ECLI:NL:RBGEL:2018:1774

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
18 april 2018
Publicatiedatum
18 april 2018
Zaaknummer
05/780018-17
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak ontvoering en veroordeling voor poging tot afpersing en wapenbezit

Op 18 april 2018 heeft de Rechtbank Gelderland uitspraak gedaan in de zaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van ontvoering, poging tot afpersing en wapenbezit. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op 2 december 2016 samen met anderen de aangever [slachtoffer 1] heeft ontvoerd. De rechtbank oordeelde echter dat er onvoldoende bewijs was voor de ontvoering, waardoor de verdachte hiervan werd vrijgesproken. De rechtbank concludeerde dat het DNA van de verdachte op een kentekenplaat was aangetroffen, maar dit was niet voldoende om tot een veroordeling te komen voor de ontvoering.

De rechtbank heeft echter wel bewezen geacht dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan poging tot afpersing van [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] in de periode van 20 januari 2017 tot en met 20 februari 2017. De verdachte en zijn medeverdachten hebben brieven gestuurd waarin werd gedreigd met geweld en waarin werd geëist dat de slachtoffers een aanzienlijk geldbedrag en/of drugs zouden afgeven. De rechtbank heeft vastgesteld dat de slachtoffers zich onder druk gezet voelden door de inhoud van de brieven en de dreigementen.

Daarnaast heeft de rechtbank vastgesteld dat de verdachte op 20 februari 2017 een verboden wapen, een Glock, in zijn bezit had. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 30 maanden voor de bewezenverklaarde feiten. De rechtbank heeft ook schadevergoedingen toegewezen aan de benadeelde partijen [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2]. De rechtbank heeft de vorderingen van de benadeelde partijen gedeeltelijk toegewezen, waarbij de immateriële schadevergoeding is vastgesteld op € 2.500,-- per slachtoffer, vermeerderd met wettelijke rente.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Zutphen
Parketnummer : 05/780018-17
Datum uitspraak : 18 april 2018
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie bij het arrondissementsparket Oost-Nederland
tegen
[verdachte] ,
geboren op [geboortedatum] 1966 te [geboorteplaats] ,
wonende te [adres 1] .
Raadsman: mr. R. van 't Land, advocaat te Breda.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen 1 juni 2017, 17 augustus 2017, 24 augustus 2017, 4 oktober 2017, 14 maart 2018, 21 maart 2018 en 4 april 2018.
1. De inhoud van de tenlastelegging [1]
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
1. samen met anderen aangever [slachtoffer 1] (hierna: [slachtoffer 1] ) op 2 december 2016 te Nunspeet heeft ontvoerd dan wel gegijzeld of dat hij daaraan hulp heeft verleend;
2. samen met anderen heeft geprobeerd [slachtoffer 1] en aangever [slachtoffer 2] (hierna: [slachtoffer 2] ) in de periode van 20 januari 2017 tot en met 20 februari 2017 af te persen of dat hij daaraan hulp heeft verleend;
3. op 20 februari 2017 de beschikking heeft gehad over een verboden wapen met bijbehorende patroonhouders en munitie.
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs [2]
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie vindt dat er geen wettig en overtuigend bewijs is dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het onder 1 ten laste gelegde medeplegen van gijzeling of medeplegen van vrijheidsberoving. Verdachte dient daarvan vrijgesproken te worden.
De officier vindt wel bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan:
- medeplichtigheid aan het medeplegen van gijzeling van [slachtoffer 1] ;
- het medeplegen van de poging tot afpersing van [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] ;
- het voorhanden hebben van het wapen, de munitie en de patroonhouders.
De officier van justitie heeft de bewijsmiddelen opgesomd en toegelicht aan de hand van zijn schriftelijke requisitoir.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman is van mening dat er een vrijspraak dient te volgen voor het onder 1 ten laste gelegde feit. De raadsman heeft met een toelichting als vermeld in de pleitnotitie aangevoerd dat niet bewezen kan worden dat verdachte betrokken is geweest bij de ontvoering of de gijzeling van [slachtoffer 1] . Ook kan niet bewezen worden dat verdachte op enigerlei wijze een zodanig substantiële bijdrage daaraan heeft geleverd dat hij als medeplichtige kan worden aangemerkt.
Ten aanzien van het onder 2 ten laste gelegde medeplegen van poging tot afpersing heeft de raadsman aangevoerd dat daar geen sprake van is geweest en dat er dus vrijspraak dient te volgen. De teksten van de verzonden berichten zijn niet zodanig dat hieraan de conclusie kan worden verbonden dat sprake is van afpersingshandelingen. Ook is geen sprake geweest van een gelijkwaardige rol aan die van de andere deelnemers, zodat medeplegen niet kan worden bewezen. Ook kan niet bewezen worden dat sprake is geweest van een “masterplan” waarvan verdachte kennis zou hebben gehad en waaraan hij bewust een bijdrage zou hebben geleverd. Verdachte had geen opzet op het plegen van de ten laste gelegde feiten en heeft geen dan wel onvoldoende feitelijke handelingen verricht om veroordeeld te kunnen worden. Als voorwaardelijk opzet bewezen zou kunnen worden, dan kan dit niet leiden tot bewezenverklaring van een medeplichtigheid aan een poging tot poging.
Ten aanzien van feit 3 heeft de raadsman aangevoerd dat verdachte erkent dat hij de Glock, de patroonhouders en de kogels in zijn bezit heeft gehad. Het dossier geeft geen uitsluitsel onder welke categorie van de Wet wapens en munitie deze vallen, maar de raadsman refereert zich op dat punt aan het oordeel van de rechtbank.
Beoordeling door de rechtbank
Feit 1
De rechtbank stelt aan de hand van de behandeling ter terechtzitting vast dat er geen discussie bestaat over hetgeen op 2 december 2016 met betrekking tot [slachtoffer 1] is voorgevallen.
Uit de verklaring van aangever [slachtoffer 1] en het filmpje dat door een getuige van het voorval is gemaakt blijkt dat [slachtoffer 1] op 2 december 2016 om ongeveer 10.29 uur op de Oenenburgweg te Nunspeet klem is gereden en vervolgens is ontvoerd. Hierbij was onder andere een zwarte Mercedes Sprinter, met het kenteken [kenteken 1] , betrokken. De voornoemde Mercedes Sprinter is op 2 december 2016 om 10.55 uur aangetroffen op een carpoolplaats te Nunspeet.
Er is sporenonderzoek verricht aan en in de Mercedes Sprinter die op de carpoolplaats in Nunspeet is aangetroffen. Onder de auto mat is een kentekenplaat aangetroffen, met daarop een onvolledig DNA-profiel. Hieruit is een DNA hoofdprofiel verkregen, dat matcht met het DNA-profiel van verdachte. De matchkans daarvan is kleiner dan één op één miljard.
Naast het DNA van verdachte op voormelde kentekenplaat heeft de rechtbank geen andere bewijsmiddelen in het dossier aangetroffen die verdachte in verband brengen met de gijzeling of wederrechtelijke vrijheidsberoving. De vraag die beantwoord moet worden is of het DNA op de kentekenplaat op zichzelf voldoende wettig en overtuigend bewijs kan opleveren dat verdachte betrokken is bij het onder 1 ten laste gelegde feit. De rechtbank beantwoordt deze vraag ontkennend. Vastgesteld kan worden dat verdachte, gelet op het aantreffen van diens DNA op de kentekenplaat, op enig moment in aanraking met deze kentekenplaat is gekomen. Wanneer dat is geweest en onder welke omstandigheden, is niet gebleken. Bovendien is een kentekenplaat een verplaatsbaar object, waardoor deze evengoed door een ander dan verdachte onder de auto-mat van de Mercedes Sprinter kan zijn gelegd zonder dat verdachte daarvan op de hoogte is geweest. Gelet hierop is de rechtbank van oordeel dat het DNA op de kentekenplaat op zichzelf onvoldoende is om tot wettig en overtuigend bewijs te komen dat verdachte het onder 1 ten laste gelegde (mede) heeft gepleegd of dat hij daaraan een bijdrage zou hebben geleverd. Verdachte zal daarom hiervan vrijgesproken worden.
Feit 2
Op grond van de bewijsmiddelen stelt de rechtbank het volgende, dat verder niet ter discussie staat, vast.
