ECLI:NL:RBGEL:2016:5189

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
29 september 2016
Publicatiedatum
29 september 2016
Zaaknummer
05/820704-14
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van acht personen voor openlijk geweld in Arnhem

Op 29 september 2016 heeft de Rechtbank Gelderland in Arnhem uitspraak gedaan in een strafzaak tegen acht verdachten die betrokken waren bij openlijk geweld in het uitgaansgebied van Arnhem. De zaak betreft een incident dat plaatsvond op 22 februari 2014, waarbij meerdere personen betrokken waren in een vechtpartij voor een horecagelegenheid aan de Varkensstraat. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachten zich schuldig hebben gemaakt aan openlijke geweldpleging, waarbij zij in vereniging geweld hebben gepleegd tegen verschillende slachtoffers. De rechtbank heeft de verklaringen van getuigen en camerabeelden als bewijs gebruikt om de betrokkenheid van de verdachten vast te stellen. De officier van justitie had geëist dat de verdachten zouden worden veroordeeld tot een werkstraf van 80 uur, met een voorwaardelijke gevangenisstraf. De rechtbank heeft deze eis grotendeels overgenomen en heeft de verdachten veroordeeld tot een onvoorwaardelijke werkstraf van 80 uur, met de mogelijkheid van vervangende hechtenis indien deze straf niet naar behoren wordt verricht. De rechtbank heeft in haar overwegingen rekening gehouden met de ernst van het geweld en de impact daarvan op de openbare orde.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Arnhem
Parketnummer : 05/820704-14
Datum uitspraak : 29 september 2016
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie bij het arrondissementsparket Oost-Nederland
tegen
[verdachte]
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] , wonende te [adres] , [woonplaats] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van 10 december 2015 en 16 september 2016.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 22 februari 2014 in de gemeente Arnhem
met een ander of anderen, op of aan de openbare weg, de Varkensstraat (voor horecagelenheid/café [naam 1] ), in elk geval op of aan een openbare weg,
openlijk in vereniging geweld heeft gepleegd tegen [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of (een) tot nu toe onbekend gebleven perso(o)n(en),
welk geweld bestond uit het
- meermalen, althans éénmaal (hard/met kracht) (met de vuisten) slaan en/of stompen in/op/tegen het gezicht en/of het hoofd en/of het lichaam van die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of die onbekend gebleven perso(o)n(en) en/of
- meermalen, althans éénmaal (hard/met kracht) trappen en/of schoppen in/op/tegen het hoofd en/of het gezicht en/of het lichaam van die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of die onbekend gebleven perso(o)n(en) en/of
- ( hard) gooien van (een) voorwerp(en) naar en/of in de richting van en/of op/tegen die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of die onbekend gebleven perso(o)n(en) en/of
- ( hard) duwen en/of trekken op/tegen het/de lichaam van die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of die onbekend gebleven perso(o)n(en).
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs [1]
De feiten
Op grond van de bewijsmiddelen wordt het volgende, dat verder ook niet ter discussie staat, vastgesteld.
Op 22 februari 2014 heeft in Arnhem, op of aan de openbare weg de Varkensstraat (voor horecagelegenheid/café [naam 1] ) en in de nabijheid van deze straat, een vechtpartij tussen meerdere personen plaatsgevonden. [2] Deze vechtpartij ontstond voor de ingang van [naam 1] toen enkele mannen zich bemoeiden met een opstootje tussen enkele vrouwen. Hierbij werd door meerdere personen geslagen. [3]
Voor de ingang van [naam 1] bevonden zich op dat moment onder andere [slachtoffer 1] [4] , [slachtoffer 2] [5] ,
[slachtoffer 5] [6] , [slachtoffer 3] [7] , [naam 2] [8] en [slachtoffer 4] [9] (verder: de groep behorend bij [naam 1] ). Verdachte [10] , [medeverdachte 1] [11] en [medeverdachte 2] [12] waren hierbij ook aanwezig. Tussen hen en de groep behorend bij [naam 1] vond over en weer duw- en trekwerk plaats. [13] Hierbij kreeg [slachtoffer 4] een klap van achteren waardoor hij uit balans raakte. [14] Verdachte heeft gedurende het duw- en trekwerk een manspersoon geslagen. [15] Vervolgens verplaatste de vechtpartij zich richting de Luthersestraat waarbij [slachtoffer 1] door [medeverdachte 2] in zijn gezicht is geslagen en daardoor ten val is gekomen. [16] Nadat de politie ter plaatse is gekomen, is de vechtpartij geëindigd. [17]
Ongeveer een half uur later is verdachte [18] samen met [naam 3] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] teruggegaan naar [naam 1] . [19] Nadat door hen op het rolluik is geklopt, kwamen [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 5] , [slachtoffer 3] , [naam 2] en [slachtoffer 4] vanuit [naam 1] naar buiten. Hierna zijn door de groep van verdachte blikjes naar en in de richting van voornoemde personen gegooid. [20] [medeverdachte 1] heeft enige tijd later een voorwerp in de richting van de groep behorend bij [naam 1] gegooid [21] en [naam 3] heeft een voorwerp uit een fietstas gepakt en in de richting van [slachtoffer 1] gegooid. [22]
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de tenlastegelegde openlijke geweldpleging, met dien verstande dat niet kan worden bewezen dat het geweld heeft bestaan uit trappen of schoppen tegen het lichaam of hoofd van de in de tenlastelegging genoemde personen.
Het standpunt van de verdediging
Verdachte heeft ter zitting verklaard dat hij alleen bij het eerste geweldsincident één klap heeft uitgedeeld.
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank dient allereerst de vraag te beantwoorden of sprake is geweest van openlijke geweldpleging tegen personen. Daarvan is sprake bij geweld, gepleegd in vereniging, dat voor derden zichtbaar was of had kunnen zijn waardoor de openbare orde is verstoord.
Het geweld vond plaats voor en nabij het café [naam 1] in Arnhem waarbij zowel de groep behorend bij [naam 1] als bezoekers, waaronder verdachte, betrokken waren. Op de uitgekeken camerabeelden van de twee geweldsincidenten is te zien dat verdachte bij het eerste geweldsincident een man bij zijn jas vastpakt en hem met beide handen een duw geeft. Hierna geeft hij de man nogmaals een duw met zijn rechterhand. Vervolgens is te zien dat verdachte een klap uitdeelt, waarbij hij zijn hand heeft gebald tot een vuist en een manspersoon in zijn nek raakt. [23] Ongeveer een half uur later komt verdachte samen met andere personen terug naar [naam 1] , waar hij op het half gesloten rolluik klopt. Hierna komen vanuit [naam 1] meerdere personen naar buiten. Vervolgens rent verdachte verder de straat in, waarbij te zien is dat hij in zijn hand een voorwerp heeft dat hij gooit naar de personen die achter hem aankomen. [24]
Door verdachte en zijn medeverdachten werd over en weer getrokken en geduwd. Daarnaast zijn er meerdere mensen geslagen en is er met voorwerpen naar personen gegooid. De rechtbank definieert dit geweld als openlijke geweldpleging. Gelet op het handelen van verdachte, zoals hiervoor beschreven, is de rechtbank van oordeel dat verdachte aan dit openlijk geweld een significante bijdrage heeft geleverd.
Op grond van het vorenstaande acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de tenlastegelegde openlijke geweldpleging, op de wijze zoals hierna is vermeld. De rechtbank is evenals de officier van justitie van oordeel dat niet kan worden bewezen dat het geweld heeft bestaan uit het trappen of schoppen tegen het lichaam of hoofd van de in de tenlastelegging genoemde personen.

