ECLI:NL:RBGEL:2016:6563

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
25 oktober 2016
Publicatiedatum
6 december 2016
Zaaknummer
05/780108-15
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van minderjarige verdachten voor openlijk geweld tijdens rellen in Geldermalsen

Op 25 oktober 2016 heeft de Rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem, uitspraak gedaan in een strafzaak tegen vier minderjarige verdachten die betrokken waren bij openlijk geweld tijdens rellen in Geldermalsen op 16 december 2015. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachten, in vereniging, geweld hebben gepleegd tegen politieambtenaren en politievoertuigen. Bij één van de verdachten is een deels voorwaardelijke werkstraf opgelegd, terwijl de andere drie verdachten onvoorwaardelijke werkstraffen kregen. Twee minderjarige verdachten zijn vrijgesproken. De zaak kwam voort uit een demonstratie tegen de komst van een asielzoekerscentrum, waarbij de situatie escaleerde en leidde tot gewelddadige confrontaties met de politie. De rechtbank heeft de ernst van het geweld en de impact op de betrokken politieambtenaren zwaar meegewogen in de strafoplegging. De rechtbank oordeelde dat de verdachten een wezenlijke bijdrage hebben geleverd aan het openlijk geweld en dat hun gedrag niet te rechtvaardigen was. De opgelegde straffen zijn bedoeld als waarschuwing en om de verdachten te laten inzien dat dergelijk gedrag niet wordt getolereerd.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team jeugd
Zittingsplaats: Arnhem
Parketnummer : 05/780108-15
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer voor kinderstrafzaken d.d. 25 oktober 2016
in de zaak van
de officier van justitie bij het arrondissementsparket Oost-Nederland
tegen
[verdachte]
geboren op [geboortedatum] te Tiel, wonende te [adres] .
Raadsvrouw: mr. N.J.C. Spapen, advocaat te Zaltbommel.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 11 oktober 2016.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is tenlastegelegd dat:
hij op of omstreeks 16 december 2015 te Geldermalsen openlijk, te weten op of
aan een of meer openbare wegen, gelegen in/nabij het centrum en/of het gemeentehuis van Geldermalsen, in elk geval op of aan een openbare weg, in vereniging geweld heeft gepleegd tegen een of meer politieambtenaren en/of (politie-)voertuigen, welk geweld bestond uit het gooien van een of meer -brandende- fakkels, althans enig voorwerp, tegen/naar/in de richting van die politieambtena(a)r(en) en/of die/dat (politie-)voertuig(en) en/of het ter hand
nemen en/of kapotgooien van (delen van) stenen/stoeptegels/klinkers (om het
gooien daarmee te vergemakkelijken/vereenvoudigen) en/of het gooien van (delen
van) stenen/stoeptegels/klinkers en/of flessen en/of (volle) blikjes bier/drank en/of -zwaar- vuurwerk en/of (een) rookbom(men) tegen/naar/in de richting van die politieambtena(a)r(en) en/of die/dat (politie-)voertuig(en) en/of het getalsmatig versterken van de groep van waaruit geweldshandelingen werden gepleegd en/of het -met de groep- opdringen in de richting van die politieambtena(a)r(en) en/of het -vanuit de groep- luidkeels provoceren van
en/of uitdagend/beledigend schreeuwen naar die politieambtena(a)r(en).

2.Het onderzoek ter terechtzitting

De zaak is ter terechtzitting van de kinderrechter van 10 juni 2016 met gesloten deuren onderzocht. Daarbij zijn verdachte noch zijn raadsvrouw verschenen. De kinderrechter heeft de terechtzitting geschorst en de zaak verwezen naar de meervoudige kamer voor kinderstrafzaken van 11 oktober 2016 op een nader te bepalen tijdstip, vanwege de complexiteit alsmede de maatschappelijke impact van de zaak.
De zaak is op 11 oktober 2016 ter terechtzitting met gesloten deuren onderzocht. Daarbij is verdachte verschenen. Verdachte is bijgestaan door mr. N.J.C. Spapen, advocaat te Zaltbommel.
De officier van justitie, mr. W.E.M. van Erp, heeft ter terechtzitting van 11 oktober 2016 haar eis geformuleerd.
De raadsvrouw en verdachte hebben ter terechtzitting van 11 oktober 2016 het woord ter verdediging gevoerd.
