ECLI:NL:RBGEL:2017:6934

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
12 mei 2017
Publicatiedatum
23 april 2018
Zaaknummer
5612680/CV EXPL 16-7267
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • W.H. van Empel
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Huurgeschil over kosten registratiesysteem en brandveiligheid in huurovereenkomst

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Gelderland, zittingsplaats Nijmegen, op 12 mei 2017 uitspraak gedaan in een huurgeschil tussen de besloten vennootschap HuurEnWoon B.V. (hierna: H&W) en een gedaagde partij die in persoon procedeerde. De zaak betreft de vraag of de kosten van een registratiesysteem voor brandveiligheid en voorlichtingsmateriaal, die door H&W aan de gedaagde in rekening zijn gebracht, redelijk zijn in het kader van de huurovereenkomst. De gedaagde huurt sinds 1 oktober 2016 een woning van een derde partij, vertegenwoordigd door Stichting VWN, en heeft in de huurovereenkomst ingestemd met de betaling van administratiekosten die verband houden met de huurovereenkomst.

H&W vorderde dat de kantonrechter zou verklaren dat de kosten van € 140,00 voor de applicatie van het registratiesysteem en de kosten van € 35,00 voor administratie bij een interne verhuizing niet in strijd zijn met artikel 7:264 lid 2 BW, dat bepaalt dat er geen niet redelijk voordeel ten behoeve van een derde mag worden overeengekomen. De kantonrechter oordeelde dat de kosten voor de KKVV-applicatie en de bijbehorende voorlichting als een extra service moeten worden beschouwd, waarvoor H&W deze kosten op grond van de huurovereenkomst mag doorberekenen aan de huurders. De kantonrechter wees de vordering van H&W toe en compenseerde de proceskosten, zodat iedere partij zijn eigen kosten draagt.

De uitspraak benadrukt dat de verhuurder verantwoordelijk is voor brandveiligheid, maar dat extra services zoals de KKVV-applicatie kosten met zich mee kunnen brengen die aan de huurder kunnen worden doorberekend, mits deze kosten niet als onredelijk worden beschouwd. De kantonrechter baseerde zijn oordeel op de relevante wetgeving en eerdere jurisprudentie, waaronder een uitspraak van de Hoge Raad.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK GELDERLAND
Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Nijmegen
zaakgegevens 5612680 \ CV EXPL 16-7267 \ 474 \ 858
uitspraak van
vonnis
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
HuurEnWoon B.V.
gevestigd te Nijmegen
eisende partij
gemachtigde mr. R.A.M. Saedt
tegen
[gedaagde]
wonende te Nijmegen
gedaagde partij
procederend in persoon
Partijen worden hierna H&W en [gedaagde] genoemd.

1.De procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 15 december 2016
- de akte overlegging producties aan de zijde van H&W
- de conclusie van antwoord
- de conclusie van repliek met een productie.

