In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 19 oktober 2018 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zutphen. De zaak betreft de toepassing van de Wrakkenwet, waarbij de gemeente aan eiser had meegedeeld dat zij twee gezonken vaartuigen in de haven zou laten opruimen. Eiser heeft hiertegen bezwaar gemaakt, wat door de gemeente ongegrond werd verklaard. Eiser heeft vervolgens beroep ingesteld bij de rechtbank.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de gemeente niet de bevoegde beheerder is van de haven, zoals vereist onder de Wrakkenwet. De rechtbank heeft geoordeeld dat het Rijk waterstaatkundig beheerder is van de haven, en dat de gemeente in deze rol geen bevoegdheid heeft om het primaire besluit te nemen. De rechtbank heeft het bestreden besluit vernietigd en het primaire besluit herroepen, omdat de gemeente onbevoegd handelde.
De rechtbank heeft ook bepaald dat de gemeente het door eiser betaalde griffierecht moet vergoeden en heeft de proceskosten aan eiser toegewezen. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun rechtsmiddelen.