3.Bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
hij op
of omstreeks22 februari 2014 in de gemeente Arnhem
met
een ander ofanderen, op of aan de openbare weg, de Varkensstraat (voor horecagelegenheid/café [naam 1] ), in elk geval op of aan een openbare weg,
openlijk in vereniging geweld heeft gepleegd tegen [slachtoffer 1] en
/of[slachtoffer 2] en
/of[slachtoffer 3] en
/of[slachtoffer 4] en
/of[slachtoffer 5] en/of (een) tot nu toe onbekend gebleven perso(o)n(en),
welk geweld bestond uit het
-
meermalen, althans éénmaal(hard/met kracht)
(met de vuist
en)slaan
en/of stompen in/op/tegen het gezicht en/of het hoofd en/of het lichaam van die [slachtoffer 1] en
/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of[slachtoffer 4]
en/of [slachtoffer 5] en/of die onbekend gebleven perso(o)n(en)en
/of
- meermalen, althans éénmaal (hard/met kracht) trappen en/of schoppen in/op/tegen het hoofd en/of het gezicht en/of het lichaam van die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of die onbekend gebleven perso(o)n(en) en/of
-
(hard)gooien van
(een)voorwerp
(en
)naar en
/ofin de richting van en/of
op/tegen die [slachtoffer 1] en
/of[slachtoffer 2] en
/of[slachtoffer 3] en
/of[slachtoffer 4] en
/of[slachtoffer 5] en/of die onbekend gebleven perso(o)n(en) en
/of
-
(hard)duwen en
/oftrekken
op/tegen het lichaam van die [slachtoffer 1] en
/of[slachtoffer 2] en
/of[slachtoffer 3] en
/of[slachtoffer 4] en
/of[slachtoffer 5] en/of die onbekend gebleven perso(o)n(en).
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
Het openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen.