Aangever [slachtoffer 1] is op 2 december 2016 te Nunspeet klem gereden. Hij is door drie gemaskerde mannen uit zijn auto getrokken, geboeid en meegenomen naar een hem onbekende plaats. Hij is daar gedurende een aantal uren bedreigd. Later die dag is hij vrijgelaten. [3] Op 21 januari 2017 ontving [slachtoffer 1] op zijn woonadres te Doornspijk een brief waarin - zakelijk weergegeven - stond dat de afzender wist dat hij een grote drugshandelaar is en dat de afzender wilde dat [slachtoffer 1] op maandag 23 januari 2017 om 14.00 uur bij [slachtoffer 2] in Ridderkerk was en dat zij dan meer informatie zouden ontvangen. [slachtoffer 2] had (vermoedelijk op 18 januari 2017) een soortgelijke brief ontvangen met daarbij een telefoon. [4] Via de bij [slachtoffer 2] afgeleverde telefoon is er een aantal malen middels SMS-verkeer contact geweest met “de andere partij”, onbekend is wie dat zijn. Zowel [slachtoffer 2] als [slachtoffer 1] voelde zich door de inhoud van de brieven en de SMS-berichten onder druk gezet. [5] [6] Op 21 januari 2017 ontving [slachtoffer 2] een brief waarin onder meer stond dat zij al jaren op de markt van de afzenders zaten; dat de afzenders daar last en schade van hadden; dat zij tien miljoen aan de afzenders moesten betalen. Ook stonden er namen, geboortedata en sofinummers van familieleden van [slachtoffer 2] in de brief vermeld. [7]
Op 30 januari 2017, 6 februari 2017 en 13 februari 2017 hebben [slachtoffer 2] en [slachtoffer 1] in bijzijn van de politie de door de afpersers afgegeven telefoon aangezet. Er kwamen toen weer berichten binnen. [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] hebben daarop gereageerd. [8] [9] [10]
Er is onderzoek gedaan naar de telefoon die bij [slachtoffer 2] is bezorgd. Deze Samsung telefoon was voorzien van een SIM kaart met de IMSI, eindigende op 24903. Deze mobiele telefoon was voorzien van een beveiligingssoftware van Blackberry, waarmee het IT-profiel ingesteld kon worden dat enkel op afstand kon worden beheerd en niet door de gebruiker van de mobiele telefoon kon worden aangepast. De telefoon kon niet worden gebruikt om zelfstandig zonder daartoe door de beheerder te zijn uitgenodigd te bellen, te SMS-en of verbinding met een computer te maken. Op het toestel waren verder de applicaties “ciphr text” en “ciphr mail” geïnstalleerd. Uit onderzoek bleek dat er via “ciphr mail” een aantal berichten op de mobiele telefoon waren ontvangen en verzonden, namelijk de op 23 januari 2017 ontvangen en verstuurde SMS-berichten. [11] [12] Om te kunnen communiceren middels de “ciphr mail” dienen minimaal twee toestellen op gelijkwaardige wijze geconfigureerd te worden en voorzien te worden van e-mailadressen. De SIM-kaart van het toestel dat bij [slachtoffer 2] was afgeleverd bleek op 12 januari 2017 om 22.41 uur voor het eerst te zijn aangemeld op het mobiele netwerk en een zendmast te hebben aangestraald te Utrecht. [13] Rondom dit tijdstip straalden ook de IMSI-nummers eindigende op 24900, 24901 en 24902 die zelfde mast aan. [14]
Op 13 februari 2017 heeft een observatie plaatsgevonden. Er is waargenomen dat verdachte en [medeverdachte 1] (verder [medeverdachte 1] ) samen om 12.42 uur zijn vertrokken vanaf het woonwagenkamp op het adres [adres 2] . De auto werd bestuurd door [medeverdachte 1] en verdachte was passagier. Om 13.45 uur hebben zij de auto geparkeerd te Antwerpen (België) en zijn zij uitgestapt. Om 13.46 uur zijn zij bij een brasserie naar binnen gegaan, waar zij tegenover elkaar plaats namen aan een tafel. Er is door het observatieteam tussen 13.46 uur en 14.01 uur waargenomen dat zij voorover gebogen naar elkaar toe zaten, terwijl zij met elkaar spraken. Verdachte had een smartphone met een zilverkleurige rand in zijn handen en was af en toe kennelijk iets aan het intypen. Om 14.02 uur verlieten zij de brasserie. Zij stapten in de auto en vertrokken weer. Onderweg hebben zij een korte stop van twee minuten gemaakt te Brasschaat en zijn zij om 15.19 uur weer het woonwagenkamp aan de [adres 2] opgereden. Om 15.21 uur is [medeverdachte 1] daar weer vertrokken en om 15.23 uur is verdachte daar vertrokken. [15]
Op 20 februari 2017 heeft ook een observatie plaatsgevonden. Er is waargenomen dat [medeverdachte 1] om 10.48 uur zijn auto parkeerde aan de [adres 2] . Om 11.01 uur stapten verdachte en [medeverdachte 1] in een auto en reden zij weg. [medeverdachte 1] bestuurde de auto. Om 12.34 uur passeerden zij op de Nieuwe Rijksweg N325 ter hoogte van Beek de grens met Duitsland. Om 13.40 uur werd de auto geparkeerd op het terrein van KFC te Wesel, Duitsland. Zij stapten uit en gingen het restaurant binnen. Om 14.08 uur stapten zij weer in de auto. Verdachte hield een mobiele telefoon in zijn handen en bewoog zijn vingers over het scherm, zoals het zich liet aanzien voerde hij een tekst in. Om 14.11 uur reden zij weg. Om 14.12 uur hield Kwarten een telefoon in zijn handen en kantelde deze. [medeverdachte 1] keek op dat moment naar het scherm van de telefoon. Om 14.48 uur stopten zij bij een tankstation. Na het tanken bleven zij ongeveer om 14.51 uur twee minuten stilstaan op het parkeerterrein. Verdachte zat in het voertuig en keek naar beneden richting zijn schoot. Vervolgens reden zij weg. Om 15.25 uur werden [medeverdachte 1] en verdachte aangehouden. [16] Tijdens de aanhouding had verdachte een smartphone vast. Deze is in beslag genomen. Later bleek dat deze een SIM-card had, behorende bij IMSI-nummer eindigde op 24900. [17] Tijdens de aanhouding is tussen de bestuurdersstoel en de bijrijdersstoel een wit vel papier aangetroffen met daarop geschreven tekst. [18] [19] Het scherm van de mobiele telefoon stond nog open. [20]
Conclusie van de rechtbank
Uit voornoemde bewijsmiddelen blijkt dat [medeverdachte 1] en verdachte op zowel 13 februari 2017 als op 20 februari 2017 vanuit Nederland naar het buitenland zijn gegaan. [medeverdachte 1] heeft daarbij telkens de auto bestuurd. Uit de observatie is gebleken dat het telkens lange autoritten zijn geweest waarbij zij uiteindelijk niets anders hebben gedaan dan het kort bezoeken van horecagelegenheden, waarbij verdachte in België tijdens dat horecabezoek en in Duitsland kort na het horecabezoek in het bijzijn van [medeverdachte 1] handelingen met de telefoon heeft verricht. In Antwerpen hebben zij daarbij dicht bij elkaar gezeten, samen voorovergebogen boven de telefoon gezeten en met elkaar gesproken en ook heeft verdachte [medeverdachte 1] tijdens de rit op 20 februari 2017 het scherm van de telefoon getoond. Verdachte heeft over het doel van die autoritten desgevraagd aan de rechtbank geen verklaring willen geven. Vrijwel op dezelfde momenten dat verdachte en [medeverdachte 1] zich in respectievelijk Antwerpen (te België) en in de buurt van Wesel (te Duitsland) bevonden en verdachte handelingen met de telefoon verrichtte zijn er op de dreigtelefoon die door [slachtoffer 2] is ontvangen berichten binnen gekomen, waarin op dringende wijze werd gevraagd om geld te betalen en drugs onder de marktprijs te leveren. Die dreigende teksten kwamen qua strekking overeen met de tekst op het briefje dat tijdens de aanhouding van [medeverdachte 1] en verdachte is aangetroffen in de auto waarop zij op dat moment reden. Ook was op het scherm van de telefoon die verdachte op dat moment in zijn handen had een tekst zichtbaar die overeen kwam met het bericht dat vrijwel op hetzelfde moment op de dreigtelefoon was binnengekomen.
Ten aanzien van de telefoon die bij verdachte in de auto werd aangetroffen (IMSI 24900) overweegt de rechtbank dat uit de onderzoeksgegevens blijkt dat deze telefoon een IMSI-nummer had dat tegelijk en op dezelfde plaats is geactiveerd als de telefoon van aangevers (IMSI 24903). Op dat moment werden – onder meer –vier opvolgende IMSI-nummers geactiveerd, te weten 24900 t/m 24903. Bovendien straalde de telefoon die aan de aangevers verstrekt is de eerste dag na activering een aantal keer op dezelfde masten aan als de telefoon die bij verdachte werd aangetroffen, te weten op 13 januari 2017 om 12.59 uur, 13.00 uur en 13.27 uur. De telefoons met IMSI 24901 en 24902 straalden in de periode na 12 januari 2017 aan op masten in de omgeving van de woning van verdachte in Breda en de loods van verdachte in Oosterhout. Ten slotte is op de telefoon van aangevers software gezet die ervoor zorgt dat de aangevers met de telefoon alleen met bepaalde andere nummers konden communiceren. [21] Uit voormelde analyse neemt de rechtbank aan dat de telefoon die bij verdachte is aangetroffen en de telefoon die aan aangevers is verstrekt, deel uitmaken van een set telefoons die bij elkaar horen.
