ECLI:NL:RBGEL:2017:912

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
23 februari 2017
Publicatiedatum
23 februari 2017
Zaaknummer
05/270296-14
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van verdachte in meerdere inbraakzaken door gebrek aan betrouwbaar bewijs

Op 23 februari 2017 heeft de Rechtbank Gelderland in Zutphen uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van vijf inbraken en vier pogingen daartoe. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van alle ten laste gelegde feiten. De beslissing was gebaseerd op de onbetrouwbaarheid van de verklaringen van twee getuigen, die de verdachte als mededader hadden genoemd. De rechtbank oordeelde dat de verklaringen van deze getuigen tegenstrijdig en inconsequent waren, en dat er geen andere bewijsmiddelen waren die de betrokkenheid van de verdachte bij de inbraken konden onderbouwen.

De zaak kwam aan het licht na meerdere inbraakgolven op camping [naam] in Zelhem in het voorjaar van 2014, waarbij voornamelijk elektronica werd gestolen. De officier van justitie had betoogd dat er voldoende bewijs was om de verdachte schuldig te verklaren, maar de verdediging stelde dat het bewijs onvoldoende en onbetrouwbaar was. De rechtbank heeft de verklaringen van de getuigen kritisch beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet voldoende waren om tot een veroordeling te komen.

Uiteindelijk heeft de rechtbank beslist dat er geen overtuigend bewijs was dat de verdachte de ten laste gelegde feiten had gepleegd, en heeft zij de verdachte vrijgesproken van alle beschuldigingen. Deze uitspraak benadrukt het belang van betrouwbaar bewijs in strafzaken en de rol van de rechtbank in het waarborgen van een eerlijk proces.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Zutphen
Parketnummer : 05/270296-14
Datum uitspraak : 23 februari 2017
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie bij het arrondissementsparket Oost-Nederland
tegen
[verdachte] ,
geboren op [geboortedatum] 1989 te [geboorteplaats] ,
wonende [adres 1] , [woonplaats] .
Raadsman: mr. J.W. Schouten, advocaat te Arnhem.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 9 februari 2017.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij in of omstreeks de periode van 10 januari 2014 tot en met 31 januari 2014, te Zelhem, in de gemeente Bronckhorst, meermalen, in elk geval eenmaal (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een of meer hierna genoemde, -op het vakantiepark " [naam] " gelegen vakantiewoning(en)- heeft weggenomen de/het daarbij genoemde goed(eren), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan daarbij genoemde rechthebbende(n), in elk geval (telkens) aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs (telkens) heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking te weten:
- in of uit een aan de [adres 2] aldaar gelegen vakantiewoning, beddegoed en/of een tv-toestel en/of een Senseo-apparaat en/of een of meer vaas/vazen, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1] en/of
- in of uit een aan de [adres 3] aldaar gelegen vakantiewoning, beddegoed en/of een digitale ontvanger en/of een afstandsbediening en/of een home-cinemaset, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 2] , en/of
- in of uit een aan de [adres 4] aldaar gelegen vakantiewoning, beddegoed en/of een tv-toestel en/of een Senseo-apparaat en/of ventilator en/of een zaklantaarn, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 3] , en/of
- in of uit een aan de [adres 5] aldaar gelegen vakantiewoning, een Senseo-apparaat en/of een of meer DVD's, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 4] en/of
- in of uit een aan de [adres 6] aldaar gelegen vakantiewoning, een hoeveelheid beddegoed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 5] ;
2.
hij in of omstreeks de periode van 10 januari 2014 tot en met 31 januari 2014, te Zelhem, in de gemeente Bronckhorst, meermalen, in elk geval eenmaal (telkens) ter uitvoering van het door
verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een of meer hierna genoemde -op het vakantiepark " [naam] " gelegen vakantiewoning(en)- weg te nemen geld en/of goed(eren) van zijn/hun gading, geheel of ten dele toebehorende aan de daarbij genoemde rechthebbende(n), in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) en zich daarbij de toegang tot die vakantiewoning(en) (telkens) te verschaffen
en/of die/dat weg te nemen geld en/of goed(eren) onder zijn/hun bereik te brengen door middel van braak en/of verbreking, zich naar die vakantiewoningen heeft/hebben begeven en (vervolgens) doende is/zijn geweest die vakantiewoning(en) open te breken, althans te forceren en/of in die vakantiewoning(en) heeft/hebben gezocht naar geld en/of goed(eren) van
zijn/hun gading, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf (telkens) niet is voltooid te weten:
in/of uit een aan de [adres 7] aldaar gelegen vakantiewoning, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 10] en/of
in/of uit een aan de [adres 8] aldaar gelegen vakantiewoning, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 7] en/of
in/of uit een aan de [adres 9] aldaar gelegen vakantiewoning, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 8] en/of
in/of uit een aan de [adres 10] aldaar gelegen vakantiewoning, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 9] ;

2.Overwegingen ten aanzien van het bewijs

Aanleiding onderzoek
In het voorjaar van 2014 zijn er meerdere inbraakgolven geweest op camping [naam] in Zelhem. Chalets werden opgebroken en er werden diverse goederen ontvreemd. De daders hadden het voornamelijk voorzien op elektronica, zoals televisies en geluidsinstallaties.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden geacht dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten. De officier van justitie heeft de bewijsmiddelen opgesomd en toegelicht.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft met een toelichting als vermeld in de pleitnotitie aangevoerd dat uit het zeer beperkte wettig bewijs, waar vraagtekens zijn te plaatsen bij de betrouwbaarheid, niet de overtuiging kan voortvloeien dat verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan.
Beoordeling door de rechtbank
Verdachte ontkent dat hij de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten heeft gepleegd.
De politie heeft getuigen gehoord. Naar aanleiding van daaruit verkregen informatie zijn onder meer [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] als verdachten gehoord. De rechtbank is van oordeel dat de verklaringen van [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] , die verdachte hebben genoemd als mededader van door hen gepleegde inbraken en pogingen daartoe, niet betrouwbaar zijn. Zij hebben tegenover de politie verklaringen afgelegd die op onderdelen aantoonbaar tegenstrijdig zijn en inconsequenties bevatten.
Naast de verklaringen van [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] , waarvan niet duidelijk is dat deze zien op dezelfde pleegperiode als die telkens aan verdachte ten laste is gelegd, zijn er geen bewijsmiddelen voorhanden waaruit de betrokkenheid van verdachte bij enig strafbaar feit rechtstreeks kan worden afgeleid. Om die reden dient er vrijspraak te volgen voor de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten.

3.De beslissing

De rechtbank:
 Spreekt verdachte vrij van de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten.
Dit vonnis is gewezen door mr. C. van Linschoten, (voorzitter), mr. M.A. Bijl en mr. M.P. Bos, rechters, in tegenwoordigheid van A.B.M. Jansen, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 23 februari 2017.