3. De beslissing inzake het bewijs [1]
I Algemene overwegingen ten aanzien van het tenlastegelegde feit
Op grond van de bewijsmiddelen worden de volgende feiten en omstandigheden, die verder ook niet ter discussie staan, vastgesteld. Hierbij wordt zoveel mogelijk de chronologische volgorde aangehouden.
Op 8 december 2015 werd door de burgemeester van de gemeente Geldermalsen de gemeenteraad onder embargo op de hoogte gebracht van de mogelijke komst van een asielzoekerscentrum (verder: AZC). Op 11 december 2015 zou het embargo eraf gaan omdat het dan via een persconferentie openbaar zou worden gemaakt. [2]
Op 10 december 2015 werd echter publiekelijk bekend dat de gemeente Geldermalsen toestemming wilde geven voor het bouwen van een AZC voor 1500 mensen op een braakliggend bedrijventerrein. Snel na deze bekendmaking ontstond er veel commotie onder de burgers van Geldermalsen. [3] Er werden protestborden geplaatst en via social media werden veel berichten uitgewisseld waarin hevig ongenoegen en/of ongerustheid werd geuit. [4]
Voor 16 december 2015 werd daarom een extra openbare raadsvergadering gepland over het AZC. De aanvragen stroomden bij de gemeente binnen om bij deze raadsvergadering aanwezig te zijn en spreektijd te krijgen. Er konden ongeveer 100 mensen in de raadszaal aanwezig zijn en in de centrale hal van het gemeentehuis konden nog eens 110 mensen het debat via een videoscherm volgen. [5] In totaal konden dus 210 mensen aanwezig zijn. Het ongenoegen van de inwoners van de gemeente Geldermalsen dat ze niet aanwezig konden zijn bij deze raadsvergadering en de onvrede over de snelheid en de manier waarop de gemeenteraad dit onderwerp wilde behandelen, leidde tot veel oproepen op social media om toch naar het gemeentehuis te komen om het ongenoegen kenbaar te maken. [6] Besloten werd om 33 politiemensen in te zetten om de inspraakavond ongestoord te kunnen laten verlopen en de openbare orde rond het gemeentehuis te handhaven. Ook was vanuit Tiel op afroep een sectie Mobiele Eenheid (verder: ME) (24 personen) en een aanhoudingseenheid van de ME (8 personen) beschikbaar. [7]
Er werd afgesproken dat op 16 december 2015 het voorplein van het gemeentehuis aan de Kuipershof door middel van hekken zou worden afgesloten om belangstellenden buiten te houden. [8] Bij het toegangshek stonden beveiligers die in het bezit waren van lijsten met namen van mensen die aanwezig mochten zijn bij de raadsvergadering. [9] Voor het gemeentehuis waren hekken geplaatst die waren vastgemaakt met tiewraps om de boel bij elkaar te houden. [10]
Omstreeks 19:00 uur waren ongeveer 300 demonstranten aanwezig op het voorterrein van het gemeentehuis, aan de openbare weg de Kuipershof. Daaronder bevond zich een luidruchtige groep van ongeveer 40 personen waarvan sommigen een T-shirt droegen met opschrift “AZC NEE”. [11]
Omstreeks 19:45 uur begonnen de raadszaal en de centrale gang vol te lopen en was de sfeer nog gemoedelijk. Vanaf de Plantage te Geldermalsen was een lopende demonstratie die omstreeks 19:45 uur arriveerde op de Kuipershof bij het gemeentehuis. Vlak daarna tot aan het begin van de vergadering begon de sfeer op de Kuipershof te veranderen. [12] Vanuit voornoemde luidruchtige groep, die steeds groter aan het worden was, werd geroepen “de ramen gaan eruit, de hekken gaan eruit”. [13] De situatie werd zo dreigend dat werd besloten om alle 33 politiemensen te verzamelen op het voorplein tezamen met de beveiligers. [14]
