ECLI:NL:RBGEL:2017:5881
Rechtbank Gelderland
- Voorlopige voorziening
- Tj. Gerbranda
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening voor teruggeven van beschermde vogels na bestuursdwang
In deze zaak heeft verzoekster de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen, waarbij zij de teruggave van haar twee mussen eiste. Deze mussen waren op 29 september 2017 door verweerder, het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland, uit haar huis meegenomen en in een opvanglocatie geplaatst. Verzoekster was bezorgd dat de mussen haar niet meer zouden herkennen als zij te lang van haar gescheiden waren. Verweerder had in een brief van 3 oktober 2017 aangegeven dat de mussen waren meegenomen omdat zij beschermde vogels zijn volgens de Vogelrichtlijn en verzoekster niet voldeed aan de voorwaarden voor het houden van gefokte vogels.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek beoordeeld aan de hand van het spoedeisend belang van verzoekster en de kans van slagen van het bezwaar tegen het besluit van 3 oktober 2017. De voorzieningenrechter concludeerde dat verzoekster niet voldeed aan de wettelijke vereisten om de mussen bij haar in huis te hebben, maar dat er bijzondere omstandigheden waren die het rechtvaardigden om niet handhavend op te treden. De voorzieningenrechter oordeelde dat het belang van verzoekster om de mussen terug te krijgen zwaarder woog dan het belang van verweerder om op te treden tegen de overtreding.
Uiteindelijk heeft de voorzieningenrechter besloten om het besluit van 3 oktober 2017 te schorsen en te gelasten dat de mussen aan verzoekster worden teruggegeven. Tevens werd bepaald dat verweerder het door verzoekster betaalde griffierecht moest vergoeden. Deze uitspraak werd gedaan op 10 november 2017 en is openbaar uitgesproken.