ECLI:NL:RBGEL:2017:2252
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- I.A.M. van Boetzelaer - Gulyas
- Rechtspraak.nl
Beëindiging van uitkering op basis van de Wet WIA en de gevolgen van schorsingsbeslissingen
In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 24 april 2017 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser en verweerder over de beëindiging van de uitkering op basis van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA). Eiser, die als operator werkzaam was, had zijn uitkering met ingang van 7 april 2015 beëindigd gezien door verweerder. Eiser heeft hiertegen bezwaar gemaakt, maar dit werd ongegrond verklaard. Vervolgens heeft eiser beroep ingesteld. Tijdens de zitting op 25 mei 2016 is de zaak geschorst om verweerder de gelegenheid te geven om aanvullende medische informatie te verstrekken. Verweerder heeft echter niet adequaat gereageerd op de verzoeken van de rechtbank, wat leidde tot onduidelijkheid over de medische beoordeling van eiser.
De rechtbank heeft vastgesteld dat verweerder niet volledig tegemoet is gekomen aan de bezwaren van eiser en dat de medische beoordeling niet voldoende was gemotiveerd. Hierdoor heeft de rechtbank het beroep van eiser gegrond verklaard en het bestreden besluit vernietigd. Verweerder is opgedragen om binnen zes weken een nieuw besluit te nemen, met inachtneming van de uitspraak van de rechtbank. Tevens is er een dwangsom van € 100 per dag opgelegd, met een maximum van € 10.000, indien verweerder niet tijdig aan deze uitspraak voldoet. De rechtbank heeft verweerder ook veroordeeld in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 990.