5.De strafbaarheid van het feit

Het feit is strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.Overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gelet op het aandeel van verdachte in het geheel geëist dat hij ter zake van het tenlastegelegde zal worden veroordeeld tot het verrichten van 80 uren werkstraf, te vervangen door 40 dagen hechtenis, waarvan 40 uren werkstraf, te vervangen door 20 dagen hechtenis, voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren.
Het standpunt van de verdediging
Door verdachte is geen strafmaatverweer gevoerd.
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon en de omstandigheden van de verdachte zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, waarbij onder meer is gelet op het uittreksel uit het algemeen documentatieregister van 19 juli 2016.
De rechtbank heeft bij de straftoemeting in het bijzonder het navolgende in aanmerking genomen. Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het plegen van geweld in het uitgaansgebied van Arnhem. Het openlijk geweld bestond uit twee geweldsincidenten tussen de groep personen behorend bij [naam 1] en de groep waartoe verdachte behoorde. Verdachte heeft in beide geweldsincidenten een aandeel gehad. Verdachte heeft met zijn handelen een aanzienlijke bijdrage aan het openlijk geweld geleverd. Zelfs nadat de politie na het eerste incident was gearriveerd, bleef verdachtes houding agressief en moest hij door de politie in bedwang worden gehouden. De rechtbank neemt verdachte in het bijzonder kwalijk dat hij samen met de medeverdachten is teruggekeerd naar [naam 1] en daar op het rolluik heeft geklopt. Hiermee heeft hij bewust de confrontatie opgezocht en opnieuw een gevecht uitgelokt.
Openlijk geweld is een ernstig feit. Dergelijk uitgaansgeweld leidt tot gevoelens van onrust en onveiligheid in de maatschappij. Verdachte heeft hier met zijn handelen aan bijgedragen. De rechtbank acht gelet op de aard en de ernst van het feit een forse werkstraf passend. In het voordeel van verdachte houdt de rechtbank rekening met de omstandigheid dat het feit meer dan tweeëneenhalf jaar geleden heeft plaatsgevonden. De rechtbank zal, nu zij in grotere mate dan de officier van justitie rekening houdt met de aanzienlijke rol van verdachte in het geheel en geen aanleiding ziet om een gedeelte van de werkstraf voorwaardelijk op te leggen, een geheel onvoorwaardelijke werkstraf van tachtig uren opleggen.

8.De toegepaste wettelijke bepalingen

De beslissing is gegrond op de artikelen 22c, 22d, 63 en 141 van het Wetboek van Strafrecht.

