Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
de rechtbank begrijpt: eveneens de onderzijde) schoon te krijgen. [13] Namens verdachte is ter terechtzitting verklaard dat indien machines niet goed schoon zijn, de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit de werkzaamheden in de fabriek en daarmee de productie kan stilleggen. [14]
(de rechtbank begrijpt: waaronder de medewerkers die als vertaler/tolk fungeerden)de instructies hadden begrepen. [20] Deze verklaring van [naam 3] vindt steun in de verklaring van [naam 5] die bevestigt dat het veiligheidsformulier alleen in het Nederlands werd verstrekt en zo nodig door een ander persoon in de moedertaal van de nieuwe werknemer, zoals in dit geval het Pools, werd vertaald. [21]
de rechtbank begrijpt: inclusief de transportband) te stoppen, hij mogelijk het leven van het slachtoffer had kunnen redden. [24] [naam 3] verklaart dat inderdaad alleen hij, en niet de overige schoonmakers, op de hoogte was van de aanwezigheid van de noodstopknop voor de transportband in de machinekamer. [25]
3.Bewezenverklaring
of omstreeks03 april 2013 te [plaats] , als werkgever, als bedoeld in artikel 1 lid 1 van de
al dan nietopzettelijk, handelingen heeft
verricht
/ofde daarop rustende bepalingen, aangezien zij, verdachte, op een arbeidsplaats, te weten een ruimte waar pluimvee wordt geslacht, door een werknemer ( [slachtoffer] ) arbeid heeft laten verrichten aan een arbeidsmiddel, bestaande uit het schoonmaken/reinigen van een machine (afstapelaar/ontstapelaar), terwijl niet was voldaan aan de voorschriften gesteld in artikel 7.5 lid 2 van het Arbeidsomstandighedenbesluit,
en/of drukloos of spanningsloos was gemaakt en - voor zover dit niet mogelijk was - geen doeltreffende maatregelen waren getroffen om die werkzaamheden alsnog veilig te kunnen uitvoeren,
wist ofredelijkerwijs moest weten, levensgevaar of ernstige schade aan de gezondheid van die werknemer ontstond of te verwachten was.
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van het feit
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.Overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel
8.De toegepaste wettelijke bepalingen
9.De beslissing
geldboetevan
€ 10.000,- (tienduizend euro);
groot € 5.000,- (vijfduizend euro), niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, wegens niet nakoming van na te melden voorwaarde voor het einde van de proeftijd die op twee jaren wordt bepaald;
benadeelde partij [naam 11] niet-ontvankelijkin de vordering.
mr. G. Noordraven, rechters, in tegenwoordigheid van mr. D.T.P.J. Damen, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 22 december 2016.