente Nijmegen,
in ieder geval in Nederland,tezamen en in vereniging met
een of meeranderen,
althans alleen, meermalen, althanseenmaal
één of meergoederen te weten een personenauto (merk [automerk] , voorzien van het kenteken [kenteken] ) en
/ofde autosleutel van voornoemde personenauto
en/of meerdere sieraden en/of één of meer tas(sen) en/of één of meerdere zilveren miniatuur beeldjes en/of een zakje met juwelen en/of één of meerdere zonnebrillen en/of één of meerdere horloges en/of één of meerdere armbandenheeft
verworven,voorhanden gehad
en/of overgedragen, terwijl hij en zijn mededader
(s
) (telkens)ten tijde van
de verwerving ofhet voorhanden krijgen van deze goederen wist
(en
),
in ieder geval redelijkerwijs had(den) moeten vermoedendat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
2.
hij op
één of meertijdstippen in
of omstreeksde periode van 1 april 2017 tot en met 17 april 2018, in de gemeente Nijmegen en
/ofWijchen,
in ieder
geval in Nederland,tezamen en in vereniging met
een of meeranderen,
althans
alleen,meermalen,
in ieder geval éénmaal,(telkens) opzettelijk heeft verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt aan onder meer [getuige 1] en
/of [getuige 2] en/of[getuige 3] en
/of
[getuige 4] en/ofoverige onbekende personen en
/ofheeft vervoerd,
in
elk geval (telkens) opzettelijk aanwezig heeft gehad,een hoeveelheid van een
materiaal bevattende cocaïne en/of heroïne, zijnde cocaïne en
/ofheroïne,
(telkens
) (een
)middel
(en)als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I;
3.
hij op
één of meertijdstippen in
of omstreeksde periode van 1 april 2017 tot en met 17 april 2018,
in de gemeente Nijmegen, in ieder gevalin Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen
, althans alleen,meermalen,
in ieder gevaléénmaal, (telkens) opzettelijk heeft verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd,
in elk geval (telkens) opzettelijk aanwezig heeft gehad,een hoeveelheid van een materiaal bevattende
(een
)middel
(en)als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II, te weten een middel,
cannabis/hennep/hasjiesj;
4.
hij op
of omstreeks30 mei 2018 in de gemeente Nijmegen opzettelijk aanwezig
heeft gehad ongeveer 0,59 gram cocaïne
, in elk geval een hoeveelheid van een
materiaal bevattende cocaïne,zijnde cocaïne een middel als bedoeld in de bij
de Opiumwet behorende lijst I.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
Ten aanzien van feit 1:
Medeplegen van opzetheling
Ten aanzien van feit 2:
Medeplegen van het opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder B van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd
Ten aanzien van feit 3:
Medeplegen van het opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 3 onder B van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd
Ten aanzien van feit 4:
Opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod

5.De strafbaarheid van de feiten

De feiten zijn strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.Overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geëist dat verdachte ter zake van het onder 2, 3, 4 en onder 1 subsidiair tenlastegelegde zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van 3 jaren, met aftrek van de tijd die verdachte in voorarrest heeft doorgebracht.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft verzocht aan verdachte een deels voorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen, waarvan de duur van het onvoorwaardelijke deel gelijk is aan de tijd die hij inmiddels in voorarrest heeft doorgebracht. Hierbij heeft de verdediging onder meer verzocht er rekening mee te houden dat verdachte niet intensief in verdovende middelen heeft gehandeld.
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon en de omstandigheden van de verdachte zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, waarbij onder meer is gelet op:
- het uittreksel uit het algemeen documentatieregister, gedateerd 9 oktober 2018;
- een voorlichtingsrapportage van IrisZorg, gedateerd 28 augustus 2018.
De rechtbank heeft bij de straftoemeting in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen. Verdachte heeft zich over een periode van een jaar schuldig gemaakt aan de handel in cocaïne, heroïne en hasj. Daarnaast heeft hij cocaïne voorhanden gehad. Het is een feit van algemene bekendheid dat het gebruik van drugs een ernstige bedreiging voor de gezondheid van de gebruikers ervan vormt. Daarnaast zorgen drugs maatschappelijk gezien voor veel schade, vanwege de randcriminaliteit die ermee gepaard gaat. Verdachte vormt door het plegen van het bewezenverklaarde feit een belangrijke schakel in deze schadelijke keten. De rechtbank houdt er in de straf rekening mee dat verdachte met zijn broertjes heeft samengewerkt. In tegenstelling tot wat de verdediging naar voren heeft gebracht, gaat de rechtbank er gelet op de tapgesprekken tussen hen en verdachte vanuit dat deze handel ook intensief is geweest. Uit dezelfde tapgesprekken volgt naar het oordeel van de rechtbank ook dat verdachte in de samenwerking een sturende rol heeft gespeeld en opdrachten aan zijn broertjes heeft gegeven in het kader van de handel. In het bijzonder neemt de rechtbank het verdachte kwalijk dat hij zijn minderjarige broertje op pad heeft gestuurd om drugs aan klanten te verstrekken.
Daarnaast heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan opzetheling van een auto die is weggenomen bij een gewelddadige woningoverval. Verdachte heeft hiermee geprofiteerd van het misdrijf van een ander en bijgedragen aan het in stand houden van een afzetmarkt van door misdrijf verkregen voorwerpen. Dat de auto ook nog afkomstig was van een zeer ernstig feit maakt het handelen van verdachte des te kwalijker.
Gelet op de ernst van de feiten en de sturende rol die verdachte bij de drugshandel heeft gespeeld, acht de rechtbank slechts een onvoorwaardelijke gevangenisstraf passend die langer is dan de tijd die verdachte nu in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht en langer dan in de LOVS oriëntatiepunten wordt genoemd. Hierbij overweegt de rechtbank nog wel dat de eis van de officier van justitie gelet op vergelijkbare zaken hoger ligt dan in die zaken is opgelegd, zodat de rechtbank qua hoogte van de onvoorwaardelijke gevangenisstraf wel afwijkt van de eis van de officier van justitie.

