Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
2.Overwegingen ten aanzien van het bewijs
3.De beslissing
spreekt verdachte vrijvan het tenlastegelegde feit.
Rechtbank Gelderland
In deze zaak heeft de militaire kamer van de Rechtbank Gelderland op 29 oktober 2018 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte, geboren in 1996, die als militair wordt beschuldigd van het opzettelijk of in ernstige mate nalatig niet opvolgen van het dienstvoorschrift Vaste Order Veiligheid Eskadron Hoog Risico Beveiliging. De tenlastelegging betreft een incident dat plaatsvond op 31 oktober 2017 nabij Schiphol, waarbij de verdachte zonder operationele noodzaak de trekker van zijn dienstwapen, een Heckler & Koch MP-5, zou hebben overgehaald, wat leidde tot een ongewild schot. De officier van justitie heeft vrijspraak bepleit, stellende dat niet met zekerheid kan worden vastgesteld dat de verdachte opzettelijk handelingen aan het wapen heeft verricht. De verdediging heeft eveneens vrijspraak bepleit en aangevoerd dat er geen sprake was van een schending van het dienstvoorschrift.
De militaire kamer heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat er onvoldoende bewijs is om te stellen dat de verdachte opzettelijk het dienstvoorschrift niet heeft opgevolgd. De kamer heeft vastgesteld dat de Vaste Order Veiligheid Eskadron Hoog Risico Beveiliging als een dienstvoorschrift kan worden aangemerkt, maar dat er geen bewijs is dat de verdachte bewust een fout heeft gemaakt. Het is mogelijk dat de trekker per ongeluk is geactiveerd door een onderdeel van het OPS-vest dat de verdachte droeg. Gezien deze omstandigheden heeft de militaire kamer besloten de verdachte vrij te spreken van het tenlastegelegde feit.