ECLI:NL:RBGEL:2017:1245
Rechtbank Gelderland
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Onregelmatige opzegging van arbeidsovereenkomst en billijke vergoeding
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Gelderland op 8 maart 2017 uitspraak gedaan in een geschil tussen een werknemer, aangeduid als [verzoeker], en zijn werkgever, Arkema B.V. De werknemer had een verzoek ingediend om een billijke vergoeding en schadevergoeding naar aanleiding van de opzegging van zijn arbeidsovereenkomst. De kantonrechter oordeelde dat de werkgever in strijd met artikel 7:761 BW had gehandeld door de arbeidsovereenkomst op te zeggen zonder de vereiste opzegtermijn in acht te nemen. De werknemer had op 1 januari 2017 zijn arbeidsovereenkomst beëindigd, maar het verzoekschrift was tijdig ingediend op 19 januari 2017. De kantonrechter stelde vast dat de werkgever de werknemer niet de transitievergoeding verschuldigd was, omdat het handelen van de werknemer als ernstig verwijtbaar werd gekwalificeerd. De kantonrechter kende een billijke vergoeding toe van € 3.250,00 bruto, die in verhouding stond tot het ernstig verwijtbare handelen van de werkgever. Daarnaast werd de werkgever veroordeeld tot betaling van een schadevergoeding van € 16.813,95 bruto, vermeerderd met wettelijke rente. De proceskosten werden gecompenseerd, zodat elke partij de eigen kosten droeg. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.