ECLI:NL:RBGEL:2016:3782

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
1 juli 2016
Publicatiedatum
12 juli 2016
Zaaknummer
05/841189-15
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een man wegens valsheid in geschrift met bijzondere voorwaarden en werkstraf

Op 1 juli 2016 heeft de Rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem, uitspraak gedaan in de zaak tegen een 35-jarige man uit Veenendaal. De verdachte werd beschuldigd van meermalen valsheid in geschrift, gepleegd in de periode van 30 december 2014 tot en met 29 april 2015. De rechtbank oordeelde dat de verdachte opzettelijk het rekeningnummer van de belastingdienst had gewijzigd naar zijn eigen bankrekeningnummer in digitale templates, met als doel om geldbedragen die bestemd waren voor de belastingdienst, naar zijn eigen rekening te laten overmaken. Dit leidde tot een schade van meer dan € 420.000,-. De verdachte heeft zijn daden uiteindelijk bekend, maar heeft aanvankelijk ontkend en geen volledige openheid van zaken gegeven over zijn beweegredenen.

De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van 8 maanden, met een proeftijd van 2 jaar, en bijzondere voorwaarden waaronder een meldplicht en een behandelverplichting. Daarnaast is er een werkstraf van 240 uren opgelegd. De rechtbank heeft rekening gehouden met de omstandigheden van de verdachte, waaronder het feit dat hij niet eerder was veroordeeld voor dergelijke feiten en dat hij inmiddels het volledige bedrag had terugbetaald aan de benadeelde partij. De rechtbank heeft de vordering van de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard, omdat niet kon worden vastgesteld dat de gevorderde schade het gevolg was van de strafbare feiten van de verdachte.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Arnhem
Parketnummer : 05/841189-15
Datum uitspraak : 1 juli 2016
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie bij het arrondissementsparket Oost-Nederland
tegen
[verdachte]
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] , wonende te [adres] , [woonplaats] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 17 juni 2016.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 30 december 2014 tot en met 29 april 2015 in de gemeente Ede, in elk geval in Nederland meermalen, althans eenmaal, (telkens) op/in één of meerdere template('s)/computerprogramma's (van het bedrijf [benadeelde] ) (voor digitale doorzending/doorsturing naar de belastingdienst), - (elk) zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen - valselijk heeft opgemaakt of vervalst, immers heeft verdachte (telkens) valselijk - op/in voormelde template('s)/computerprogramma's (van het bedrijf [benadeelde] ) (voor digitale doorzending/doorsturing naar de belastingdienst) het rekeningnummer van de belastingdienst gewijzigd naar zijn, verdachtes, bankrekeningnummer ( [rekeningnummer] ), althans zijn, verdachtes, bankrekeningnummer ( [rekeningnummer] ) op/in voormelde template('s)/computerprogramma ingevuld/ingevoerd, zulks (telkens) met het oogmerk om die/dat geschrift(en) als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken;
althans, indien het vorenstaande onder 1 niet tot een veroordeling leidt:
hij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 30 december 2014 tot en met 29 april 2015 te Ede, in elk geval in Nederland (telkens) met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, (telkens) ((een) medewerker(s) van) [benadeelde] heeft bewogen tot de afgifte van geld (97.072,00 euro en/of 76.472,00 euro en/of 72.057,00 euro en/of 50.000 euro), in elk geval van enig geldbedrag, hebbende verdachte met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid: op/in een template('s)/computerprogramma's (van het bedrijf [benadeelde] ) (voor digitale doorzending/doorsturing naar de belastingdienst) het rekeningnummer van de belastingdienst gewijzigd naar zijn, verdachtes, bankrekeningnummer ( [rekeningnummer] ), althans zijn, verdachtes, bankrekeningnummer ( [rekeningnummer] ) op/in voormelde template('s)/computerprogramma ingevuld/ingevoerd, waardoor ((een) medewerker(s) van) [benadeelde] werd bewogen tot bovenomschreven afgifte.
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs [1]
Er is sprake van een bekennende verdachte als bedoeld in artikel 359 derde lid, laatste zin van het Wetboek van Strafvordering en daarom wordt volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen.
Bewijsmiddelen:
- het proces-verbaal van aangifte van [naam] namens de benadeelde [benadeelde] , d.d. 24 juni 2015, p. 5 en 6;
- de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 17 juni 2016.

