In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 26 juli 2016 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van openlijk geweld en het niet opvolgen van een politiebevel. De feiten vonden plaats in de nacht van 19 op 20 december 2014 te Tiel, waar de verdachte samen met anderen geweld heeft gepleegd tegen een slachtoffer op de openbare weg, de Varkensmarkt. De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het meermalen schoppen, slaan en stompen van het slachtoffer. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte een bekennende verdachte is, waardoor volstaan kon worden met een opgave van de bewijsmiddelen. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van het tweede feit, namelijk het niet opvolgen van een politiebevel, omdat niet kon worden vastgesteld dat er een bevel was gegeven.
De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan het openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen en heeft de strafbaarheid van de verdachte vastgesteld. Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de ernst van het delict, de omstandigheden waaronder het is gepleegd en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. De officier van justitie had een werkstraf van 150 uren geëist, maar de rechtbank heeft uiteindelijk een werkstraf van 100 uren opgelegd, met de mogelijkheid van vervangende hechtenis.
Daarnaast heeft de benadeelde partij, het slachtoffer, een schadevergoeding gevorderd van € 120.328,58, maar de rechtbank heeft deze vordering niet-ontvankelijk verklaard, omdat de gestelde schade niet rechtstreeks was veroorzaakt door het bewezenverklaarde feit. De rechtbank heeft de beslissing gegrond op de relevante artikelen van het Wetboek van Strafrecht.