ECLI:NL:RBGEL:2017:837

• Datum uitspraak: 16 februari 2017
• Publicatiedatum: 17 februari 2017
• Zaaknummer: C/05/315183 KG RK 17-133
• Instantie: Rechtbank Gelderland
• Type: Uitspraak
• Rechtsgebied: Strafrecht
• Procedures: Wraking
• Rechters: H.P.M. Kester; I.D. Jacobs; G.A. van der Straaten
• Vindplaatsen: Rechtspraak.nl

AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Verzoek tot wraking van de rechtbank Gelderland niet-ontvankelijk verklaard

Op 16 februari 2017 heeft de meervoudige wrakingskamer van de Rechtbank Gelderland uitspraak gedaan op het verzoek tot wraking van de rechtbank door verzoekster, die zich niet kon vinden in de behandeling van haar zaak. Verzoekster had op 13 januari 2017 een brief ontvangen van een officier van justitie waarin stond dat haar beroep was doorgestuurd naar de rechtbank, terwijl zij stelde geen beroep te hebben ingediend. Daarnaast ontving zij meerdere brieven waarin werd geadviseerd om voor zekerheidstelling te zorgen, wat zij als partijdig beschouwde.

De rechtbank heeft vastgesteld dat het wrakingsverzoek niet gericht was op een specifieke rechter en dat er geen feiten of omstandigheden waren die een bezwaar tegen de behandeling door de rechter(s) konden rechtvaardigen. De rechtbank concludeerde dat het verzoek tot wraking kennelijk niet-ontvankelijk was, omdat de zaak nog niet in behandeling was genomen.

De beslissing om verzoekster niet-ontvankelijk te verklaren werd genomen door de rechters H.P.M. Kester (voorzitter), I.D. Jacobs en G.A. van der Straaten, in aanwezigheid van griffier mr. A.J.W. Lambregts. Deze beschikking is openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK GELDERLAND

Wrakingskamer

zaaknummer: C/05/315183 KG RK 17-133

Beschikking van 16 februari 2017

van de meervoudige wrakingskamer van de rechtbank op het verzoek van

[verzoeker]

wonende te [woonplaats] ,

hierna te noemen: verzoekster,

strekkende tot de wraking van

“de rechter van de Rechtbank Gelderland, Sector Kanton”.

1. De procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit het schriftelijke wrakingsverzoek van 26 januari 2017.

2. Het wrakingsverzoek

2.1

Het verzoek strekt tot wraking van de rechtbank Gelderland.

2.2

Verzoekster heeft blijkens het schriftelijke verzoek het volgende aan haar verzoek ten grondslag gelegd. Op 13 januari 2017 heeft verzoekster een brief ontvangen van een officier van justitie, inhoudende dat haar beroep is doorgestuurd naar de rechtbank. Verzoekster stelt dat zij geen beroep heeft ingediend. Tevens heeft verzoekster meermalen een brief gekregen waarin staat dat zij voor zekerheidstelling moet gaan, omdat anders haar beroep niet serieus zou worden genomen. Verzoekster kan zich hier niet in vinden en vindt dat deze stelling de rechter / de rechtbank partijdig maakt.

3. De beoordeling

3.1

De aanleiding van het wrakingsverzoek is een brief van een officier van justitie en andere brieven waarin verzoekster wordt geadviseerd voor zekerheidstelling te gaan. Niet is gesteld of gebleken dat de zaak bij de rechtbank reeds bekend, laat staan in behandeling is. In de wrakingsgronden van verzoekster wordt evenmin een behandelend rechter genoemd.

3.2

Het verzoek richt zich dus niet tot een specifieke rechter en er is dus geen sprake van op de persoon van de rechter(s) betrekking hebbende feiten of omstandigheden die een bezwaar opleveren tegen de behandeling van de zaak door die rechter(s) vanwege vooringenomenheid jegens verzoekster dan wel objectief gerechtvaardigde vrees daartoe.

3.3

Het verzoek tot wraking is daarom kennelijk niet-ontvankelijk. Een zitting kan daarom, gelet op het bepaalde in artikel 9.1 van het Wrakingsprotocol van de rechtbank Gelderland, achterwege blijven.

4. De beslissing

De rechtbank

verklaart verzoekster niet-ontvankelijk in haar verzoek tot wraking.

Deze beschikking is gegeven door de mrs. H.P.M. Kester (voorzitter), I.D. Jacobs en G.A. van der Straaten (rechters) in tegenwoordigheid van de griffier mr. A.J.W. Lambregts en in het openbaar uitgesproken op 16 februari 2017.

de griffier de voorzitter

Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.