ECLI:NL:RBGEL:2018:1750
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - meervoudig
- R.J. Jue
- L.M. Koenraad
- S.E.M. Lichtenberg
- Rechtspraak.nl
Milieuvergunning voor een varkenshouderij met varianten voor stallen en dieren
In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 17 april 2018 uitspraak gedaan over een milieuvergunning voor een varkenshouderij, waarbij drie varianten zijn vergund. De vergunninghoudster had een omgevingsvergunning eerste fase aangevraagd voor de uitbreiding van haar varkenshouderij, die op 30 november 2010 een revisievergunning had verkregen. De rechtbank heeft het bestreden besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Berg en Dal beoordeeld, waarbij de vergunninghoudster een milieuvergunning heeft verkregen op basis van artikel 2.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). Eiseres heeft beroep ingesteld tegen dit besluit, maar de rechtbank heeft geoordeeld dat de vergunning terecht is verleend.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de vergunninghoudster een IPPC-installatie exploiteert, wat betekent dat de milieuvergunningplicht van toepassing is. De rechtbank heeft ook de vraag beantwoord of het vergunnen van verschillende varianten in één milieuvergunning in strijd is met de systematiek van de Wabo, en heeft deze vraag ontkennend beantwoord. De rechtbank heeft geconcludeerd dat er geen rechtsregel is die dit verbiedt. Daarnaast heeft de rechtbank overwogen dat de vergunninghoudster de fasering van de aanvraag mag bepalen en dat eventuele strijdigheid met het bestemmingsplan in een later stadium kan worden beoordeeld.
Uiteindelijk heeft de rechtbank het beroep van eiseres ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn in kennis gesteld van de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.