ECLI:NL:RBGEL:2018:189
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van het medeplegen van het telen van hennep en diefstal van stroom door twee of meer verenigde personen
In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 18 januari 2018 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van het medeplegen van het telen van hennep en diefstal van stroom. De tenlastelegging omvatte twee hoofdpunten: het telen van een grote hoeveelheid hennepplanten en het wegnemen van elektriciteit uit een pand in Wijchen. De officier van justitie stelde dat er voldoende bewijs was om de verdachte te veroordelen, onder andere op basis van getuigenverklaringen en het feit dat de verdachte huursommen had betaald en een contract voor elektriciteitslevering had afgesloten. De verdediging pleitte echter voor integrale vrijspraak, stellende dat de verdachte geen significante bijdrage had geleverd aan de ten laste gelegde feiten.
De rechtbank heeft de verklaringen van de getuigen kritisch beoordeeld en twijfels geuit over hun geloofwaardigheid. De rechtbank concludeerde dat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs was om de verdachte schuldig te verklaren voor de ten laste gelegde feiten. De rechtbank oordeelde dat de handelingen van de verdachte, zoals het afsluiten van een huurcontract en het betalen van energiekosten, hooguit zouden kunnen wijzen op medeplichtigheid, maar dat dit niet ten laste was gelegd. Daarom sprak de rechtbank de verdachte vrij van de beschuldigingen.