2.De feiten

2.1.
[gedaagde] huurt met ingang van 1 oktober 2016 van [naam 1] de onzelfstandige woning aan de [adres 1].
2.2.
[naam 1] wordt vertegenwoordigd door Stichting VWN. In de huurovereenkomst is opgenomen dat de huurprijs en, indien van toepassing, bijkomende kosten worden betaald aan VWN en dat de algemene bepalingen huurovereenkomst van VWN van toepassing zijn. [gedaagde] heeft getekend voor de ontvangst van de algemene bepalingen en een informatiepakket voor huurders, onder meer bestaande uit een introductiebrief van VWN en een brandveiligheidsinstructie.
2.3.
In de introductiebrief van VWN staat onder meer het volgende:
“Stichting VWN heeft het zoeken van huurders, voor woningen die door VWN worden beheerd, uitbesteed aan hierin gespecialiseerde bedrijven. Deze bedrijven kunnen bij huurders administratiekosten in rekening brengen. Alle administratiekosten, verband houdend met het realiseren van deze huurovereenkomst, zijn voor rekening van de huurder. Stichting VWN brengt zelf geen kosten in rekening bij de huurder voor het afsluiten van een huurovereenkomst.”
2.4.
In de huurovereenkomst is onder meer het volgende bepaald:
6.Vóór aanvang van de huurperiode wordt door de huurder de staat van oplevering (startsituatie) vastgelegd mbv de KKVV app. Hiervoor heeft huurder de inlogcodes per e-mail ontvangen. Huurder stemt er mee in dat het gehuurde, na beëindiging van de huurperiode, opnieuw via de KKVV app. wordt geregistreerd en dat het gehuurde minimaal in dezelfde staat wordt terug geleverd, als de staat waarin het gehuurde zich bevond bij het aangaan van deze huurovereenkomst.
7.Huurder is bekend met het feit dat de eigenaar gebruik maakt van de KKVV app om de brandveiligheid in het woongebouw te registreren en te verbeteren. Huurder verplicht zich om in principe mee te werken aan registraties via deze app.
8.Alle administratiekosten, verband houdend met het realiseren van deze huurovereenkomst, zijn voor rekening van de huurder.”
2.5.
VWN heeft een aantal van haar beheerstaken uitbesteed aan H&W, waaronder het waarborgen van de brandveiligheid in de verhuurde panden. In een door [gedaagde] op 23 september 2016 voor akkoord ondertekend formulier met betrekking tot de werkzaamheden van H&W (productie 6 bij akte), staat dat de totale kosten € 140,00 bedragen. Deze bestaan uit € 75,00 aan applicatiekosten van het KKVV registratiesysteem en € 65,00 aan informatiekosten met betrekking tot (de werking van) de KKVV applicatie en de brandveiligheid in het algemeen. Voorts staat op het formulier dat de mutatiekosten in verband met een interne verhuizing naar een andere woonruimte die huurder via H&W huurt € 35,00 bedragen.
2.6.
[gedaagde] betwist de verschuldigdheid van voormelde kosten.
2.7.
Uit de brief van de gemachtigde van H&W aan [gedaagde] d.d. 10 oktober 2016, alsmede uit randnummer 1.19 tot en met 1.21 blijkt dat partijen in onderling overleg hebben besloten hun geschil voor te leggen aan de kantonrechter en dat partijen afzien van een proceskostenveroordeling.