Verdachte heeft geen verklaring willen afleggen over de herkomst van zijn telefoon, de software die erop is gezet en de tekst die in het scherm is aangetroffen. Hoewel de omstandigheid dat een verdachte weigert een verklaring af te leggen of uitleg te geven op zichzelf, mede gelet op het bepaalde in artikel 29, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering, niet tot het bewijs kan bijdragen, kan de rechtbank – als een verdachte voor belastende informatie geen redelijke uitleg geeft – dit in haar beoordeling betrekken. De rechtbank zal het zwijgen van verdachte in dit geval om die reden meenemen in haar beoordeling en zal het er – omdat verdachte de schijn tegen heeft en geen betrouwbare, controleerbare verklaring geeft die deze schijn wegneemt – op houden dat de telefoon van verdachte en de telefoon die aan de aangevers is verstrekt, deel uitmaken van dezelfde set telefoons waarop speciale software is gezet zodat middels de aan aangevers verstrekte telefoon alleen contact kon worden gemaakt met de telefoon die bij verdachte is aangetroffen.
Ten aanzien van de inhoud van de berichten overweegt de rechtbank dat die berichten voor de aangevers wel degelijk konden en mochten worden begrepen als dat zij werden gedwongen tot het betalen van geld en/of leveren van drugs onder de marktwaarde.
De rechtbank stelt op grond van voorgaande vast dat verdachte samen met een ander of anderen gebruik maakte van een telefoon uit voormelde speciale set en dat hij met [medeverdachte 1] tot twee keer toe naar het buitenland (België en Duitsland) is gegaan om van daaruit afpersberichten te versturen naar aangevers. Met het verrichten van deze handelingen heeft verdachte naar het oordeel van de rechtbank een substantiële bijdrage geleverd aan het samen met anderen afpersen van [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] . De opzet volgt naar oordeel van de rechtbank uit de aard van voormelde handelingen. Het verweer dat verdachte alleen behulpzaam was en [medeverdachte 1] hielp, omdat deze niet kan schrijven, zal, gelet op de hiervoor genoemde omstandigheden worden gepasseerd.
Ten slotte stelt de rechtbank vast dat verdachte als medepleger van het feit mede verantwoordelijk is voor de andere handelingen die nauw met het afpersen samenhangen, maar waarvan niet duidelijk is geworden door wie deze handelingen feitelijk zijn gepleegd, zoals bijvoorbeeld het afleveren of bezorgen van de telefoon en de brieven bij aangevers. Dat deze handelingen zijn verricht volgt uit de verklaringen van aangevers [22] .
Feit 3
Er is sprake van een bekennende verdachte als bedoeld in artikel 359, derde lid, laatste zin van het Wetboek van Strafvordering en daarom wordt volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen.
Bewijsmiddelen:
- het proces-verbaal van doorzoeking ter inbeslagneming, p. 2836-2838;
- het proces-verbaal van onderzoek wapen, waaruit blijkt dat het wapen een vuurwapen is in de zin van categorie II van de Wet wapens en munitie, en dat de patroonhouders en de munitie – die daarvoor bestemd en geschikt zijn – voorwerpen zijn in de zin van categorie III van de Wet wapens en munitie, p. 2582-2584.

3.Bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 2 primair en 3 tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
2.
hij in
of omstreeksde periode van 2 december 2016 tot en met 20 februari 2017 in de gemeente(n) Nunspeet en/of Ridderkerk en/of elders in Nederland en
/ofin België en
/ofin Duitsland
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door
geweld en/ofbedreiging met geweld [slachtoffer 1] en
/of[slachtoffer 2] te dwingen tot
de afgifte van 10 miljoen Euro, althans een aanzienlijk geldbedrag en/of een hoeveelheid (hard)drugs
en/of een of meer ander(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer 1] en/of aan die [slachtoffer 2] ,
in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
en/of
het tenietdoen van een inschuld, te weten het aan verdachte en/of aan zijn mededader(s) verkopen van (hard)drugs onder de marktprijs,
- (op 2 december 2016) op de openbare weg (in de gemeente Nunspeet) de auto, waarin die [slachtoffer 1] reed, met een of meer auto's/voertuigen heeft/hebben klemgereden en/of gehuld in bivakmutsen op die [slachtoffer 1] is/zijn toegelopen en/of die [slachtoffer 1] onder bedreiging van een of meer (vuur)wapen(s), althans op (een) wapen(s) gelijkende voorwerpen, heeft/hebben gedwongen uit diens auto te stappen en/of deze uit diens auto heeft/hebben getrokken en/of die [slachtoffer 1] heeft/hebben geblinddoekt en/of geboeid en/of gekneveld en/of gedwongen mee te lopen naar - en/of in te stappen in een voertuig van hem, verdachte, en/of zijn mededaders en/of
- die [slachtoffer 1] tegen diens wil heeft/hebben vervoerd naar - en/of gedurende meerdere uren, althans gedurende lange tijd, ondergebracht in een (voor die [slachtoffer 1] onbekende) loods en/of een soortgelijke afgesloten ruimte en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben vastgebonden en/of geslagen/gestompt en/of bedreigd met (een) vuurwapen(s), althans met daarop gelijkende voorwerp(en) en/of
- tegen die [slachtoffer 1] heeft/hebben gezegd dat er 2000 "blokken" moesten komen of geld, althans woorden van soortgelijke strekking heeft/hebben toegevoegd, en/of
- de benen en/of het bovenlichaam van die [slachtoffer 1] met cellofaan heeft/hebben omwikkeld en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben besproeid/overgoten met een vloeistof en/of het hoofd van die [slachtoffer 1] ingetaped en/of daarbij aan deze heeft/hebben toegevoegd dat die [slachtoffer 1] dan minder geluid zou maken als deze in de brand stond en/of deze heeft/hebben gevraagd hoeveel kinderen die [slachtoffer 1] had en/of waar diens dochter woonde en/of dat, als die [slachtoffer 1] zou liegen, de brand erin zou gaan en/of
- heeft/hebben aangegeven dat verdachte en/of zijn mededaders die [slachtoffer 1] zouden vrijlaten, maar dat als deze naar de politie ging, zij eerst diens dochter en/of die [slachtoffer 1] zelf zouden vermoorden, althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking heeft/hebben toegevoegd en/of
- die [slachtoffer 1] anderszins heeft/hebben bedreigd en/of
- die [slachtoffer 1] gedurende lange tijd heeft/hebben belet om die loods/ruimte te verlaten
en/of
-
(in
of omstreeksde periode van 20 januari 2017 tot en met 20 februari 2017
) een of meerbrieven naar die [slachtoffer 1]
(te Nunspeet
)en
/ofnaar die [slachtoffer 2] (te Ridderkerk) heeft/hebben verzonden en/of die brieven
/briefop het adres van die [slachtoffer 1] en/of op het adres van die [slachtoffer 2] heeft/hebben bezorgd/afgeleverd, in welke brieven/brief - zakelijk weergegeven- wordt aangegeven dat die [slachtoffer 1] en
/ofdie [slachtoffer 2] op het werkterrein van verdachte en
/ofvan zijn mededaders opereren en
/ofdat die [slachtoffer 1] en
/ofdie [slachtoffer 2]
(om die reden
)tien miljoen Euro moet
(en
)betalen en/of (hun) drugs onder de marktprijs moeten verkopen en
/ofdat, indien die [slachtoffer 1] en
/ofdie [slachtoffer 2] hier niet mee accoord gaan
/gaat, het niet goed komt en niet wordt geaccepteerd, althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking, en
/ofdaarbij de (exacte) personalia en
/ofidentiteitsgegevens van
een of meerfamilieleden van die [slachtoffer 2]
en/of van die [slachtoffer 1] heeft/hebben vermeld, en
/ofdat hij, verdachte, en
/ofzijn mededaders wil
(len
)dat die [slachtoffer 1]
(op 23 januari 2017 om 14.00 uur
)naar het adres van die [slachtoffer 2] komt en dat die [slachtoffer 2] en
/ofdie [slachtoffer 1] dan meer informatie krijgen, en
/ofaan die [slachtoffer 1] en
/ofaan die [slachtoffer 2] aangegeven dat deze zich beschikbaar moest
(en
)houden voor contact met hem, verdachte, en
/ofmet zijn mededaders, en
/of
- een
(geprepareerd
)mobiel telefoontoestel
(bestemd voor communicatie door verdachte en
/ofzijn mededaders met die [slachtoffer 1] en
/ofdie [slachtoffer 2]
)op het adres van die [slachtoffer 2] heeft/hebben bezorgd/afgeleverd en
/of
-
(naar voornoemd telefoontoestel
)meermalen,
althans eenmaal een of meerbericht
(en
)bestemd voor die [slachtoffer 1] en
/ofdie [slachtoffer 2]
heeft/hebben verzonden met daarin verdere instructies met betrekking tot de door die [slachtoffer 1] en
/ofdoor die [slachtoffer 2] te verrichten handeling(en), die zouden moeten leiden tot de voornoemde afgifte van geld en/of (hard)drugs
en/of een of meer andere goed(eren)en
/oftot voornoemde verkoop van (hard)drugs aan verdachte en/of aan zijn mededader(s),
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
3.
