ECLI:NL:RBGEL:2018:5045
Rechtbank Gelderland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Schorsing van Wnb-vergunning voor melkvee- en kippenhouderij in het kader van Programma Aanpak Stikstof
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Gelderland op 20 november 2018 uitspraak gedaan over een verzoek om voorlopige voorziening in het kader van de Wet natuurbescherming (Wnb). Verzoekers, vertegenwoordigd door mr. V. Wösten, hebben beroep ingesteld tegen een besluit van het college van gedeputeerde staten van Gelderland, dat op 7 maart 2017 een vergunning had verleend aan twee vergunninghouders voor een melkvee- en kippenhouderij. De verzoekers hebben de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen, omdat zij van mening zijn dat de vergunde situatie leidt tot een toename van depositie op hexagonen waarvoor meer dan 60% van de ontwikkelingsruimte in segment 2 is toegedeeld.
De voorzieningenrechter heeft de zaak zonder zitting behandeld, nadat zowel verzoekers als verweerder toestemming hadden gegeven om uitspraak te doen zonder mondelinge behandeling. In zijn overwegingen heeft de voorzieningenrechter verwezen naar een eerdere uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 9 maart 2018, waarin belangrijke criteria zijn uiteengezet voor het treffen van voorlopige voorzieningen met betrekking tot Wnb-vergunningen die zijn verleend onder het Programma Aanpak Stikstof.
De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de vergunning voor de melkvee- en kippenhouderij, die een uitbreiding van het bedrijf en een toename van de veestapel mogelijk maakt, moet worden geschorst. Dit besluit is genomen omdat de vergunde situatie nog niet volledig is gerealiseerd en er aanwijzingen zijn dat de depositietoename schadelijk kan zijn voor de betrokken hexagonen. De voorzieningenrechter heeft de verzoeken toegewezen, verweerder veroordeeld in de proceskosten van verzoekers en gelast dat het door verzoekers betaalde griffierecht wordt vergoed.