ECLI:NL:RBGEL:2018:4677
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - meervoudig
- G. Noordraven
- R.G.J. Welbergen
- G.J.H. Boerhof
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak wegens onvoldoende bewijs van betrokkenheid bij hennepkwekerij en diefstal van elektriciteit
Op 1 november 2018 heeft de Rechtbank Gelderland uitspraak gedaan in de zaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van betrokkenheid bij een hennepkwekerij en diefstal van elektriciteit. De tenlastelegging omvatte onder andere het telen van hennepplanten en het illegaal afnemen van elektriciteit in de periode van 20 juni 2017 tot en met 15 augustus 2017 te Maurik. De officier van justitie stelde dat er voldoende bewijs was voor de betrokkenheid van de verdachte, onder andere door getuigenverklaringen en waarnemingen van de politie. Echter, de verdediging pleitte voor vrijspraak, stellende dat er onvoldoende bewijs was dat de verdachte op de hoogte was van de hennepkwekerij en dat zij niet betrokken was bij de diefstal van elektriciteit.
De rechtbank heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat er onvoldoende direct bewijs was dat de verdachte betrokken was bij de hennepkwekerij of de diefstal van elektriciteit. De verdachte had de zolder van de loods verhuurd aan een medeverdachte, die verantwoordelijk was voor de hennepkwekerij en de elektriciteitsvoorziening. De rechtbank oordeelde dat de omstandigheden die door de officier van justitie werden aangevoerd, niet voldoende waren om te concluderen dat de verdachte medeplichtig was aan de feiten. De rechtbank sprak de verdachte vrij van alle ten laste gelegde feiten, omdat niet was bewezen dat zij opzettelijk of bewust betrokken was bij de misdrijven.
De uitspraak benadrukt het belang van voldoende bewijs voor een veroordeling en de noodzaak om de rol van de verdachte in het geheel zorgvuldig te overwegen. De rechtbank heeft geen uitspraak gedaan over het conservatoir beslag, aangezien zij daar geen bevoegdheid toe had.