3.Bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het primair tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
hij op
één of meertijdstip
(pen
)in
of omstreeksde periode van 30 december 2014 tot en met 29 april 2015 in de gemeente Ede,
in elk geval in Nederlandmeermalen,
althans eenmaal, (telkens) op/in één ofmeerdere template
('s
)/
computerprogramma's(van het bedrijf [benadeelde] ) (voor digitale doorzending/doorsturing naar de belastingdienst), - (elk) zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen -
valselijkheeft
opgemaakt ofvervalst, immers heeft verdachte (telkens) valselijk - op/in voormelde template
('s
)/
computerprogramma's(van het bedrijf [benadeelde] ) (voor digitale doorzending/doorsturing naar de belastingdienst) het rekeningnummer van de belastingdienst gewijzigd naar zijn, verdachtes, bankrekeningnummer ( [rekeningnummer] ),
althans zijn, verdachtes, bankrekeningnummer ( [rekeningnummer] ) op/in voormelde template('s)/computerprogramma ingevuld/ingevoerd,zulks (telkens) met het oogmerk om die
/datgeschrift
(en
)als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
Ten aanzien van het primair ten laste gelegde feit:
Valsheid in geschrift, meermalen gepleegd

5.De strafbaarheid van het feit

Het feit is strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.Overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geëist dat verdachte ter zake van het primair tenlastegelegde zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 2 maanden geheel voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren, met als bijzondere voorwaarden een meldplicht en een behandelverplichting. Daarnaast vordert de officier van justitie dat verdachte 180 uur werkstraf zal verrichten, te vervangen door 90 dagen hechtenis.
Het standpunt van de verdachte
Door verdachte is geen strafmaatverweer gevoerd.
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon en de omstandigheden van de verdachte zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, waarbij onder meer is gelet op:
- het uittreksel uit het algemeen documentatieregister, gedateerd 9 mei 2016;
- een voorlichtingsrapportage van Reclassering Nederland, gedateerd 8 juni 2016.
Verdachte heeft tweemaal in de periode van december 2014 tot en met april 2015 door middel van in totaal vier overboekingen grote bedragen met een totale waarde van
ruim € 420.000,- door zijn werkgever naar zijn eigen rekening laten overmaken, terwijl dit geld bestemd was voor de belastingdienst. Verdachte heeft daartoe in een template bewust het bankrekeningnummer van de belastingdienst veranderd in zijn eigen bankrekeningnummer. Verdachte heeft dit gedaan om met dit geld zijn eigen woning te kunnen financieren. De rechtbank rekent het verdachte zwaar aan dat hij hiermee, puur uit eigenbelang, het door zijn werkgever in hem gestelde vertrouwen ernstig heeft geschaad. En weliswaar heeft de werkgever het bedrag in kwestie inmiddels terug ontvangen, doch verdachte heeft hiervoor wel een beroep moeten doen op zijn familie.
De rechtbank rekent het verdachte voorts aan dat hij er na de eerste overboekingen in december 2014 niet voor heeft gekozen om terug te keren op zijn schreden en zijn handelen op te biechten. In plaats daarvan heeft hij in april 2015 voor de tweede maal aanzienlijke geldbedragen op zijn bankrekening laten storten. In juni 2015, toen verdachtes handelen aan het licht kwam, heeft hij dit bovendien in eerste instantie ontkend. Ook ter zitting is de rechtbank niet geheel duidelijk geworden – behalve dat verdachte zijn huis met het geld heeft gefinancierd – wat zijn precieze beweegredenen zijn geweest en lijkt verdachte wat dat betreft geen volledige openheid van zaken te hebben willen geven.
De rechtbank stelt voorop dat het oriëntatiepunt volgens de ‘Oriëntatiepunten voor straftoemeting en LOVS-afspraken’ voor fraude bij een benadelingsbedrag van € 250.000,- tot
€ 500.000,- een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 12 tot 18 maanden inhoudt. Het door verdachte gepleegde strafbare feit, valsheid in geschrift, valt hier ook onder. Rekening houdend met deze oriëntatiepunten zal de rechtbank dan ook afwijken van de eis van de officier van justitie.
De rechtbank ziet redenen om geen onvoorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen. In het voordeel van verdachte neemt de rechtbank mee dat verdachte niet eerder is veroordeeld voor dergelijke strafbare feiten, dat verdachte mee heeft gewerkt aan het politieonderzoek en dat het volledige bedrag van ruim € 420.000,- aan [benadeelde] is terugbetaald. Dat het handelen van verdachte uit zou komen stond voorts wel vast, nu verdachte daarbij zijn eigen bankrekeningnummer heeft gebruikt. De rechtbank ziet het handelen van verdachte dan ook als een ondoordachte wanhoopsdaad om via deze weg zijn huis te kunnen financieren.
Ook heeft verdachte zich inmiddels onder behandeling gesteld van Kairos en heeft hij ter zitting zijn spijt betuigd.
Alles afwegende acht de rechtbank, ondanks de aard en de ernst van het feit, de hierna te noemen voorwaardelijke gevangenisstraf met bijzondere voorwaarden en de maximale werkstraf passend en geboden.
7a. De beoordeling van de civiele vordering(en), alsmede de gevorderde oplegging van de schadevergoedingsmaatregel
De benadeelde partij [benadeelde] / dhr. [naam] heeft zich in het strafproces gevoegd ter verkrijging van schadevergoeding ter zake van het bewezenverklaarde feit. Gevorderd wordt een bedrag van € 385,00.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat de vordering van de benadeelde partij [benadeelde] / dhr. [naam] niet-ontvankelijk dient te worden verklaard, nu niet kan worden vastgesteld dat de psychische schade en de gestarte behandelsessies gevolgen zijn van het tenlastegelegde feit.
Het standpunt van de verdediging
De verdachte heeft geen verweer gevoerd ten aanzien van de vordering van de benadeelde partij.
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank is uit het dossier en de verklaring van verdachte ter terechtzitting gebleken dat het volledige bedrag is terugbetaald aan [benadeelde] . De rechtbank begrijpt dan ook dat [benadeelde] geen schade heeft geleden. Zij vordert ook geen schade.
De rechtbank gaat er daarom van uit dat zich in het strafproces als benadeelde partij heeft gevoegd dhr. [naam] . Hij vordert een bedrag aan materiële schade. De rechtbank kan echter niet met voldoende zekerheid vaststellen dat de gestarte behandelsessies het gevolg zijn van psychische problemen die zijn veroorzaakt door de door verdachte gepleegde strafbare handelingen, dit met name gezien de geruime tijd tussen het tenlastegelegde feit en de behandelsessies in 2016.
Nu onvoldoende duidelijk is of de door [naam] gestelde schade het gevolg is van het tenlastegelegde feit, zal hij in de vordering niet-ontvankelijk worden verklaard.