hij op
of omstreeks20 februari 2017 te Breda,
althans in Nederland
een wapen van categorie II, te weten
(een tot (semi)automatisch vuurwapen
omgebouwde
)Glock (kaliber 9 x 19 mm) en
/of
een patroonmagazijn (inhoudende 15 patronen) bestemd en passend in voornoemde
Glock, zijnde een wapen van categorie II en
/of
zes
, althans een aantalpatroonmagazijn
(en
) (ieder inhoudende 17 patronen
)
bestemd en passend in voornoemde Glock, zijnde
(een
)wapen
(s)van categorie
II
en
/of
munitie van categorie II , te weten 117,
althans een aantalvoor voornoemd
(e
)
Glock/vuurwapen geschikte 9 mm patronen, voorhanden heeft gehad.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
2. primair: poging tot afpersing door twee of meer verenigde personen;
3. handelen in strijd met artikel 26, eerste lid van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een vuurwapen en munitie van categorie II, meermalen gepleegd
.

5.De strafbaarheid van de feiten

De feiten zijn strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.Overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie vordert dat verdachte voor de onder 1 meer subsidiair (medeplichtigheid gijzeling), 2 primair (medeplegen poging afpersing) en 3 (verboden wapenbezit) ten laste gelegde feiten zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 6 jaar, met aftrek overeenkomstig artikel 27 van het Wetboek van Strafrecht.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft naast de bepleite vrijspraak voor de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten aangevoerd dat bij bewezenverklaring van de onder 2 ten laste gelegde medeplichtigheid voor dat feit maximaal 6 maanden gevangenisstraf opgelegd kan worden. Volgens de LOVS Oriëntatiepunten is de op te leggen gevangenisstraf voor het voorhanden hebben van het pistool ook lager dan de 18 maanden waarvan de officier van justitie uitgaat.
Beoordeling door de rechtbank
Verdachte heeft samen met anderen geprobeerd om aangevers [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] onder dreiging van geweld af te persen. Er zijn brieven aan aangevers gestuurd en er is een speciaal voor dat doel geprepareerde mobiele telefoon bij [slachtoffer 2] bezorgd om op anonieme wijze met hen te kunnen communiceren. Via die speciaal geprepareerde telefoon zijn vervolgens dreigende berichten aan aangevers gestuurd, met daarin de boodschap dat zij een groot geldbedrag en/of drugs aan de afpersers moesten leveren. [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] hebben dit als buitengewoon bedreigend ervaren, te meer omdat aan [slachtoffer 2] ook persoonlijke gegevens van zijn familieleden zijn gestuurd. De ervaring leert dat een aangever vaak geruime tijd lijdt onder de psychische gevolgen van een dergelijk delict. De rechtbank rekent dit verdachte zwaar aan.
Verder heeft verdachte een vuurwapen, voorzien van een magazijn met patronen, binnen handbereik onder zijn matras en een aantal gevulde magazijnen in zijn schuur bewaard. Kennelijk verkeert verdachte in een leefomgeving waarin er niet wordt geschuwd om geweld te gebruiken en waarin hij denkt zich te moeten beschermen met een dergelijk wapen. Dit levert een onaanvaardbaar risico op.
Uit het over verdachte opgemaakte reclasseringsrapport van 8 juni 2017 en het uittreksel justitiële documentatie van 31 januari 2018 blijkt dat er bij verdachte sprake is van een patroon van het plegen van vermogensdelicten. Verdachte heeft zich door eerdere veroordelingen niet laten weerhouden opnieuw strafbare feiten te plegen.
De rechtbank acht, mede gelet op de oriëntatiepunten van de LOVS, de oplegging van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf passend. De rechtbank komt tot het opleggen van een aanzienlijk lagere gevangenisstraf dan de officier van justitie heeft gevorderd. De reden daarvan is dat verdachte wordt vrijgesproken van het onder 1 ten laste gelegde, waarop de eis van de officier van justitie blijkens de gegeven toelichting met name is gebaseerd.
In beslag genomen goederen:
Nu zich geen strafvorderlijk belang daartegen verzet, zal de teruggave worden gelast van
- een bivakmuts
aan de verdachte.
7a. De beoordeling van de civiele vordering(en), alsmede de gevorderde oplegging van de schadevergoedingsmaatregel
De benadeelde partij [slachtoffer 1] heeft zich in het strafproces gevoegd ter verkrijging van schadevergoeding ter zake van de onder 1 en 2 laste gelegde feiten. Gevorderd wordt een bedrag van € 18.310,-- (€ 3.310,-- materiële schade en € 15.000,-- immateriële schade).
De benadeelde [slachtoffer 2] heeft zich in het strafproces gevoegd ter verkrijging van schadevergoeding ter zake van het onder 2 ten laste gelegde feit. Gevorderd wordt een bedrag van € 10.000,-- immateriële schade en een bedrag van € 4.997,30 voor de kosten van rechtsbijstand.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie verzoekt toewijzing van de gevorderde schade, vermeerderd met de wettelijke rente en oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman verzoekt de vorderingen van de benadeelde partijen niet ontvankelijk te verklaren. Met een toelichting als vermeld in de pleitnotitie is de raadsman van oordeel dat deze onvoldoende zijn onderbouwd.
Beoordeling door de rechtbank
Vordering benadeelde partij [slachtoffer 1]
De rechtbank zal de door de benadeelde partij [slachtoffer 1] gevorderde materiële schade van € 3.310,-- niet-ontvankelijk verklaren. De gevorderde schade ziet op een gebeurtenis op 2 december 2016 (feit 1). Deze gebeurtenis is wel aan verdachte ten laste gelegd, maar de rechtbank acht dit deel van de tenlastelegging niet wettig en overtuigend bewezen. Daarmee is ten aanzien van dit deel van de vordering niet voldaan aan de wettelijke vereisten zoals bedoeld in artikel 361, tweede lid, aanhef en sub b, van het Wetboek van Strafvordering.
Naar het oordeel van de rechtbank is, op grond van de gebezigde bewijsmiddelen en hetgeen verder ter terechtzitting met betrekking tot de vordering is gebleken, komen vast te staan dat de benadeelde partij [slachtoffer 1] als gevolg van het bewezen verklaarde handelen immateriële schade heeft geleden. De gevorderde immateriële schade ziet niet alleen op het onder 2 bewezen verklaarde feit, maar eveneens op de gebeurtenis van 2 december 2016 waarvoor verdachte vrijgesproken wordt. De vordering is niet per gebeurtenis gespecificeerd. Het is te belastend voor het strafproces om in deze fase hiernaar nog nader onderzoek te laten verrichten. De rechtbank maakt daarom gebruik van haar schattingsbevoegdheid en stelt het bedrag van geleden immateriële schade naar redelijkheid en billijkheid vast op een bedrag van € 2.500,--. Wat betreft de meer gevorderde immateriële schade zal de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard worden in haar vordering.
De gevorderde wettelijke rente is toewijsbaar vanaf 20 januari 2017 (datum ontvangst eerste brief).
Vordering benadeelde partij [slachtoffer 2]
Naar het oordeel van de rechtbank is, op grond van de gebezigde bewijsmiddelen en hetgeen verder ter terechtzitting met betrekking tot de vordering is gebleken, komen vast te staan dat de benadeelde partij [slachtoffer 2] als gevolg van het bewezen verklaarde handelen immateriële schade heeft geleden. De wijze waarop de hoogte van het gevorderde bedrag is bepaald, is echter beperkt onderbouwd. Het is te belastend voor het strafproces om in deze fase hiernaar nog nader onderzoek te laten doen. De rechtbank maakt daarom gebruik van haar schattingsbevoegdheid en stelt het bedrag van geleden immateriële schade naar redelijkheid en billijkheid vast op een bedrag van € 2.500,--. Wat betreft de meer gevorderde immateriële schade zal de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard worden in haar vordering.
