Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.De procedure
- de dagvaarding van 21 augustus 2017 met producties 1 tot en met 6.
- de mondelinge behandeling, gehouden op 31 augustus 2017.
2.De feiten
Hoofdstuk A.Definities en omschrijvingen(…)
Hoofdstuk B.Zelfbewoningsplicht(…)
Hoofdstuk C.Beperking bevoegdheid tot vervreemding/doorlevering Registergoed
(…)
Aanbiedingsplicht van ErfpachterErfpachter is verplicht om het Registergoed onverwijld bij aangetekende brief te koop aan te bieden aan de Woningcorporatie zodra:
Terugkoopplicht van de Woningcorporatie, taxatie en terugleveringTerugkoopplichtDe Woningcorporatie is verplicht onverwijld tot aankoop van het Registergoed over te gaan in alle gevallen waarin het Registergoed aan de Woningcorporatie schriftelijk te koop wordt aangeboden; De Woningcorporatie vergoedt aan Erfpachter een koopprijs overeenkomstig het in hoofdstuk F (Koopgarant-prijsvorming) bepaalde.
Hoofdstuk F. Koopgarant-prijsvorming
Prijs bij Uitgifte door de Woningcorporatie(…)
De Uitgifteprijs is gelijk aan bedoelde onderhandse verkoopwaarde, verminderd met de door de Woningcorporatie vast te stellen korting (de zogeheten koperskorting), berekend aan de hand van het percentage dat omschreven is in Hoofdstuk H.
(…)
Vaststelling Koopgarantprijs bij terugkoop door de WoningcorporatieDe koopprijs die de Woningcorporatie aan Erfpachter verschuldigd is bij terugkoop door de Woningcorporatie van het Registergoed – waaronder mede begrepen het geval van beëindiging van de Erfpacht – wordt als volgt berekend: de Uitgifteprijs, plus het waarde-effect van verbeteringen aan de Staat van de Woning, plus het aandeel van de Erfpachter in de overige waardeontwikkeling. (…)
(…)
Regeling bij executieHet bepaalde in hoofdstuk C (Beperking bevoegdheid tot levering Registergoed) en in hoofdstuk D (Terugkoopprocedure) is niet van toepassing in geval een hypotheekhouder gebruik maakt van het recht als bedoeld in artikel 3:268 lid 1 of lid 2 Burgerlijk Wetboek of indien executoriale verkoop van het Registergoed plaatsvindt.
Bijzondere regeling na executiea.
Goederenrechtelijke werking Koopgarant-bepalingenNa verkoop als bedoeld in lid 1 (“executieverkoop”) van dit hoofdstuk G aan een ander dan de Woningcorporatie blijven de Koopgarant-bepalingen geheel van toepassing op de koper bij de executieverkoop (“de veilingkoper”) en - zolang na te melden recht van voorkeur tot koop van de Woningcorporatie ongebruikt blijft - op alle rechtsopvolgers van die koper.
b.
Wijziging van terugkoopplicht Woningcorporatie in voorkeursrecht tot koopIn afwijking van Hoofdstuk D (Terugkoopprocedure) wordt in alle gevallen van te koop aanbieding door de veilingkoper en zijn rechtsopvolgers de terugkoopplicht van de Woningcorporatie gewijzigd in een recht van voorkeur tot koop van de Woningcorporatie. (…)
c. (…)
Toestemming bij hypotheekverlening: beperking hypothecaire schuld(…)
Bepalingen in hypotheekakte(…) In het geval het registergoed met een hypotheek wordt bezwaard geldt het navolgende:
a. (…)
b. (…)
c.
Verkoop ex artikel 3:268 lid 2 Burgerlijk WetboekDe Woningcorporatie is te allen tijde bereid om het Registergoed via een gedwongen onderhandse verkoop in de zin van artikel 3:268 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek aan te kopen voor dezelfde prijs als waartoe de Woningcorporatie zich op grond van Hoofdstuk F lid 2 jegens de Erfpachter heeft verbonden en om de ter zake van die aankoop en levering verschuldigde kosten te voldoen, zulks met inachtneming van de in de volgende zin bedoelde voorwaarde. De Woningcorporatie verbindt aan die bereidheid tot aankoop de voorwaarde dat: - de Woningcorporatie gelijktijdig met de schriftelijke veilingopdracht van de hypotheekhouder aan de betreffende notaris een kopie van die opdracht heeft ontvangen; - de Woningcorporatie ter zake van die aankoop en levering tot geen hogere kosten is gehouden dan die welke bij een reguliere onderhandse aankoop en levering verschuldigd zouden zijn geweest.