Om 20:00 uur begon de raadsvergadering en vanaf dat moment werd de sfeer grimmig. Het afgebakende voorterrein was leeg, maar de opdringerige groep die bij het hek stond, inmiddels uitgegroeid tot een grote groep, probeerde het hek te openen. De menigte van inmiddels enkele honderden personen drong op naar het voorterrein en werd gesommeerd achteruit te gaan, waaraan aanvankelijk gehoor werd gegeven. Het hek dat diende als nooduitgang werd daarop met tiewraps vastgezet. [15]
Daarna werd steeds meer (zwaar) vuurwerk gegooid richting de politiemensen in wier buurt het vuurwerk ook ontplofte. Door de politiemensen werd een linie gevormd tussen de hekken en de ingang van het gemeentehuis. Er werd met bierflessen, vuurwerk en andere projectielen gegooid in de richting van de politie, beveiliging en de raadszaal. [16]
Het hekwerk werd geforceerd door een grote kwade groep die wederom het voorterrein opkwam. De menigte werd opnieuw gesommeerd achteruit te gaan onder waarschuwing voor geweldgebruik. Omdat op deze sommatie niet werd gereageerd, heeft de politie een charge uitgevoerd. Daarop volgde een frontale aanval van de nog verder gegroeide mensenmenigte die het gemeentehuis in wilde. Er werd door de geüniformeerde politiemensen wederom in linie een charge uitgevoerd waarbij zij werden teruggedrongen tot tegen de hoofdingang van het gemeentehuis. Hierbij werden voortdurend bierflessen, zwaar vuurwerk en andere projectielen gegooid. [17]
De situatie werd zo bedreigend dat portofonisch werd gevraagd om ‘assistentie collega’. Dit is het uiterste bericht dat collega’s in het nauw zitten, vrezen voor hun leven en ondersteuning willen. [18]
Omstreeks 20:20 uur arriveerde de te hulp geroepen ME op de Kuipershof bij het gemeentehuis. [19] Met luidsprekers werd door de ME gevorderd dat mensen zich moesten verwijderen, waarbij werd aangekondigd dat anders geweld zou worden gebruikt. [20] De menigte richtte zich tegen de ME. Er waren volgens schattingen op dat moment tussen 1.000 en 1.200 boze mensen aanwezig. De ME-leden gingen al vechtend door de menigte naar de afzethekken bij het gemeentehuis en zij werden hierbij bekogeld met zwaar vuurwerk, flessen, blikjes en andere projectielen. [21] Een ME-busje werd vernield doordat de spiegels werden kapotgeslagen met een verkeersbord of een stok. [22]
De sfeer werd nog grimmiger. De ME moest geweld gebruiken om bij de collega’s van de basispolitiezorg (verder: BPZ) te komen. Voor het hek werd een linie gevormd om een veilige ruimte te creëren voor de collega’s uit de BPZ. [23]
De ME heeft met de gehele sectie een aantal charges uitgevoerd. Op een gegeven moment was de ME genoodzaakt zich achter de hekken terug te trekken om de toegangsdeur tot het gemeentehuis te beveiligen. Enkele groepen demonstranten waren aan het ophitsen, door af te tellen naar een aanval richting de ME. Er werd geroepen: “Gooien, gooien”. Er werd vanuit de menigte met blikken, flessen en stenen naar het gemeentehuis en de ME gegooid. Vuurwerk ontplofte in de nabijheid van de politiemensen. De hekken werden steeds harder heen en weer getrokken en geduwd. Op een gegeven moment begaven de hekken het en bestormden de demonstranten de ME en het gemeentehuis. Door demonstranten werd geroepen: “We gaan gooien jongens, we gaan stoeptegels en keien verzamelen”. [24]
Een ME’er werd door een man vastgepakt en viel op de grond met de man bovenop hem. Door de ME werden waarschuwingsschoten gelost om de collega te kunnen ontzetten. Tot verbazing van sommige politiemensen reageerde de mensenmassa niet op de waarschuwingsschoten. Even later kon de belaagde ME’er weer opstaan doordat hij omhoog werd getrokken door zijn collega’s. De ME is hierop als groep naar achteren gelopen richting de hekken voor het gemeentehuis, maar de menigte bewoog met de ME mee. Er bleef vanuit de menigte op de Kuipershof vuurwerk, stenen, stoeptegels, klinkers en andere voorwerpen zoals fietsen, stokken en verkeersborden gegooid worden naar de ME en het gemeentehuis. Ook werden vanuit de menigte op de Kuipershof slaande en schoppende bewegingen gemaakt richting de ME. Na de waarschuwingsschoten werd het commando “terugtrekken” gegeven, waarop de geüniformeerde politiemensen zich terugtrokken in het gemeentehuis en de ME poogde de linie bij de afzethekken te handhaven en zo het gemeentehuis te beveiligen. [25]