De gevorderde wettelijke rente is toewijsbaar vanaf 20 januari 2017 (datum ontvangst pakketje).
Verder wordt een bedrag van € 4.997,30 gevorderd voor gemaakte proceskosten (kosten rechtsbijstand).
De rechtbank is van oordeel dat de ingediende vordering tot vergoeding van de gemaakte proceskosten onvoldoende is gespecificeerd. Enig bedrag aan proceskosten is echter toewijsbaar, op de voet van artikel 592a van het Wetboek van Strafvordering. De rechtbank ziet in het onderhavige geval aanleiding aansluiting te zoeken bij het hier toepasselijke liquidatietarief. Uitgaande van één punt zullen de toe te wijzen proceskosten worden begroot op € 452,--.
Gelet op het vorenstaande ziet de rechtbank aanleiding om aan verdachte op basis van het bepaalde in artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht telkens de verplichting op te leggen tot betaling aan de Staat van het toe te wijzen bedrag ten behoeve van genoemde benadeelde partij.

8.De toegepaste wettelijke bepalingen

De beslissing is gegrond op de artikelen 36f, 45, 47, 57, 312 en 317 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 26 en 55 van de Wet wapens en munitie.

9.De beslissing

De rechtbank:
 spreekt verdachte vrij van het onder 1 primair, 1 subsidiair, 1 meer subsidiair en 1 meest subsidiair tenlastegelegde.
 verklaart bewezen dat verdachte de overige tenlastegelegde feiten, zoals vermeld onder punt 3, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert de strafbare feiten zoals vermeld onder punt 4;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 veroordeelt verdachte wegens het bewezenverklaarde tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
30 (dertig) maanden;
 beveelt dat de tijd, door veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
 gelast de
teruggaveaan veroordeelde van het in beslag genomen, nog niet teruggegeven goed, te weten:
- een bivakmuts.
De beslissing op de vorderingen van de benadeelde partijen.
 veroordeelt verdachte tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [slachtoffer 1] , van een bedrag van € 2.500,-- (tweeduizend vijfhonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 januari 2017, tot aan de dag der algehele voldoening en met betaling van de kosten van het geding en de tenuitvoerlegging door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
 verklaart de benadeelde partij [slachtoffer 1] voor het overige niet-ontvankelijk in haar vordering;
 verstaat dat indien en voor zover door de mededader en/of mededaders het betreffende schadebedrag is betaald, veroordeelde daarvan zal zijn bevrijd;
 legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij [slachtoffer 1] , een bedrag te betalen van € 2.500,-- (tweeduizend vijfhonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 januari 2017, met bepaling dat bij gebreke van betaling en verhaal van de hoofdsom 35 dagen hechtenis zal kunnen worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
 bepaalt dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
 veroordeelt verdachte tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [slachtoffer 2] , van een bedrag van € 2.500,-- (tweeduizend vijfhonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 januari 2017, tot aan de dag der algehele voldoening en met betaling van de kosten van het geding en de tenuitvoerlegging door de benadeelde partij gemaakt, begroot op € 452,-;
 verklaart de benadeelde partij [slachtoffer 2] voor het overige niet-ontvankelijk in haar vordering;
 verstaat dat indien en voor zover door de mededader en/of mededaders het betreffende schadebedrag is betaald, veroordeelde daarvan zal zijn bevrijd;
 legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij [slachtoffer 2] , een bedrag te betalen van € 2.500,-- (tweeduizend vijfhonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 januari 2017, met bepaling dat bij gebreke van betaling en verhaal van de hoofdsom 35 dagen hechtenis zal kunnen worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
 bepaalt dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
Dit vonnis is gewezen door mr. D.S.M. Bak (voorzitter) , mr. Y.M.J.I. Baauw en mr. T.C. Henniphof, rechters, in tegenwoordigheid van A.B.M. Jansen, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 18 april 2018.
Bijlage 1
1.
hij op of omstreeks 2 december 2016 in de gemeente Nunspeet en/of elders in
Nederland en/of in België,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen opzettelijk
[slachtoffer 1] wederrechtelijk van de vrijheid heeft beroofd en beroofd
gehouden, met het oogmerk die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] (de
zakenpartner van die [slachtoffer 1] ) en/of een of meer anderen te dwingen iets te
doen,
te weten (onder meer) - zakelijk weergegeven- het betalen van een aanzienlijk
geldbedrag en/of afgifte van 2000 "blokken"(cocaïne/harddrugs) aan hem,
verdachte en/of zijn mededader(s) en/of
het rechtstreeks onder de marktprijs verkopen van hoeveelheden (hard)drugs aan
hem, verdachte en/of zijn mededader(s)
althans tot een of meer (soortgelijke) transactie(s)/ handeling(en) ,
immers heeft/hebben en/of is/zijn hij, verdachte en/of zijn mededaders
- op de openbare weg (in de gemeente Nunspeet) de auto, waarin die [slachtoffer 1]
reed, met een of meer auto's/voertuigen klemgereden en/of gehuld in
bivakmutsen op die [slachtoffer 1] toegelopen en/of die [slachtoffer 1] onder bedreiging
van een of meer (vuur)wapen(s), althans op (een) wapen(s) gelijkende
voorwerpen, gedwongen uit diens auto te stappen en/of deze uit diens auto
getrokken en/of die [slachtoffer 1] geblinddoekt en/of geboeid en/of gekneveld
en/of gedwongen mee te lopen naar - en/of in te stappen in een voertuig van
hem, verdachte, en/of zijn mededaders en/of
- die [slachtoffer 1] tegen diens wil vervoerd naar - en/of gedurende meerdere uren,
althans gedurende lange tijd, ondergebracht in een (voor die [slachtoffer 1]
onbekende ) loods en/of een soortgelijke afgesloten ruimte en/of
- die [slachtoffer 1] vastgebonden en/of geslagen/gestompt en/of bedreigd met (een)
vuurwapen(s), althans daarop gelijkende voorwerp(en) en/of
- de benen en/of het bovenlichaam van die [slachtoffer 1] met cellofaan omwikkeld
en/of
- die [slachtoffer 1] besproeid/overgoten met een vloeistof en/of het hoofd van die
[slachtoffer 1] ingetaped en/of daarbij aan deze toegevoegd dat die [slachtoffer 1] dan
minder geluid zou maken als deze in de brand stond en/of deze gevraagd
hoeveel kinderen die [slachtoffer 1] had en/of waar diens dochter woonde en/of dat,
als die [slachtoffer 1] zou liegen, de brand erin zou gaan en/of
- aangegeven dat verdachte en/of zijn mededaders die [slachtoffer 1] zouden
vrijlaten, maar dat als deze naar de politie ging, zij eerst diens dochter
en/of die [slachtoffer 1] zelf zouden vermoorden,
althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking toegevoegd en/of
- die [slachtoffer 1] anderszins bedreigd en/of
- die [slachtoffer 1] gedurende lange tijd belet om die loods/ruimte te verlaten;
althans, indien het vorenstaande onder 1 niet tot een veroordeling leidt:
hij op of omstreeks 2 december 2016 in de gemeente Nunspeet en/of elders in
Nederland en/of in België
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk
[slachtoffer 1] van de vrijheid heeft beroofd en/of beroofd gehouden,
immers heeft/hebben en/of is/zijn hij, verdachte en/of zijn mededader(s)
- op de openbare weg (in de gemeente Nunspeet) de auto, waarin die [slachtoffer 1]
reed, met een of meer auto's/voertuigen klemgereden en/of gehuld in
bivakmutsen op die [slachtoffer 1] toegelopen en/of die [slachtoffer 1] onder bedreiging van
een of meer (vuur)wapen(s), althans op (een) wapen(s) gelijkende voorwerpen,
gedwongen uit diens auto te stappen en/of deze uit diens auto getrokken
en/of die [slachtoffer 1] geblinddoekt en/of geboeid en/of gekneveld en/of gedwongen
mee te lopen naar - en/of in te stappen in een voertuig van hem, verdachte,
en/of zijn mededaders en/of
- die [slachtoffer 1] tegen diens wil vervoerd naar - en/of gedurende meerdere uren,
althans gedurende lange tijd ondergebracht in een(voor die [slachtoffer 1]
onbekende) loods en/of een soortgelijke afgesloten ruimte en/of
- die [slachtoffer 1] vastgebonden en/of geslagen/gestompt en/of bedreigd met (een)
vuurwapen(s), althans daarop gelijkende voorwerp(en) en/of de benen en/of
het bovenlichaam van die [slachtoffer 1] met cellofaan omwikkeld en/of
- die [slachtoffer 1] besproeid/overgoten met een vloeistof en/of het hoofd van die
[slachtoffer 1] ingetaped en/of daarbij aan deze toegevoegd dat die [slachtoffer 1] dan