9.De beslissing

De rechtbank:
 verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder punt 3, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert het strafbare feit zoals vermeld onder punt 4;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 veroordeelt verdachte wegens het bewezenverklaarde tot
een
werkstrafgedurende
80 (tachtig) uren, met bevel dat indien deze straf niet naar behoren wordt verricht vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 40 (veertig) dagen.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.H. Keijzer (voorzitter), mr. G. Noordraven en mr. W.L.F. Prisse, rechters, in tegenwoordigheid van mr. M.E. Bongers, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 29 september 2016.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door verbalisanten van de politie Oost Nederland, district Gelderland-Midden, opgemaakte proces-verbaal, proces-verbaalnummer 2014090848, BVH nummers 2014020705, 2014020844 en 2014089186 gesloten op 28 augustus 2014 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.
2.Proces-verbaal van bevindingen, inhoudende de op 22 februari 2014 afgelegde verklaring van verbalisanten [verbalisant 1] [verbalisant 2] en [verbalisant 3] , p. 198.
3.Proces-verbaal van bevindingen, inhoudende de op 23 februari 2014 afgelegde verklaring van verbalisant [verbalisant 4] , p. 200.
4.Proces-verbaal van bevindingen uitkijken camerabeelden, inhoudende de op 27 januari 2016 afgelegde verklaring van verbalisant [verbalisant 5] , p. 2.
5.Proces-verbaal van bevindingen uitkijken camerabeelden, inhoudende de op 27 januari 2016 afgelegde verklaring van verbalisant [verbalisant 5] , p. 3.
6.Proces-verbaal van bevindingen uitkijken camerabeelden, inhoudende de op 27 januari 2016 afgelegde verklaring van verbalisant [verbalisant 5] , p. 7.
7.Proces-verbaal van bevindingen uitkijken camerabeelden, inhoudende de op 27 januari 2016 afgelegde verklaring van verbalisant [verbalisant 5] , p. 10.
8.Proces-verbaal van bevindingen uitkijken camerabeelden, inhoudende de op 27 januari 2016 afgelegde verklaring van verbalisant [verbalisant 5] , p. 9.
9.Proces-verbaal van bevindingen uitkijken camerabeelden, inhoudende de op 27 januari 2016 afgelegde verklaring van verbalisant [verbalisant 5] , p. 8.
10.Proces-verbaal van bevindingen uitkijken camerabeelden, inhoudende de op 27 januari 2016 afgelegde verklaring van verbalisant [verbalisant 5] , p. 10.
11.Proces-verbaal van bevindingen uitkijken camerabeelden, inhoudende de op 27 januari 2016 afgelegde verklaring van verbalisant [verbalisant 5] , p. 11.
12.Proces-verbaal van bevindingen uitkijken camerabeelden, inhoudende de op 27 januari 2016 afgelegde verklaring van verbalisant [verbalisant 5] , p. 12.
13.Proces-verbaal van verhoor verdachte, inhoudende de op 22 februari 2014 afgelegde verklaring van [slachtoffer 2] , p. 342; proces-verbaal van verhoor verdachte, inhoudende de op 29 april 2014 afgelegde verklaring van [slachtoffer 4] , p. 398.
14.Proces-verbaal van verhoor verdachte, inhoudende de op 29 april 2014 afgelegde verklaring van [slachtoffer 4] , p. 398.
15.Verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 10 december 2015.
16.Proces-verbaal van verhoor verdachte, inhoudende de op 23 februari 2014 afgelegde verklaring van [slachtoffer 1] , p. 310; proces-verbaal van verhoor verdachte, inhoudende de op 19 augustus 2014 afgelegde verklaring van [medeverdachte 2] , p. 436.
17.Proces-verbaal van bevindingen, inhoudende de op 22 februari 2014 afgelegde verklaring van verbalisant [verbalisant 6] , p. 187.
18.Verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 10 december 2015.
19.Proces-verbaal van bevindingen uitkijken camerabeelden, inhoudende de op 27 januari 2016 afgelegde verklaring van verbalisant [verbalisant 5] , p. 12-13.
20.Proces-verbaal van bevindingen, inhoudende de op 23 februari 2014 afgelegde verklaring van verbalisant [verbalisant 4] , p. 200; proces-verbaal van bevindingen uitkijken camerabeelden, inhoudende de op 27 januari 2016 afgelegde verklaring van verbalisant [verbalisant 5] , p. 2; 4; 7; 8; 9; 10.
21.Proces-verbaal van bevindingen uitkijken camerabeelden, inhoudende de op 27 januari 2016 afgelegde verklaring van verbalisant [verbalisant 5] , p. 12.
22.Proces-verbaal van bevindingen uitkijken camerabeelden, inhoudende de op 27 januari 2016 afgelegde verklaring van verbalisant [verbalisant 5] , p. 13.
23.Proces-verbaal van bevindingen uitkijken camerabeelden, inhoudende de op 27 januari 2016 afgelegde verklaring van verbalisant [verbalisant 5] , p. 10.
24.Proces-verbaal van bevindingen uitkijken camerabeelden, inhoudende de op 27 januari 2016 afgelegde verklaring van verbalisant [verbalisant 5] , p. 11.