ECLI:NL:RBGEL:2017:5475
Rechtbank Gelderland
- Wraking
- H.P.M. Kester
- F.J.H. Hovens
- G.H.W. Bodt
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek wegens gebrek aan objectieve feiten en omstandigheden
Op 18 oktober 2017 heeft de Rechtbank Gelderland een beschikking gegeven in een wrakingsprocedure. Het wrakingsverzoek was ingediend door verzoeker, die de rechter, mr. P.J. Wiegman, had gewraakt omdat deze niet bereid was zijn ID-bewijs te tonen. De rechtbank oordeelde dat het verzoek tot wraking niet kon worden toegewezen, omdat verzoeker geen concrete feiten of omstandigheden had aangedragen die de vrees voor partijdigheid van de rechter objectief gerechtvaardigd zouden maken. De rechtbank benadrukte dat een rechter uit hoofde van zijn aanstelling vermoed wordt onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die dit vermoeden weerleggen. In dit geval was er geen sprake van dergelijke omstandigheden, en de rechtbank concludeerde dat het wrakingsverzoek geen basis had in de feiten.
De rechtbank merkte op dat verzoeker zijn verzoek tot wraking had ingediend zonder voldoende onderbouwing, wat leidde tot onnodige vertraging van de procedure. Dit werd gezien als misbruik van het wrakingsmiddel. De rechtbank besloot dat een volgend verzoek tot wraking in deze zaak niet meer in behandeling zou worden genomen. De beschikking werd openbaar uitgesproken op 12 oktober 2017 en vastgesteld op 18 oktober 2017, waarbij de rechtbank de afwijzing van het verzoek tot wraking bevestigde.