minder geluid zou maken als deze in de brand stond en/of deze gevraagd
hoeveel kinderen die [slachtoffer 1] had en/of waar diens dochter woonde en/of dat,
als die [slachtoffer 1] zou liegen, de brand erin zou gaan en/of
- aangegeven dat verdachte en/of zijn mededaders die [slachtoffer 1] zouden vrijlaten,
maar dat als deze naar de politie ging, zij eerst diens dochter en/of die
[slachtoffer 1] zelf zouden vermoorden,
althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking toegevoegd en/of
- die [slachtoffer 1] anderszins bedreigd en/of
- die [slachtoffer 1] gedurende lange tijd belet om die loods/ruimte te verlaten en/of
- die [slachtoffer 1] achtergelaten in een voor die [slachtoffer 1] onbekende plaats;
meer subsidiair:
[medeverdachte 2] , althans een persoon op of omstreeks 2 december 2016 in de
gemeente Nunspeet en/of elders in Nederland en/of in België ,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen opzettelijk
[slachtoffer 1] wederrechtelijk van de vrijheid heeft beroofd en beroofd
gehouden, met het oogmerk die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2]
(de zakenpartner van die [slachtoffer 1] ) en/of een of meer anderen te dwingen iets te
doen,
te weten (onder meer) - zakelijk weergegeven- het betalen van een aanzienlijk
geldbedrag en/of afgifte van 2000 "blokken"(cocaïne/harddrugs) aan die [medeverdachte 2]
en/of aan die persoon en/of aan diens mededader(s) en/of
het rechtstreeks onder de marktprijs verkopen van hoeveelheden (hard)drugs aan
die [medeverdachte 2] en/of aan die persoon en/of aan diens mededader(s),
althans tot een of meer (soortgelijke) transactie(s)/ handeling(en),
immers heeft/hebben en/of is/zijn die [medeverdachte 2] en/of die persoon en/of diens
mededader(s)
- op de openbare weg (in de gemeente Nunspeet) de auto, waarin die [slachtoffer 1]
reed, met een of meer auto's/voertuigen klemgereden en/of gehuld in
bivakmutsen op die [slachtoffer 1] toegelopen en/of die [slachtoffer 1] onder bedreiging van
een of meer (vuur)wapen(s), althans op (een) wapen(s) gelijkende voorwerpen,
gedwongen uit diens auto te stappen en/of deze uit diens auto getrokken
en/of die [slachtoffer 1] geblinddoekt en/of geboeid en/of gekneveld en/of
gedwongen mee te lopen naar - en/of in te stappen in een voertuig van die
[medeverdachte 2] en/of die persoon en/of diens mededader(s) en/of
- die [slachtoffer 1] tegen diens wil vervoerd naar - en/of gedurende meerdere uren,
althans gedurende lange tijd, ondergebracht in een (voor die [slachtoffer 1]
onbekende) loods en/of een soortgelijke afgesloten ruimte en/of
- die [slachtoffer 1] vastgebonden en/of geslagen/gestompt en/of bedreigd met (een)
vuurwapen(s), althans met daarop gelijkende voorwerp(en) en/of
- de benen en/of het bovenlichaam van die [slachtoffer 1] met cellofaan omwikkeld
en/of
- die [slachtoffer 1] besproeid/overgoten met een vloeistof en/of het hoofd van die
[slachtoffer 1] ingetaped en/of daarbij aan deze toegevoegd dat die [slachtoffer 1] dan
minder geluid zou maken als deze in de brand stond en/of deze gevraagd
hoeveel kinderen die [slachtoffer 1] had en/of waar diens dochter woonde en/of dat,
als die [slachtoffer 1] zou liegen, de brand erin zou gaan en/of
- aangegeven dat die [medeverdachte 2] en/of die persoon en/of diens mededader(s) die
[slachtoffer 1] zouden vrijlaten, maar dat als deze naar de politie ging, zij eerst
diens dochter en/of die [slachtoffer 1] zelf zouden vermoorden,
althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking toegevoegd en/of
- die [slachtoffer 1] anderszins bedreigd en/of
- die [slachtoffer 1] gedurende lange tijd belet om die loods/ruimte te verlaten,
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf hij, verdachte, in of omstreeks de
periode van 10 oktober 2016 tot en met 2 december 2016 in de gemeente Breda
en/of Nunspeet en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een
ander of anderen en/of alleen, (telkens) opzettelijk gelegenheid, middelen
en/of inlichtingen heeft verschaft en/of (telkens) opzettelijk behulpzaam is
geweest door (telkens) opzettelijk
- een voertuig (Mercedes Sprinter) naar Nunspeet te vervoeren en/of deze in de
omgeving van de plaats des misdrijfs te parkeren en/of deze ter beschikking
te stellen aan die [medeverdachte 2] en/of aan die persoon en/of aan diens mededader(s)
en/of
- in dat voertuig een walkie-talkie en/of afplakfolie en/of een valse
kentekenplaat ( [kenteken 2] ) en/of een of meer (vuur)wapen(s) en/of
patroonhouder(s) voor gebruik door die [medeverdachte 2] en/of die persoon en/of diens
mededader(s) klaar te leggen en/of achter te laten en/of
- een of meer bivakmuts(en) en/of skibril(len) en/of ander gezichtsbedekkend
materiaal en/of een of meer (andere) dreig- en/of hulpmiddelen aan te
schaffen en/of deze aan die [medeverdachte 2] en/of aan die persoon en/of aan diens
mededader(s) beschikbaar te stellen en/of over te dragen;
meest subsidiair:
[medeverdachte 2] , althans een persoon op of omstreeks 2 december 2016 in de
gemeente Nunspeet en/of elders in Nederland en/of in België
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk
[slachtoffer 1] van de vrijheid heeft beroofd en/of beroofd gehouden,
immers heeft/hebben en/of is/zijn die [medeverdachte 2] en/of die persoon en/of diens
mededader(s)
- op de openbare weg (in de gemeente Nunspeet) de auto, waarin die van
[slachtoffer 1] reed, met een of meer auto's/voertuigen klemgereden en/of gehuld in
bivakmutsen op die [slachtoffer 1] toegelopen en/of die [slachtoffer 1] onder bedreiging van
een of meer (vuur)wapen(s), althans op (een) wapen(s) gelijkende voorwerpen,
gedwongen uit diens auto te stappen en/of deze uit diens auto getrokken en/of
die [slachtoffer 1] geblinddoekt en/of geboeid en/of gekneveld en/of gedwongen mee te
lopen naar - en/of in te stappen in een voertuig van die [medeverdachte 2] en/of diens
mededader(s) en/of
- die [slachtoffer 1] tegen diens wil vervoerd naar - en/of gedurende meerdere uren,
althans gedurende lange tijd ondergebracht in een( voor die [slachtoffer 1]
onbekende) loods en/of een soortgelijke afgesloten ruimte en/of
- die [slachtoffer 1] vastgebonden en/of geslagen/gestompt en/of bedreigd met (een)
vuurwapen(s), althans daarop gelijkende voorwerp(en) en/of
- de benen en/of het bovenlichaam van die [slachtoffer 1] met cellofaan omwikkeld
en/of
- die [slachtoffer 1] besproeid/overgoten met een vloeistof en/of het hoofd van die
[slachtoffer 1] ingetaped en/of daarbij aan deze toegevoegd dat die [slachtoffer 1] dan
minder geluid zou maken als deze in de brand stond en/of deze gevraagd
hoeveel kinderen die [slachtoffer 1] had en/of waar diens dochter woonde en/of dat,
als die [slachtoffer 1] zou liegen, de brand erin zou gaan en/of
- aangegeven dat die [medeverdachte 2] en/of die persoon en/of diens mededaders die
[slachtoffer 1] zouden vrijlaten, maar dat als deze naar de politie ging, zij eerst
diens dochter en/of die [slachtoffer 1] zelf zouden vermoorden,
althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking toegevoegd en/of
- die [slachtoffer 1] anderszins bedreigd en/of
- die [slachtoffer 1] gedurende lange tijd belet om die loods/ruimte te verlaten en/of
- die [slachtoffer 1] achtergelaten in een voor die [slachtoffer 1] onbekende plaats,
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf hij, verdachte, in of omstreeks de
periode van 10 oktober 2016 tot en met 2 december 2016 in de gemeente Breda
en/of Nunspeet en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een
ander of anderen en/of alleen, (telkens) opzettelijk gelegenheid, middelen
en/of inlichtingen heeft verschaft en/of (telkens) opzettelijk behulpzaam is
geweest door (telkens) opzettelijk
- een voertuig (Mercedes Sprinter) naar Nunspeet te vervoeren en/of deze in de
omgeving van de plaats des misdrijfs te parkeren en/of deze ter beschikking
te stellen aan die [medeverdachte 2] en/of aan die persoon en/of aan diens mededader(s)
en/of
- in dat voertuig een walkie-talkie en/of afplakfolie en/of een valse
kentekenplaat( [kenteken 2] ) en/of een of meer (vuur)wapen(s) en/of
patroonhouder(s) voor gebruik door die [medeverdachte 2] en/of die persoon en/of diens
mededader(s) klaar te leggen en/of achter te laten en/of
- een of meer bivakmuts(en) en/of skibril(len) en/of ander gezichtsbedekkend
materiaal en/of een of meer (andere) dreig- en/of hulpmiddelen aan te
schaffen en/of deze aan die [medeverdachte 2] en/of aan die persoon en/of aan diens
mededader(s) beschikbaar te stellen en/of over te dragen;
2.
