5.2Vastbouw heeft bij conclusie van antwoord in reconventie een chronologisch overzicht in het geding gebracht van de hand van [naam 6] (hierna: [naam 6] ), in dienst bij O2 en vanaf april 2012 tot en met januari 2014 belast met de ontwikkeling van het project “Buitenplaats van Stuyvesandte” (het terrein van de camping van De Paalhoeve c.a.). De inhoud daarvan is door Van Stuyvesandte en [gedaagde] als zodanig niet becommentarieerd in hun conclusies nadien en ook niet ter comparitie, zodat de rechtbank de inhoud van dat overzicht als niet voldoende gemotiveerd betwist met inachtneming van het hiernavolgende in beginsel als vaststaand zal aanmerken. Uit dat overzicht blijkt onder meer:
- dat er overleg over de voortgang van het project tussen Vastbouw, O2, [gedaagde] en/of De Paalhoeve heeft plaatsgevonden op 17 april 2012, 25 april 2012, 15 mei 2012, 24 mei 2012, 29 mei 2012, 5 juni 2012, 19 juni 2012, 4 september 2012, 13 september 2012, 2 oktober 2012, 13 november 2012, 11 december 2012, 21 december 2012, 9 januari 2013, 17 juli 2013, 18 september 2013, 5 december 2013 en 9 januari 2014;
- dat als basis voor de ontwikkeling het planontwerp van [naam 5] is genomen waarop voor 5 woningen bouwvergunning was verleend (blz. 2);
- dat [naam 6] op 25 april 2012 heeft geconstateerd dat de 5 woningen waarvoor bouwvergunning was verkregen volgens het bouwbesluit qua slaapkamers op de verdieping niet voldeden en daarmee een lagere verkoopwaarde opleverden (blz. 2);
- dat op 15 mei 2012 duidelijk werd dat voor de geplande ontwikkeling wijziging van het bestemmingsplan noodzakelijk was (blz. 3);
- dat [gedaagde] op 15 mei 2012 heeft aangegeven dat een aantal woningen die hij in eigendom had alsmede “zijn grondstukken” bij de ontwikkeling betrokken konden worden (blz. 3);
- dat Vastbouw op 10 september 2012 met voorstellen zou komen om de 5 woningen binnen de bouwvergunning te realiseren met 2 slaapkamers op de verdieping maar wel met hogere bouwkosten (blz. 5);
- dat het overleg met de provincie Gelderland op 26 september 2012 positief was op de aspect ‘R.O.’ en ‘economie’ maar negatief vanwege de Ecologische Hoofdstructuur (blz. 5);
- dat de gemeente op 2 oktober 2010 het standpunt had ingenomen dat er 7 recreatiewoningen gebouwd konden worden (blz. 5);
- dat op 13 november 2011 een inschatting is gemaakt wat de individuele eigendommen van [gedaagde] zouden kunnen opleveren om de financiering af te dekken (blz. 7);
- dat op 27 maart 2013 een voorstel aan de gemeente Barneveld is gepresenteerd voor 65 recreatiekavels (blz. 9);
- dat overleg met de gemeente Barneveld op 23 april 2013 naar voren bracht dat er een beperkte bereidheid tot medewerking aan de ontwikkeling was, dat Barneveld te veel oppervlakte had met bestemming ‘recreatie’ en dat het beleid van de gemeente gericht was op terugdringing van de oppervlakte, ondanks het feit dat Kootwijk een groeicluster is (blz. 9);
- dat de gemeente Barneveld toen dacht aan 1 woning per hectare en dat dan hooguit aan 5 tot 6 woningen moest worden gedacht (blz. 10);
- dat wethouder [naam 7] van de gemeente Barneveld op 23 mei 2013 aangaf dat de gemeenteraad overtuigd moest worden van het plan alvorens de gemeente akkoord kon gaan (blz. 11);
- dat in het overleg met de gemeente op 8 juli 2013 de gemeente te kennen gaf niet zeker van haar zaak te zijn of zowel de raad als de provincie akkoord zouden gaan met bestemmingswijziging en dat wijziging van het bestemmingsplan zowel qua haalbaarheid als financieel een tijdrovend proces van meerdere jaren zou gaan worden (blz. 12);
- dat uit overleg tussen partijen op 17 juli 2013 naar aanleiding van een marktadvies voor prijsvorming naar voren kwam dat de vergunde 5 woningen op deze wijze niet verkocht konden worden met slaapkamers boven (blz. 12);
- dat op 3 september 2013 er in beginsel voor is gekozen om het aanlegpeil van de 5 woningen zodanig aan te passen dat de slaapkamers zouden voldoen aan het bouwbesluit (blz. 13);
- dat uit overleg op 19 september 2013 bleek dat verkoop van recreatiewoningen op de Veluwe voor prijzen tot € 100.000,- loopt, maar daarboven niet, dat minimaal 3 slaapkamers nodig zouden zijn, dat hier een adviesverkoopprijs gold van € 250.000,- of € 300.000,- (blz. 14);
- dat er op 17 december 2013 overleg tussen Vastbouw en De Paalhoeve is geweest vanwege “financiële problemen rondom [gedaagde] ”, waarbij is gesproken over hoe inkomsten zouden kunnen worden gegenereerd nu de overeengekomen investering door Vastbouw reeds overschreden werd (blz. 15);
- dat toen is voorgesteld om kavels met chalets te gaan verhuren door aankoop van tweedehands chalets maar dat De Paalhoeve dit niet zag zitten (blz. 15);
- dat op 9 januari 2014 nogmaals tussen Vastbouw en De Paalhoeve is overlegd en dat deze partijen toen allerlei voorstellen hebben besproken (waaronder een uittreding van De Paalhoeve tegen onder meer een door De Paalhoeve voorgestelde som van
€ 2.000.000,-) maar niet verder zijn gekomen, waarna eenieder een denkpauze zou nemen (blz. 15/16).