Uitspraak
[klager], hierna te noemen: klager
Rechtbank Gelderland
In deze zaak heeft de militaire raadkamer van de Rechtbank Gelderland op 7 januari 2016 uitspraak gedaan over een bezwaarschrift dat was ingediend door klager tegen een beschikking van de rechter-commissaris. Klager, die als verdachte in een zedenzaak was gehoord, had verzocht om onderzoekshandelingen, waaronder het horen van een getuige. De rechter-commissaris had dit verzoek afgewezen op grond dat er nog geen beslissing was genomen door het Openbaar Ministerie over de vervolging van klager. Klager's raadsman voerde aan dat dit in strijd was met artikel 182 van het Wetboek van Strafvordering, dat hem het recht geeft om onderzoekshandelingen te verzoeken. De militaire raadkamer oordeelde dat het bezwaarschrift ontvankelijk en gegrond was, en dat de rechter-commissaris zijn beslissing onvoldoende had gemotiveerd. De raadkamer benadrukte dat het belang van de verdediging zwaarder weegt dan het belang van het horen van een minderjarige getuige in deze zaak. De raadkamer vernietigde de beschikking van de rechter-commissaris en bepaalde dat de getuige alsnog gehoord moet worden, met inachtneming van de juiste procedurele waarborgen.