8.De toegepaste wettelijke bepalingen

De beslissing is gegrond op de artikelen 47, 57 en 416 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 2, 3, 10 en 11 van de Opiumwet.

9.De beslissing

De rechtbank:
 Spreekt verdachte vrij van het onder 1 primair tenlastegelegde feit;
 verklaart bewezen dat verdachte de overige tenlastegelegde feiten, zoals vermeld onder punt 3, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert de strafbare feiten zoals vermeld onder punt 4;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 veroordeelt verdachte wegens het bewezenverklaarde tot
een
gevangenisstrafvoor de duur van
18 (achttien) maanden;
 beveelt dat de tijd, door veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht.
Dit vonnis is gewezen door mr. H.P.M. Kester (voorzitter), mr. R.S. Croll en mr. M.A. van Leeuwen, rechters, in tegenwoordigheid van mr. L. Ruizendaal-van der Veen en A.W. Elbersen, griffiers, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 5 december 2018.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in
2.Proces-verbaal aangifte [slachtoffer] ZD01-27-30.
3.Proces-verbaal van bevindingen ZD01-129.
4.Rapport ZD01-328.
5.Proces-verbaal van verhoor verdachte [verdachte] , ZD04-607.
6.Proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 1] , ZD01-493.
7.Proces-verbaal van verhoor verdachte [getuige 5] , ZD01-388.
8.Proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 1] , ZD01-493-494.
9.Mutatierapport d.d. 1 april 2017, ZD04-488, 492, 493.
10.Proces-verbaal van bevindingen ZD04-505.
11.Mutatierapport d.d. 20 november 2017, ZD04-507.
12.Proces-verbaal van verhoor verdachte [verdachte] , ZD04-59.
13.Mutatierapport d.d. 11 april 2018, ZD04-511.
14.Proces-verbaal van verhoor verdachte [verdachte] , ZD04-518.
15.Lijst van inbeslaggenomen goederen, ZD04-549-552.
16.Proces-verbaal onderzoek verdovende middelen ZD04-555.
17.Proces-verbaal van verhoor verdachte [verdachte] , ZD04-607.
18.Proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 1] , ZD01-435.
19.Proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 1] , ZD01-502.
20.Proces-verbaal van verhoor verdachte [verdachte] A 106.
21.Proces-verbaal van verhoor verdachte [verdachte] ZD04-589.
22.PVB gebruik telefoonnummer 1988 ZD04-414-415.
23.Overzicht gesprekken m.b.t. nummer, ON5R017051, ZD04-450.
24.Overzicht gesprekken m.b.t. nummer, ON5R017051, ZD04-456.
25.Overzicht gesprekken m.b.t. nummer, ON5R017051, ZD04-562.
26.Overzicht gesprekken m.b.t. nummer, ON5R017051, ZD04-459.
27.Overzicht gesprekken m.b.t. nummer, ON5R017051, ZD04-460.
28.Proces-verbaal van verhoor verdachte [verdachte] ZD04-589.
29.Proces-verbaal bevindingen, ZD04-752.
30.Overzicht gesprekken m.b.t. nummer, ON5R017051, ZD04-561.
31.Overzicht gesprekken m.b.t. nummer, ON5R017051, ZD04-570.
32.Overzicht gesprekken m.b.t. nummer, ON5R017051, ZD04-571.
33.Proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 1] ZD04-658-659.
34.Proces-verbaal ZD04-520.
35.Proces-verbaal van bevindingen ZD04-710.
36.Proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 3] ZD04-701.
37.Proces-verbaal van bevindingen ZD04-710.
38.Proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 3] ZD04-701.