Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
2.Overwegingen ten aanzien van het bewijs
9.De beslissing
heft ophet – geschorste – bevel tot voorlopige hechtenis.
Rechtbank Gelderland
In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 26 april 2018 uitspraak gedaan in de strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van poging tot brandstichting en/of het teweegbrengen van een ontploffing. De tenlastelegging betrof een incident dat plaatsvond op 18 juni 2017, waarbij de verdachte met een mes in de gasleiding van zijn woning in Arnhem sneed. De officier van justitie vorderde vrijspraak, omdat niet bewezen kon worden dat de verdachte de aanmerkelijke kans op brand of ontploffing had aanvaard. De verdediging stelde dat de verdachte niet de intentie had om brand te stichten en dat zijn geestelijke toestand op dat moment een rol speelde. De rechtbank heeft de feiten en omstandigheden zorgvuldig gewogen, waaronder het feit dat de verdachte een filmpje naar zijn begeleider had gestuurd met de boodschap dat de brandweer moest worden gebeld. De rechtbank concludeerde dat er onvoldoende bewijs was om vast te stellen dat er een aanmerkelijke kans op brand of ontploffing was, en sprak de verdachte vrij van het tenlastegelegde feit. Tevens werd het bevel tot voorlopige hechtenis opgeheven.