Eén van de vuurwerkbommen is op het dak van het halletje van de toegangsdeur van het gemeentehuis beland. De knal van deze vuurwerkbom heeft kennelijk een gat in het dak gemaakt. [26]
Delen van het hekwerk werden opgetild en richting de ME gegooid. Toen bleek dat de ME de situatie niet meer kon beheersen, is de burgemeester medegedeeld dat de veiligheid van de aanwezige mensen in het gemeentehuis niet langer gegarandeerd kon worden. [27]
Omstreeks 20:27 uur nam de burgemeester de beslissing om de vergadering af te breken en moest iedereen voor zijn of haar veiligheid de raadszaal verlaten. [28] Er werd op dat moment van alles, waaronder stenen, tegen de ruiten van de raadszaal gegooid. Nadat de burgemeester en de andere aanwezigen uit de raadszaal waren geëvacueerd, bleken verschillende ramen gesneuveld en lag de zaal vol met glasscherven. [29]
Omstreeks 21:08 uur kwam er een tweede sectie ME bij. [30] Via de megafoon werd toen de menigte gevorderd te vertrekken. Omdat er geen beweging kwam in de menigte, hebben beide ME-secties het plein aan de Kuipershof schoongeveegd. [31] Het publiek dat uiteen gedreven werd, gooide veel vuurwerk en stenen naar de chargerende ME en ME voertuigen. Het publiek bleef in groepjes elders in het centrum of ging weg. Omstreeks 21:45 uur was het rustig bij het gemeentehuis. De ME dreef het publiek de achtergelegen woonwijk in vanaf de Kuipershof richting de Koningsspil. Terwijl de ME hiermee bezig was, werden er vanaf een groep personen van ongeveer 100 personen stenen gegooid in de richting van de ME. De groep stond verspreid over de straten. Vanuit deze groep werden verschillende voorwerpen gegooid naar de bus van de ME en de ME linie. Er kwamen harde voorwerpen aan tegen de bus. Ook werd er zwaar vuurwerk gegooid in de richting van het ME-voertuig. Vanuit de groep werden voorts dingen geschreeuwd waaronder “kankerpolitie oprotten”. [32]
II A. nadere overweging met betrekking tot openlijke geweldpleging
De beoordeling door de rechtbank
Vast staat dat op 16 december 2015 op openbare wegen, gelegen nabij het centrum en/of het gemeentehuis van Geldermalsen massaal geweld heeft plaatsgevonden, dat kan worden gekwalificeerd als openlijke geweldpleging. Het geweld was gericht tegen aldaar aanwezige dienstdoende politieambtenaren, medewerkers van de beveiliging, (politie-) voertuigen, het gemeentehuis en hekwerken/dranghekken. Daarbij is geduwd en getrapt tegen en getrokken aan die hekwerken/dranghekken die vervolgens zijn opgetild, omhoog- en weggeduwd in de richting van de (zich vlak daarachter bevindende) politieambtenaren en/of beveiligingsmedewerkers. Daarnaast is met verschillende projectielen gegooid, waaronder zwaar vuurwerk, blikjes, flessen, stenen en stoeptegels richting het gemeentehuis, politieambtenaren, politievoertuigen en beveiligingsmedewerkers. De spiegels van een ME-voertuig zijn kapotgeslagen. Ook is door de menigte provocerend geschreeuwd naar de politieambtenaren en beveiligingsmedewerkers.
II B. de rol van verdachte ten aanzien van de openlijke geweldpleging
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat het feit wettig en overtuigend kan worden bewezen.
Het standpunt van de verdediging
Door de verdediging is geen bewijsverweer gevoerd.
