ECLI:NL:RBGEL:2017:2634
Rechtbank Gelderland
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Vonnis in kort geding inzake voeging en hoofdzaak met betrekking tot internet- en nutsvoorzieningen
In deze zaak, die op 25 april 2017 is behandeld, heeft de kantonrechter van de Rechtbank Gelderland een vonnis gewezen in kort geding. De eisende partij, vertegenwoordigd door de gemachtigden mr. I.J.M. van Setten en J.C. Bakker, heeft verzocht om voeging in een procedure tegen meerdere gedaagde partijen, waaronder [persoon J] en [persoon K], die niet verschenen zijn. De kantonrechter heeft de voeging toegestaan op basis van het spoedeisend belang van de vorderingen, die voortvloeien uit de aard van de vorderingen en de stellingen van de eisende partijen.
De eisende partijen hebben gevorderd dat de gedaagden binnen 12 uur na betekening van het vonnis de internet- en stroomvoorzieningen weer zouden aansluiten. De kantonrechter heeft deze vorderingen toegewezen, met inachtneming van dwangsommen voor het geval de gedaagden hieraan niet zouden voldoen. Daarnaast zijn de gedaagden veroordeeld tot betaling van een voorschot op de schadevergoeding voor het niet kunnen gebruiken van de internetverbinding en de stroomvoorziening.
De proceskosten zijn gecompenseerd, waarbij iedere partij de eigen kosten draagt. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde is afgewezen. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door de kantonrechter A.J. Weerkamp-Beens.