Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.De procedure
- het schriftelijke verweer van de rechter door de rechtbank ontvangen op 23 augustus 2018
- het mailbericht van verzoeker van 19 september 2018.
Rechtbank Gelderland
In deze zaak heeft de rechtbank Gelderland op 24 september 2018 een wrakingsverzoek afgewezen dat was ingediend door verzoeker tegen mr. G.W. Brands-Bottema, de rechter in een jeugdzorgzaak. Verzoeker had het wrakingsverzoek ingediend omdat hij meende dat er sprake was van partijdigheid, omdat zijn verzoek om uitstel van een zitting niet was gehonoreerd. De rechtbank oordeelde dat de beslissing van de rechter om het uitstelverzoek niet te honoreren niet zo onbegrijpelijk was dat dit een zwaarwegende aanwijzing voor partijdigheid opleverde. De rechtbank benadrukte dat een rechter wordt vermoed onpartijdig te zijn en dat verzoeker concrete omstandigheden moet aanvoeren om de vrees voor partijdigheid te rechtvaardigen. De wrakingskamer concludeerde dat verzoeker het wrakingsinstrument had gebruikt voor een ander doel dan waarvoor het was bedoeld, namelijk om de procedure te frustreren. De rechtbank wees het verzoek tot wraking af en bepaalde dat een volgend wrakingsverzoek van verzoeker in deze zaak niet in behandeling zou worden genomen.