2.13.[persoon B] heeft, dit keer op verzoek van de advocaat van [gedaagde in conventie] , op 11 december 2016 opnieuw een verklaring opgesteld. Daarin staat:
“Op of omstreeks 22 juni 2016 ben ik telefonisch benaderd door mevr. Mr. Weda met het verzoek om een verklaring op te stellen voor Mr. Wensing met betrekking tot de effecten welke oude blessures op de waarde van een paard zouden kunnen hebben.
Bij het verstrekken van de telefonische opdracht zijn geen gegevens genoemd van een paard, zoals naam, africhtingsgraad, wedstrijdniveau, aard van een blessure, huidige gezondheidstoestand, eventuele aan- of verkoopkeuringen. Ook betrokken partijen als eigenaren en ruiters zijn niet genoemd.
Bij de telefonische opdracht is enkel gemeld dat het om een paard ging wat in 2015 door een blessure de WK jonge paarden gemist had.
Zowel in het beslagrekest als in de dagvaarding wordt gesteld dat ik uitvoerig geïnformeerd zou zijn over de achtergronden van het paard. Dat is geen juiste weergave van wat ik in mijn verklaring van 23 juni 2016 heb geschreven.”
En in een tweede verklaring van diezelfde datum, naar aanleiding van twee vragen van de advocaat van [gedaagde in conventie] , schrijft [persoon B] :
“De volgende vragen worden hierbij beantwoord:
1. Als een eerdere veterinaire ingreep bij een paard al relevant zou zijn voor de verkoopwaarde, is het dan voor een juiste waardevaststelling en dito koopprijs indicatie van dit paard niet van doorslaggevend belang of het paard na die ingreep is hersteld als vast te stellen bij (a) een aankoopkeuring en (b) aan de hand van zijn wedstrijdresultaten?
Antwoord: Bij een waardevaststelling van een paard worden alle relevante factoren meegenomen.
Een eerdere veterinaire ingreep kan van invloed zijn op de waarde van een paard als deze ingreep niet goed gelukt is of als de kans op herhaling aanwezig is. Een veterinaire rapportage geeft daarover uitsluitsel. De aangeleverde verklaring van het veterinair centrum Someren geeft aan dat het paard [paard X ] op 5 maart 2015 geopereerd is aan de kaak. Volgens het rapport is de operatie goed gelukt en tijdens controles op 16 april 2015 en 28 mei 2015 zijn verder geen bijzonderheden geconstateerd.
Als er geen kans is op herhaling en de ingreep is goed gelukt heeft dat geen invloed op de waarde.
Ook de wedstrijdresultaten geven aan of een ingreep succesvol is geweest.
2. Bent u van mening dat een verkoopopbrengst ad € 500.000,- voor een paard gelijkwaardig als [paard X ] ook zonder een eerder gelijkwaardige operatie aan de kaak hoog is te noemen?
Antwoord: [paard X ] is geboren [dag en maand] -2009. In november 2015 is al gestart in het ZZZ met zeer goede resultaten. In april 2016, dus op 7 jarige leeftijd, is de overgang gemaakt naar de Licht Tour met ook hier scores boven 70%.
Dit zijn voor een paard van die leeftijd zeer goede resultaten en het geeft aan dat het hier een zeer getalenteerd paard betreft. Voor deze paarden worden hoge prijzen betaald.
Een verkoopprijs van € 500.000,- voor een paard van deze leeftijd en met deze prestaties is hoog te noemen.”