De beoordeling door de rechtbank
Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij de avond van 16 december 2015 bij het gemeentehuis in Geldermalsen heeft gestaan om te demonstreren tegen de komst van een AZC in Geldermalsen. Hij had van tevoren twee fakkels van huis meegenomen. Hij was daar samen met zijn zus rond 19:30 uur. Rond 20:15 uur kwam de ME en is verdachte samen met zijn zus naar het centrum van Geldermalsen gelopen. Bij een pleintje heeft verdachte een fakkel gegooid naar de ME. Hij bevond zich toen in een groep die met stenen en vuurwerk gooide. Verdachte heeft tenslotte verklaard dat hij de fakkel aangestoken heeft en dat de fakkel al uit was op het moment dat hij de fakkel gooide naar de ME. [33]
Uit het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant] komt naar voren dat hij zag dat er vanuit een groep meerdere malen zwaar vuurwerk naar het dienstvoertuig werd gegooid. Omstreeks 21:40 uur zag hij een jonge jongen, die vlak bij het dienstvoertuig stond, met een brandende fakkel vanuit die groep stappen en deze brandende fakkel in de richting van de aldaar staande mobiele eenheid linie gooien. [34]
Door verdachte is ter terechtzitting bevestigd dat hij de jongen is waarover verbalisant [verbalisant] heeft gerelateerd in het proces-verbaal. [35]
Verdachte heeft tijdens zijn verhoor bij de politie verklaard: “Ik had een fakkel aangestoken. Toen deze bijna opgebrand was, gooide ik deze richting de ME”(..). Op de vraag van de verbalisant: “Dus de fakkel brandde nog toen je deze gooide?” heeft verdachte geantwoord: “Ja, alleen halverwege zag ik dat de fakkel uit ging.” [36]
De rechtbank is van oordeel dat verdachte door met een brandende fakkel te gooien in de richting van de ME een significante en wezenlijke bijdrage heeft gehad aan de tenlastegelegde openlijke geweldpleging. Anders dan verdachte gaat de rechtbank er vanuit dat de fakkel nog brandde op het moment dat deze gegooid werd, gelet op hetgeen door verbalisant [verbalisant] is weergegeven in het proces-verbaal van bevindingen en gelet op zijn verklaring bij de politie. Verdachte stond ook midden in de groep van waaruit stenen en (zwaar) vuurwerk werden gegooid en beledigende teksten werden geuit richting de ME. Verdachte heeft aldus bijgedragen aan de sfeer van geweld en intimidatie jegens de politieambtenaren en door deze bijdrage kunnen de vele andere deelnemers aan het openlijk geweld zich gesterkt hebben gevoeld in hun eigen aandeel. Daarnaast heeft verdachte de groep getalsmatig versterkt en heeft hij zich op geen enkel moment van het door de anderen uitgeoefende geweld gedistantieerd.
De rechtbank acht dan ook overtuigend bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de tenlastegelegde openlijke geweldpleging, op de wijze zoals hierna is vermeld.
Bewezenverklaring
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat bewezen wordt geacht dat:
hij op
of omstreeks16 december 2015 te Geldermalsen openlijk, te weten op
of
aan een of meeropenbare wegen, gelegen
in/nabij het centrum en/of het gemeentehuis van Geldermalsen,
in elk geval op of aan een openbare weg,in vereniging geweld heeft gepleegd tegen
een of meerpolitieambtenaren en
/of(politie-)voertuigen, welk geweld bestond uit het gooien van een
of meer-brandende- fakkel
s,
althans enig voorwerp, tegen/naar/in de richting van die politieambtena(a)r(en)
en/of die/dat (politie-)voertuig(en)en
/ofhet ter hand
nemen en/of kapotgooien van (delen van) stenen/stoeptegels/klinkers (om het
gooien daarmee te vergemakkelijken/vereenvoudigen) en
/ofhet gooien van (delen
van) stenen/stoeptegels/klinkers en/of flessen en/of (volle) blikjes bier/drank en/of -zwaar- vuurwerk en
/of (een) rookbom(men) tegen/naar/in de richting van die politieambtena(a)r(en) en/of die/dat (politie-)voertuig(en) en
/ofhet getalsmatig versterken van de groep van waaruit geweldshandelingen werden gepleegd en
/ofhet -met de groep- opdringen in de richting van die politieambtena(a)r(en) en
/ofhet -vanuit de groep- luidkeels provoceren van
en/of uitdagend/beledigend schreeuwen naar die politieambtena(a)r(en).
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.
Hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd is niet bewezen. Verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.
De beslissing dat verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan, is gegrond op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat. Voor zover meer feiten bewezen zijn verklaard, worden de bewijsmiddelen alleen gebruikt voor het feit of de feiten waarop deze betrekking hebben.

4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
Openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen of goederen.
Het feit is strafbaar.