3.Het geschil en de beoordeling daarvan

3.1.
H&W vordert dat de kantonrechter verklaart voor recht:
a. dat de kosten van € 140,00, zijnde de applicatiekosten van het registratiesysteem van het Keurmerk KKVV, de kosten voor de voorlichting van het principe van brandveiligheid, de werking van de KKVV applicatie en het verstrekken van voorlichtingsmateriaal die H&W bij [gedaagde] in rekening heeft gebracht niet strijdig zijn met het bepaalde in artikel 7:264 lid 2 BW en dat aldus geen sprake is van een niet redelijk voordeel ten behoeve van een derde als bedoeld in dat artikel;
b. dat de kosten van € 35,00, zijnde de administratiekosten voor het omzetten en aanpassen van het KKVV registratiesysteem bij een eventuele interne verhuizing, niet strijdig zijn met het bepaalde in artikel 7:264 lid 2 BW en dat aldus geen sprake is van een niet redelijk voordeel ten behoeve van een derde als bedoeld in dat artikel.
3.2.
H&W baseert haar vordering op de stelling dat de KKVV-kosten verschuldigd zijn op grond van de huurovereenkomst, meer in het bijzonder op grond van de artikelen 6 tot en met 8 van de huurovereenkomst. H&W stelt dat geen sprake is van een beding als bedoeld in artikel 7:264 BW, waarbij ten behoeve van een der partijen (lid 1) of een derde (lid 2) enig niet redelijk voordeel wordt overeengekomen. Verwijzend naar een uitspraak van de Hoge Raad d.d. 6 april 2012, waarin is overwogen dat van een niet redelijk voordeel sprake is indien tegenover het bedongen voordeel geen of een verwaarloosbare tegenprestatie staat, stelt H&W dat van een niet verwaarloosbare tegenprestatie – als voorbeeld wordt sleutelgeld genoemd – geen sprake is; het gaat om redelijke kosten voor een extra service die het woongenot van de huurders verhoogt. De KKVV-app dient, behalve als tool voor een betere brandveiligheid, onder meer als huurregistratiesysteem, als module voor de eindafrekening van servicekosten en als klachtenregistratiesysteem.
3.3.
[gedaagde] voert, zakelijk weergegeven, als verweer aan dat de onderhavige service tot het waarborgen van een goede brandveiligheid en het snel afhandelen van klachten, behoort tot de (kern)taken van de verhuurder en derhalve niet voor rekening van de huurder behoort te komen. Voorts trekt [gedaagde] de hoogte van de onderhavige (applicatie)kosten in twijfel.
3.4.
De kantonrechter wijst de vordering van H&W toe. De proceskosten worden, gelet op het verzoek van partijen hieromtrent, gecompenseerd, in die zin dat ieder van partijen de eigen proceskosten draagt.
Motivering
Dat de verhuurder verantwoordelijk is voor het verschaffen van een goede brandveiligheid en het spoedig en accuraat afhandelen van klachten is evident. De kantonrechter is echter van oordeel dat de KKVV-applicatie en de bijbehorende voorlichting moeten worden beschouwd als een extra service, waarvoor H&W de eenmalige kosten op grond van de artikelen 6 en 7 van de huurovereenkomst en de ondertekende verklaring ter zake van de kosten (productie 6 bij akte van de zijde van H&W) in beginsel mag doorberekenen aan haar huurders en welke kosten niet vallen onder de servicekosten als bedoeld in het Besluit Servicekosten jo artikel 7:237 lid 3 BW.
De kantonrechter is van oordeel dat de kosten voor de onderhavige service onder de toets van artikel 7:264 lid 2 BW vallen.
Op goede gronden heeft H&W gesteld – verwezen wordt naar de uitspraak van de Hoge Raad d.d. 6 april 2012 als genoemd onder randnummer 2.8 van de dagvaarding – dat van een niet redelijk voordeel als bedoeld in artikel 7:264 BW geen sprake is.
H&W heeft onweersproken gesteld dat zij de KKVV-applicatiekosten ad € 75,00 rechtstreeks betaalt aan Stichting KKVV, die geen winstoogmerk heeft, en dat met de ontwikkeling en het in stand houden van die applicatie al ongeveer € 75.000,00 is gemoeid.
Niet weersproken is dat H&W kosten heeft gemaakt met betrekking tot het verstrekken van voorlichtingsmateriaal, en de uitleg over brandveiligheid en de KKVV-applicatie.
Dat een interne verhuizing leidt tot de gestelde mutatiekosten is niet onbegrijpelijk en is evenmin betwist door [gedaagde].
De vordering ter zake van de verklaringen voor recht met betrekking tot de applicatie- en administratiekosten, welke kosten onvoldoende gemotiveerd zijn betwist, moet daarom worden toegewezen.

4.De beslissing

De kantonrechter
4.1.
verklaart voor recht dat de kosten van € 140,00, zijnde de applicatiekosten van het registratiesysteem van het Keurmerk KKVV, de kosten voor de voorlichting van het principe van brandveiligheid, de werking van de KKVV applicatie en het verstrekken van voorlichtingsmateriaal die H&W bij [gedaagde] in rekening heeft gebracht niet strijdig zijn met het bepaalde in artikel 7:264 lid 2 BW en dat aldus geen sprake is van een niet redelijk voordeel ten behoeve van een derde als bedoeld in dat artikel;
4.2.
verklaart voor recht dat de kosten van € 35,00, zijnde de administratiekosten voor het omzetten en aanpassen van het KKVV registratiesysteem bij een eventuele interne verhuizing, niet strijdig zijn met het bepaalde in artikel 7:264 lid 2 BW en dat aldus geen sprake is van een niet redelijk voordeel ten behoeve van een derde als bedoeld in dat artikel;
4.3.
compenseert de proceskosten in die zin dat ieder van partijen de eigen kosten draagt.
Dit vonnis is gewezen door de kantonrechter mr. W.H. van Empel en in het openbaar uitgesproken op