Verkoop ex artikel 3:268 lid 1 Burgerlijk WetboekDe Woningcorporatie is te allen tijde bereid om het Registergoed via gedwongen openbare verkoop in de zin van artikel 3:268 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek aan te kopen voor dezelfde prijs als waartoe de Woningcorporatie zicht op grond van Hoofdstuk F lid 2 jegens de Erfpachter heeft verbonden verminderd met het bedrag aan veilingkosten dat ten laste van de veilingkoper komt en het bedrag aan achterstallige lasten en belastingen voor zover dat op de veilingkoper verhaalbaar is, zulks met inachtneming van de in de volgende zin bedoelde voorwaarde. De Woningcorporatie verbindt aan die bereidheid tot aankoop de voorwaarde dat de Woningcorporatie gelijktijdig met de schriftelijke veilingopdracht van de hypotheekhouder aan de betreffende notaris een kopie van die opdracht heeft ontvangen.
e.
Sanctie(…)
f.
Regeling in hypotheekakte; derdenbeding
g.
Letterlijke weergave tekst bestemd voor de hypotheekakteIn verband met het hiervoor in Hoofdstuk K lid 3 sub f bepaalde dient de volgende tekst in de hypotheekakte te worden opgenomen:
“Erfpacht- en KoopgarantbepalingenToepasselijkheid Erfpacht- en KoopgarantbepalingenOp de hiervoor genoemde erfpacht (onderpand) zijn blijkens de in deze akte genoemde akte vestiging erfpacht (aankomsttitel) de Erfpacht- en Koopgarantbepalingen van toepassing waarvan de letterlijke tekst is opgenomen in de akte van vestiging erfpacht.Aanvaarding derdenbeding door de hypotheekhouderDe hypotheekhouder verklaarde: - bekend te zijn met de inhoud van de Erfpacht- en Koopgarantbepalingen; - het in Hoofdstuk K lid 3 sub f van de Erfpacht- en Koopgarantbepalingen bedoelde derdenbeding te aanvaarden; - zich te verplichten om gelijktijdig met de schriftelijke veilingopdracht aan de betreffende notaris een kopie van die opdracht aan de Woningcorporatie als bedoeld in de Erfpacht- en koopgarantbepalingen te versturen; - er naar te streven om het Registergoed als eerste te koop aan te (doen) bieden aan de Woningcorporatie als bedoeld in de Erfpacht- en koopgarantbepalingen.Aanvaarding en toestemming door hypotheekgever/Erfpachter en WoningcorporatieDe hypotheekgever (erfpachter) verklaarde hierbij voor zich en voor en namens de Woningcorporatie als bedoeld in de Erfpacht- en Koopgarantbepalingen de in Hoofdstuk K lid 3 sub a, b, c en d opgenomen rechten en verplichten van de hypotheekgever en de Woningcorporatie jegens de hypotheekhouder –voor zover nog nodig- te aanvaarden. De hypotheekgever (erfpachter) verleent hierbij aan de hypotheekhouder de toestemming om de Woningcorporatie op de hoogte te stellen van de in Hoofdstuk K lid 3 sub c en/of d van de Erfpacht- en Koopgarantbepalingen bedoelde veilingopdracht. Onder de hypotheekhouder worden in dit opschrift “Erfpacht- en Koopgarantbepalingen” mede begrepen de rechtsopvolger(s) onder algemene of bijzondere titel van de hypotheekhouder.”
welk registergoed hierna zal worden aangeduid als: ‘
Onderpand’.
[voorzieningenrechter: zie cursieve tekst akte van vestiging erfpacht, zoals weergegeven onder 2.2.]