5.De strafbaarheid van verdachte

Niet is gebleken van feiten of omstandigheden die de strafbaarheid van verdachte geheel uitsluiten.
Verdachte is dus strafbaar.

6.De motivering van de sanctie(s)

De officier van justitie heeft ter terechtzitting gevorderd dat aan verdachte wordt opgelegd een werkstraf voor de duur van zestig uren, waarvan twintig uren voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren en voorts met aftrek van de tijd die verdachte in verzekering heeft doorgebracht, te weten vier nachten.
De raadsvrouw van verdachte heeft ter terechtzitting verzocht rekening te houden met de beperkte rol van verdachte in het geheel. Daarnaast heeft de raadsvrouw gewezen op de hardhandige aanpak van de politie jegens verdachte bij zijn aanhouding. De detentie die verdachte reeds in het voorstadium heeft ondergaan, heeft op verdachte zeer veel impact gehad. Hij heeft veel last gehad van angstklachten. Zij heeft verzocht een lagere werkstraf op te leggen met een groter voorwaardelijk deel dan geëist, aangezien anders het school- en thuiswerk van verdachte worden doorkruist.
Bij de beslissing over de straf die aan verdachte moet worden opgelegd, heeft de rechtbank zich laten leiden door de aard en de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder dit is begaan, alsmede de persoon van verdachte zoals van een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
In het bijzonder heeft de rechtbank het navolgende in aanmerking genomen.
De rechtbank heeft allereerst rekening gehouden met de ernst en omvang van het geweld dat tegen de aanwezige politiemensen en beveiligers is gebruikt. Gelet op de persoonlijke ervaringen van de betrokken politiemensen, zoals die zijn gerelateerd in het procesdossier, was de situatie op 16 december 2015 voor hen zeer gewelddadig, beangstigend en intimiderend. Door een grote woedende mensenmassa van naar schatting meer dan 1.000 personen zijn de nog geen 70 medewerkers van de basispolitiezorg, mobiele eenheid en arrestatie-eenheid ernstig in het nauw gedreven. Sommigen van hen hebben ongeveer 45 minuten - zonder beschermende kleding - stand moeten houden tegen de aanzwellende menigte die hen belaagde. De aanwezige politiemensen hadden tot taak de orde te handhaven en het gemeentehuis en de aldaar aanwezige personen te beschermen. Bij de uitoefening van hun taken zijn zij geslagen en geschopt. Er zijn hekken omver geworpen en er is met zwaar vuurwerk, glaswerk en straatstenen naar hen gegooid. Zij zijn bedreigd en beledigd en werden zelfs gehoond omdat ze dit werk voor weinig geld zouden doen. In het bijzonder door het rondom hen ontploffende vuurwerk en de naar hen gegooide straatstenen hebben de politiemensen persoonlijk angst gevoeld. Een enkeling vermeldt zelfs bang te zijn geweest zijn kinderen niet meer te kunnen zien. De rechtbank is zich ervan bewust dat dergelijke beangstigende ervaringen ook bij professionele politiemensen sporen nalaat en hun functioneren in de toekomst voor langere tijd kan beïnvloeden. Zoals ook door verschillende politiemensen is verklaard, acht de rechtbank het een wonder dat er geen zwaargewonden zijn gevallen. Enkele politiemensen ervaren ten gevolge van de gebeurtenissen slapeloosheid, concentratieverlies, pijn en druk op de oren. Bij één politieambtenaar is door een arts zelfs gehoorschade vastgesteld.
De ME die de politiemensen voor het gemeentehuis te hulp is geschoten, heeft zich, als gevolg van het vele geweld jegens hen bestaande uit onder meer het gooien van (zwaar) vuurwerk, stenen, flessen en blikken bier aanvankelijk moeten terugtrekken. Als gevolg daarvan is de raadsvergadering afgebroken, waarna de raadsleden, de burgemeester en overige aanwezigen zijn geëvacueerd. Daardoor is het democratisch proces verstoord. Dit raakt de Nederlandse samenleving diep in de fundamenten van onze rechtsstaat. Het geweld richting de politiemensen en politievoertuigen is ook na het afbreken van de raadsvergadering nog doorgegaan door een grote groep personen, waaronder verdachte. Er werden onder andere (zwaar) vuurwerk en stenen naar de ME en naar de voertuigen van de ME gegooid en beledigingen geuit.