hij in of omstreeks de periode van 2 december 2016 tot en met 20 februari 2017
in de gemeente(n) Nunspeet en/of Ridderkerk en/of elders in Nederland en/of in
België en/of in Duitsland
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in
vereniging met anderen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en)
wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld
[slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] te dwingen tot
de afgifte van 10 miljoen Euro, althans een aanzienlijk geldbedrag en/of een
hoeveelheid (hard)drugs en/of een of meer ander(e) goed(eren), geheel of ten
dele toebehorende aan die [slachtoffer 1] en/of aan die [slachtoffer 2] , in elk geval aan
een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
en/of
het tenietdoen van een inschuld, te weten het aan verdachte en/of aan zijn
mededader(s) verkopen van (hard)drugs onder de marktprijs ,
- ( op 2 december 2016) op de openbare weg (in de gemeente Nunspeet) de auto,
waarin die [slachtoffer 1] reed, met een of meer auto's/voertuigen heeft/hebben
klemgereden en/of gehuld in bivakmutsen op die [slachtoffer 1] is/zijn toegelopen
en/of die [slachtoffer 1] onder bedreiging van een of meer (vuur)wapen(s), althans
op (een) wapen(s) gelijkende voorwerpen, heeft/hebben gedwongen uit diens
auto te stappen en/of deze uit diens auto heeft/hebben getrokken en/of die
[slachtoffer 1] heeft/hebben geblinddoekt en/of geboeid en/of gekneveld en/of
gedwongen mee te lopen naar - en/of in te stappen in een voertuig van hem,
verdachte, en/of zijn mededaders en/of
- die [slachtoffer 1] tegen diens wil heeft/hebben vervoerd naar - en/of gedurende
meerdere uren, althans gedurende lange tijd, ondergebracht in een (voor die
[slachtoffer 1] onbekende) loods en/of een soortgelijke afgesloten ruimte en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben vastgebonden en/of geslagen/gestompt en/of bedreigd
met (een) vuurwapen(s), althans met daarop gelijkende voorwerp(en) en/of
- tegen die [slachtoffer 1] heeft/hebben gezegd dat er 2000 "blokken" moesten komen of
geld, althans woorden van soortgelijke strekking heeft/hebben toegevoegd,
en/of
- de benen en/of het bovenlichaam van die [slachtoffer 1] met cellofaan heeft/hebben
omwikkeld en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben besproeid/overgoten met een vloeistof en/of het
hoofd van die [slachtoffer 1] ingetaped en/of daarbij aan deze heeft/hebben
toegevoegd dat die [slachtoffer 1] dan minder geluid zou maken als deze in de brand
stond en/of deze heeft/hebben gevraagd hoeveel kinderen die [slachtoffer 1] had
en/of waar diens dochter woonde en/of dat, als die [slachtoffer 1] zou liegen, de
brand erin zou gaan en/of
- heeft/hebben aangegeven dat verdachte en/of zijn mededaders die [slachtoffer 1]
zouden vrijlaten, maar dat als deze naar de politie ging, zij eerst diens
dochter en/of die [slachtoffer 1] zelf zouden vermoorden,
althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking heeft/hebben
toegevoegd en/of
- die [slachtoffer 1] anderszins heeft/hebben bedreigd en/of
- die [slachtoffer 1] gedurende lange tijd heeft/hebben belet om die loods/ruimte te
verlaten
en/of
- ( in of omstreeks de periode van 20 januari 2017 tot en met 20 februari 2017)
een of meer brieven naar die [slachtoffer 1] (te Nunspeet) en/of naar die [slachtoffer 2]
(te Ridderkerk) heeft/hebben verzonden en/of die brieven/brief op het adres
van die [slachtoffer 1] en/of op het adres van die [slachtoffer 2] heeft/hebben
bezorgd/afgeleverd ,
in welke brieven/brief - zakelijk weergegeven- wordt aangegeven dat die
[slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] op het werkterrein van verdachte en/of van zijn
mededaders opereren en/of dat die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] (om die
reden) tien miljoen Euro moet(en) betalen en/of (hun) drugs onder de
marktprijs moeten verkopen en/of dat, indien die [slachtoffer 1] en/of die
[slachtoffer 2] hier niet mee accoord gaan/gaat, het niet goed komt en niet wordt
geaccepteerd, althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking,
en/of daarbij de (exacte) personalia en/of identiteitsgegevens van een of
meer familieleden van die [slachtoffer 2] en/of van die [slachtoffer 1] heeft/hebben
vermeld, en/of
dat hij, verdachte, en/of zijn mededaders wil(len) dat die [slachtoffer 1] (op 23
januari 2017 om 1400 uur) naar het adres van die [slachtoffer 2] komt en dat die
[slachtoffer 2] en/of die [slachtoffer 1] dan meer informatie krijgen, en/of
aan die [slachtoffer 1] en/of aan die [slachtoffer 2] aangegeven dat deze zich
beschikbaar moest(en) houden voor contact met hem, verdachte, en/of met zijn
mededaders, en/of
- een (geprepareerd) mobiel telefoontoestel (bestemd voor communicatie door
verdachte en/of zijn mededaders met die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] ) op het
adres van die [slachtoffer 2] heeft/hebben bezorgd/afgeleverd en/of
- ( naar voornoemd telefoontoestel) meermalen, althans eenmaal een of meer
bericht(en) bestemd voor die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] heeft/hebben
verzonden met daarin verdere instructies met betrekking tot de door die
[slachtoffer 1] en/of door die [slachtoffer 2] te verrichten handeling(en),
die zouden moeten leiden tot de voornoemde afgifte van geld
en/of (hard)drugs en/of een of meer andere goed(eren) en/of
tot voornoemde verkoop van (hard)drugs aan verdachte en/of aan zijn
mededader(s),
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
althans, indien het vorenstaande onder 2 niet tot een veroordeling leidt:
[medeverdachte 2] , althans een persoon in of omstreeks de periode van 2 december
2016 tot en met 20 februari 2017 in de gemeente(n) Nunspeet en/of Ridderkerk
en/of elders in Nederland en/of in België en/of in Duitsland
ter uitvoering van het door die [medeverdachte 2] /persoon voorgenomen misdrijf om tezamen
en in vereniging met anderen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en)
wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld
[slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] te dwingen tot
de afgifte van 10 miljoen Euro, althans een aanzienlijk geldbedrag en/of een
hoeveelheid (hard)drugs en/of een of meer ander(e) goed(eren), geheel of ten
dele toebehorende aan die [slachtoffer 1] en/of aan die [slachtoffer 2] , in elk geval aan
een ander of anderen dan aan die [medeverdachte 2] en/of aan diens mededader(s) en/of aan
verdachte,
en/of
het tenietdoen van een inschuld, te weten het aan die [medeverdachte 2] /persoon en/of aan
diens mededader(s) en/of aan verdachte verkopen van (hard)drugs onder de
marktprijs,
- ( op 2 december 2016) op de openbare weg (in de gemeente Nunspeet) de auto,
waarin die [slachtoffer 1] reed, met een of meer auto's/voertuigen heeft/hebben
klemgereden en/of gehuld in bivakmutsen op die [slachtoffer 1] is/zijn toegelopen
en/of die [slachtoffer 1] onder bedreiging van een of meer (vuur)wapen(s), althans
op (een) wapen(s) gelijkende voorwerpen, heeft/hebben gedwongen uit diens
auto te stappen en/of deze uit diens auto heeft/hebben getrokken en/of die
[slachtoffer 1] heeft/hebben geblinddoekt en/of geboeid en/of gekneveld en/of
gedwongen mee te lopen naar - en/of in te stappen in een voertuig van die
[medeverdachte 2] /persoon en/of diens mededaders en/of
- die [slachtoffer 1] tegen diens wil heeft/hebben vervoerd naar - en/of gedurende
meerdere uren, althans gedurende lange tijd, ondergebracht in een (voor die
[slachtoffer 1] onbekende) loods en/of een soortgelijke afgesloten ruimte en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben vastgebonden en/of geslagen/gestompt en/of bedreigd
