Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
“8c. Bezit u waardepapieren?”Bij de toelichting staat
“Soort waardepapier (spaarbrieven, lijfrentepolis, aandelen, opties, obligaties, etc.)”.
“Overige bezittingen (aandelen, obligaties, spaarbewijzen, levensverzekeringen, lijfrenten, sieraden, antiek, verzamelingen etc.) van alle aanvragers”.
“U moet dit formulier inleveren als er wijzigingen/mutaties zijn die gevolgen hebben voor het recht op uitkering.”Ook staat er op vermeld:
“Vermogen van u, uw partner en/of andere gezinsleden. Voorbeelden hiervan zijn als u, uw partner of uw kind een erfenis ontvangt, een bedrag wordt geschonken, er een uitbetaling is van een verzekering of een pensioen, de boedelverdeling tot stand is gekomen, u gelden of goederen heeft ontvangen of heeft gekocht.”.
3.Bewezenverklaring
op één of meer tijdstippenin
of omstreeksde periode van 1 januari 2005 tot en met 6 december 2012 en
/ofin
of omstreeksde periode van 8 april 2014 tot 30 april 2016 te Wageningen,
in elk geval in Nederland,in strijd met een haar bij of krachtens wettelijk voorschrift opgelegde verplichting,
te weten artikel 17 Algemene bijstandswet en/ofartikel 17 Wet werk en bijstand en
/ofartikel 17 Participatiewet, opzettelijk heeft nagelaten tijdig de benodigde gegevens aan de gemeente Wageningen, danwel aan het bestuur van die gemeente te verstrekken, immers heeft verdachte
(telkens
)niet
(volledig)aan genoemde instantie
(s)gemeld – zakelijk weergegeven – dat verdachte over vermogen (
aandelen/obligaties en/of onroerend goed) heeft beschikt
en/of heeft kunnen beschikkenhetwelk het (zogenaamde) bescheiden vermogen ver te boven ging, en dit feit kon strekken tot bevoordeling van zichzelf of een ander, terwijl verdachte wist, althans redelijkerwijze moest vermoeden dat die gegevens van belang waren voor de vaststelling van verdachtes of eens anders recht op een verstrekking of tegemoetkoming, te weten een bijstandsuitkering, dan wel voor de hoogte of de duur van die verstrekking of tegemoetkoming;
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van het feit
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.Overwegingen ten aanzien van straf
8.De toegepaste wettelijke bepalingen
9.De beslissing
gevangenisstrafvoor de duur van
2 (twee) maanden;
niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, wegens niet nakoming van na te melden voorwaarde voor het einde van de proeftijd die op twee jaren wordt bepaald;
werkstrafgedurende
240 (tweehonderdveertig) uren, met bevel dat indien deze straf niet naar behoren wordt verricht vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 120 (honderdtwintig) dagen.