De rechtbank heeft daarnaast bij de bepaling van de op te leggen straf gelet op de specifieke rol van verdachte en de aard en ernst van hetgeen bewezen is verklaard, alsmede de omstandigheden waaronder dit is begaan. Verdachte heeft - door een brandende fakkel te gooien in de richting van de ME - een wezenlijke bijdrage geleverd aan het openlijk geweld.
De rechtbank heeft voorts rekening gehouden met de persoon en de persoonlijke omstandigheden van verdachte, waarbij onder meer is gelet op:
  • het Uittreksel Justitiële Documentatie betreffende verdachte, gedateerd 30 augustus 2016;
  • het rapport van de Raad voor de Kinderbescherming (verder: de Raad), gedateerd 4 mei 2016.
Uit het Uittreksel Justitiële Documentatie van 30 augustus 2016 volgt dat verdachte niet eerder is veroordeeld door een strafrechter.
De Raad heeft op 4 mei 2016 het volgende gerapporteerd en geadviseerd. Verdachte is een zeventienjarige jongen die voor de derde keer met justitie in aanraking is gekomen. De vier dagen en drie nachten op het politiebureau hebben veel indruk gemaakt op verdachte. Hij heeft onder invloed van de oplopende spanning gegooid en heeft spijt van zijn gedrag. De belangrijkste risicofactoren zijn dat hij impulsief keuzes kan maken en beïnvloedbaar is. Om de vier weken heeft hij contact met een praktijkondersteuner GGZ, die hem hierbij kan begeleiden. Contacten met de jeugdreclassering en een leerstraf acht de Raad dan ook niet noodzakelijk. De Raad adviseert een deels onvoorwaardelijke taakstraf in de vorm van een werkstraf, omdat dit de meest pedagogisch passende strafafdoening is. De voorwaardelijke straf kan dan fungeren als stok achter de deur.
Ter terechtzitting heeft verdachte aangegeven dat de contacten met de praktijkondersteuner na de zomer zijn beëindigd.
Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen oordeelt de rechtbank, anders dan door de officier van justitie is gevorderd, dat voor de afdoening van de onderhavige zaak in aanmerking komt een werkstraf voor de duur van zestig uren, waarvan dertig uren voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar en met aftrek van de tijd die verdachte in verzekering heeft doorgebracht. Bij het bepalen van de hoogte van deze straf is rekening gehouden met de ernst van het gepleegde openlijke geweld, de maatschappelijke impact daarvan en het aandeel dat verdachte daarin heeft gehad. De rechtbank rekent het verdachte aan dat hij van tevoren twee fakkels heeft meegenomen naar het centrum van Geldermalsen, wetend dat er iets ging gebeuren, en vervolgens vanuit een grote groep mensen een van deze fakkels heeft aangestoken en heeft gegooid in de richting van de ME. Voorts houdt de rechtbank rekening met de leeftijd van verdachte, zijn documentatie en zijn persoonlijke omstandigheden, waaronder de impact die de inverzekeringstelling op verdachte heeft gehad. De voorwaardelijke straf die zal worden opgelegd, dient als waarschuwing voor verdachte om zich voortaan van het plegen van delicten te onthouden.

7.De toegepaste wettelijke bepalingen

De beslissing is gegrond op de artikelen 27, 77a, 77g, 77h, 77m, 77n, 77x,77y, 77z en 141 van het Wetboek van Strafrecht.

8.De beslissing

De rechtbank, rechtdoende:
Verklaartbewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder punt 3, heeft begaan.
Verklaartniet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verstaatdat het aldus bewezenverklaarde oplevert de strafbare feiten zoals vermeld onder punt 4.
Verklaartverdachte hiervoor strafbaar.
Veroordeeltverdachte wegens het bewezenverklaarde tot
een werkstraf gedurende
60 (zestig) uren.
Bepaaltdat van deze werkstraf
30 (dertig) urenniet zullen worden tenuitvoergelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechtbank stelt een proeftijd vast van
2 (twee) jaren. De tenuitvoerlegging kan worden gelast indien de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd heeft schuldig gemaakt aan een strafbaar feit.
Bepaaltdat het onvoorwaardelijk deel van de werkstraf binnen een half jaar na het onherroepelijk worden van dit vonnis moet worden verricht.