met (een) vuurwapen(s), althans met daarop gelijkende voorwerp(en) en/of
- tegen die [slachtoffer 1] heeft/hebben gezegd dat er 2000 "blokken" moesten komen of
geld, althans woorden van soortgelijke strekking heeft/hebben toegevoegd,
en/of
- de benen en/of het bovenlichaam van die [slachtoffer 1] met cellofaan heeft/hebben
omwikkeld en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben besproeid/overgoten met een vloeistof en/of het
hoofd van die [slachtoffer 1] ingetaped en/of daarbij aan deze heeft/hebben
toegevoegd dat die [slachtoffer 1] dan minder geluid zou maken als deze in de brand
stond en/of deze heeft/hebben gevraagd hoeveel kinderen die [slachtoffer 1] had
en/of waar diens dochter woonde en/of dat, als die [slachtoffer 1] zou liegen, de
brand erin zou gaan en/of
- heeft/hebben aangegeven dat die [medeverdachte 2] /persoon en/of diens mededader(s)
die [slachtoffer 1] zouden vrijlaten, maar dat als deze naar de politie ging, zij
eerst diens dochter en/of die [slachtoffer 1] zelf zouden vermoorden,
althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking heeft/hebben
toegevoegd en/of
- die [slachtoffer 1] anderszins heeft/hebben bedreigd en/of
- die [slachtoffer 1] gedurende lange tijd heeft/hebben belet om die loods/ruimte te
verlaten
en/of
- ( in of omstreeks de periode van 20 januari 2017 tot en met 20 februari 2017)
een of meer brieven naar die [slachtoffer 1] (te Nunspeet) en/of naar die [slachtoffer 2]
(te Ridderkerk) heeft/hebben verzonden en/of die brieven/brief op het adres
van die [slachtoffer 1] en/of op het adres van die [slachtoffer 2] heeft/hebben
bezorgd/afgeleverd ,
in welke brieven/brief - zakelijk weergegeven- wordt aangegeven dat die
[slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] op het werkterrein van die [medeverdachte 2] /persoon
en/of van diens mededaders opereren en/of dat die [slachtoffer 1] en/of die
[slachtoffer 2] (om die reden) tien miljoen Euro moet(en) betalen en/of (hun)
drugs onder de marktprijs moeten verkopen en/of dat, indien die [slachtoffer 1]
en/of die [slachtoffer 2] hier niet mee accoord gaan/gaat, het niet goed komt en
niet wordt geaccepteerd, althans woorden van gelijke dreigende aard of
strekking,
en/of daarbij de (exacte) personalia en/of identiteitsgegevens van een of
meer familieleden van die [slachtoffer 2] en/of van die [slachtoffer 1] heeft/hebben
vermeld, en/of
dat die [medeverdachte 2] /persoon en/of diens mededader(s) wil(len) dat die [slachtoffer 1]
(op 23 januari 2017 om 1400 uur) naar het adres van die [slachtoffer 2] komt en
dat die [slachtoffer 2] en/of die [slachtoffer 1] dan meer informatie krijgen, en/of
aan die [slachtoffer 1] en/of aan die [slachtoffer 2] aangegeven dat deze zich
beschikbaar moest(en) houden voor contact met die [medeverdachte 2] /persoon en/of diens
mededader(s) en/of
- een (geprepareerd) mobiel telefoontoestel (bestemd voor communicatie door
die [medeverdachte 2] /persoon en/of diens mededader(s) met die [slachtoffer 1] en/of die
[slachtoffer 2] ) op het adres van die [slachtoffer 2] heeft/hebben bezorgd/afgeleverd
en/of
- ( naar voornoemd telefoontoestel) meermalen, althans eenmaal een of meer
bericht(en) bestemd voor die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] heeft/hebben
verzonden met daarin verdere instructies met betrekking tot de door die
[slachtoffer 1] en/of door die [slachtoffer 2] te verrichten handeling(en),
die zouden moeten leiden tot de voornoemde afgifte van geld
en/of (hard)drugs en/of een of meer andere goed(eren) en/of
tot voornoemde verkoop van (hard)drugs aan die [medeverdachte 2] /persoon en/of aan diens
mededader(s),
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid,
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf hij, verdachte, in of omstreeks de
periode van 10 oktober 2016 tot en met 20 februari 2017 in de gemeente Breda
en/of Nunspeet en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een
ander of anderen en/of alleen, (telkens) opzettelijk gelegenheid, middelen
en/of inlichtingen heeft verschaft en/of (telkens) opzettelijk behulpzaam is
geweest door (telkens) opzettelijk
- een voertuig (Mercedes Sprinter) naar Nunspeet te vervoeren en/of deze
aldaar (in de omgeving van de plaats waar voornoemde gijzeling/
wederrechtelijke vrijheidsberoving van voornoemde [slachtoffer 1] plaats zou vinden)
te parkeren en/of dat voertuig ter beschikking te stellen aan die [medeverdachte 2]
en/of aan die persoon en/of aan diens mededader(s) en/of
- in dat voertuig een walkie- talkie en/of afplakfolie en/of een valse
kentekenplaat( [kenteken 2] ) en/of een of meer (vuur)wapen(s) en/of
patroonhouder(s) voor gebruik door die [medeverdachte 2] en/of die persoon en/of diens
mededader(s) klaar te leggen en/of achter te laten en/of
- een of meer bivakmuts(en) en/of skibril(len) en/of ander gezichtsbedekkend
materiaal en/of een of meer (andere) dreig- en/of hulpmiddelen aan te
schaffen en/of deze aan die [medeverdachte 2] en/of aan die persoon en/of aan diens
mededader(s) beschikbaar te stellen en/of over te dragen en/of
- ( op 13 februari 2017 vanuit België) een of meer bericht(en) bestemd voor die
[slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] op te stellen en/of deze te verzenden naar
voornoemd (geprepareerd mobiel) telefoontoestel en/of
- ( op 20 februari 2017 vanuit Duitsland) een of meer bericht(en) bestemd voor
die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] op te stellen en/of deze te verzenden naar
voornoemd (geprepareerd mobiel)telefoontoestel;
3.
hij op of omstreeks 20 februari 2017 te Breda , althans in Nederland
een wapen van categorie II, te weten (een tot (semi)automatisch vuurwapen
omgebouwde) Glock (kaliber 9 x 19 mm) en/of
een patroonmagazijn (inhoudende 15 patronen) bestemd en passend in voornoemde
Glock , zijnde een wapen van categorie III en/of
zes, althans een aantal patroonmagazijn(en) (ieder inhoudende 17 patronen)
bestemd en passend in voornoemde Glock, zijnde (een) wapen(s) van categorie
III
en/of
munitie van categorie II , te weten 117, althans een aantal voor voornoemd(e)
Glock/vuurwapen geschikte 9 mm patronen, voorhanden heeft gehad.

Voetnoten

1.De volledige tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.
2.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door de politie Oost Nederland, team Grootschalige Optreden, opgemaakte proces-verbaal, dossiernummer 2016589196, gesloten op 3 juli 2017 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.
3.Proces-verbaal van verhoor van [slachtoffer 1] , p. 518-524
4.Proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer 1] , p. 707-708
5.Proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer 2] , p. 722-723
6.Proces-verbaal van verhoor van [slachtoffer 1] , p. 701-704
7.Proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer 2] , p. 722-723
8.Proces-verbaal, p. 759-763
9.Proces-verbaal, p. 764-771
10.Proces-verbaal, p. 772-780
11.Proces-verbaal veiligstellen data mobiele telefoon, p. 745-748
12.Proces-verbaal, p. 745-748
13.Proces-verbaal bevindingen, p. 749-750
14.Proces-verbaal van bevindingen, p. 751-753
15.Proces-verbaal van observatie, p. 781-784
16.Proces-verbaal van observatie, p. 919-923
17.Proces-verbaal van bevindingen, p. 930
18.Proces-verbaal van aanhouding, p. 1939-1940
19.Bijlage bij het proces-verbaal van sporenonderzoek, p. 966-967
20.Fotoblad, p. 1909
21.Proces-verbaal van bevindingen, p 846
22.Proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] , p. 707 en p. 722