Beveeltdat, voor het geval de veroordeelde de werkstraf niet naar behoren verricht, vervangende jeugddetentie zal worden toegepast.
Steltdeze vervangende jeugddetentie vast op
30 (dertig) dagen, waarvan
15 (vijftien) dagenzien op het onvoorwaardelijk opgelegde deel van de werkstraf en
15 (vijftien) dagenop het voorwaardelijk deel van de opgelegde werkstraf.
Beveeltovereenkomstig het bepaalde in artikel 27 van het Wetboek van Strafrecht dat de tijd, door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering doorgebracht, geheel in mindering zal worden gebracht, te weten acht (8) uren.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.S.W. Kroon, kinderrechter als voorzitter, mr. W. Bruins, kinderrechter, en mr. I. de Waal-van Wessem, kinderrechter, in tegenwoordigheid van mr. D.G. Wessels-Harmsen, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 25 oktober 2016.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door verbalisanten van de politie Oost Nederland, Team Grootschalige Optreden, opgemaakte proces-verbaal met BHV nummer 2015614794, TGO België, gesloten op 24 maart 2016 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.
2.Het proces-verbaal van aangifte van [aangever] , d.d. 22 december 2015, p. 1000.
3.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 21 december 2015, p. 1003.
4.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 21 december 2015, p. 1003.
5.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 21 december 2015, p. 1003 en p. 1004.
6.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 21 december 2015, p. 1004.
7.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 21 december 2015, p. 1004.
8.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 21 december 2015, p. 1005.
9.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 21 december 2015, p. 1005.
10.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 21 december 2015, p. 1005 en het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 19 december 2015 p. 1015.
11.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 19 december 2015, p. 1015 en p. 1016.
12.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 21 december 2015, p. 1005.
13.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 19 december 2015, p. 1016.
14.Het proces-verbaal van bevindingen d.d. 21 december 2015, p. 1006.
15.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 21 december 2015, p. 1006 en het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 17 december 2015, p. 1013.
16.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 17 december 2015, p. 1023.
17.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 17 december 2015, p. 1014.
18.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 19 december 2015, p. 1017.
19.Een schriftelijk bescheid inhoudende “journaal 16 december 2015”, p. 1009 en 1010.
20.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 19 december 2015, p. 1017.
21.Het proces-verbaal van aangifte van [aangever 2] , d.d. 6 januari 2016, p. 1081 en het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 21 december 2015, p. 1095.
22.Het proces-verbaal van aangifte vernieling dienstvoertuig d.d. 9 maart 2016, p. 1260 en p. 1261.
23.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 19 december 2015, p. 1017 en het proces-verbaal van bevindingen d.d. 20 maart 2016, p. 1092-1093.
24.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 17 december 2015, p. 1025 en het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 17 december 2015, p. 1036 en p. 1037 en het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 21 december 2015, p. 1095.
25.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 20 maart 2016, p. 1093 en p. 1094 en het proces-verbaal van bevindingen d.d. 17 december 2015, p. 1025.
26.Het proces-verbaal van verhoor van aangever [aangever 3] , d.d. 17 december 2015, p. 1108 alsmede het proces-verbaal van aangifte van [aangever 4] , d.d. 26 december 2015, p. 1322.
27.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 21 december 2015, p. 1007.
28.Het proces-verbaal van verhoor van getuige [getuige] , d.d. 24 december 2015, p. 1124, het proces-verbaal aangifte door burgemeester [aangever] d.d. 22 december 2015, p. 1127 en het proces-verbaal uitwerken meldkamer geluidsfragmenten d.d. 21 januari 2016, p. 1053.
29.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 21 december 2015, p. 1008.
30.Het proces-verbaal uitwerken meldkamer geluidsfragmenten, d.d. 21 januari 2016, p. 1058.
31.Het proces-verbaal van aangifte van [aangever 3] , d.d. 17 december 2015, p. 1106.
32.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 17 december 2015, p. 1175, het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 18 december 2015, p. 1301, het proces-verbaal van bevindingen, d.d.17 december 2015, p. 1303.
33.De verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting van 11 oktober 2016.
34.Het proces-verbaal van bevindingen, van verbalisant [verbalisant] , d.d. 18 december 2015, p. 1301.
35.De verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting van 11 oktober 2016.
36.Het proces verbaal van verhoor van verdachte d.d. 17 december 2015, p. 2098.