8.De toegepaste wettelijke bepalingen

De beslissing is gegrond op de artikelen 10, 14a, 14b, 14c, 14d, 22c, 22d, 57 en 225 van het Wetboek van Strafrecht.

9.De beslissing

De rechtbank:
 verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder punt 3, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert het strafbare feit zoals vermeld onder punt 4;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 veroordeelt verdachte wegens het primair bewezenverklaarde tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
8 (acht) maanden;
 bepaalt dat deze gevangenisstraf
niet ten uitvoer zal worden gelegdtenzij de rechter later anders mocht gelasten, wegens niet nakoming van na te melden voorwaarde(n) voor het einde van de proeftijd die op twee jaren wordt bepaald;
 de algemene voorwaarden dat de veroordeelde:
- zich voor het einde van de proeftijd niet zal schuldig maken aan een strafbaar feit;
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit zijn medewerking zal verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 Wet op de identificatieplicht ter inzage zal aanbieden;
- zijn medewerking zal verlenen aan het door de Reclassering Nederland te houden toezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
 de bijzondere voorwaarden dat de veroordeelde:
- zich uiterlijk binnen één werkdag na de datum van het onherroepelijk worden van het vonnis zal melden bij reclassering Midden Noord tussen 13:00 en 16:30 uur op het adres Vivaldiplantsoen 200 te Utrecht en zich gedurende de proeftijd van twee jaren zal blijven melden, zo frequent en zolang de reclassering dit noodzakelijk acht;
- zich gedurende de proeftijd onder behandeling zal stellen van Kairos Arnhem of soortgelijke ambulante forensische zorg, zulks ter beoordeling van de reclassering, op de tijden en plaatsen als door of namens die zorginstelling/behandelaar aan te geven, en zich zal houden aan de aanwijzingen die hem in het kader van die behandeling door of namens de instelling/behandelaar zullen worden gegeven.
- Geeft opdracht aan de Reclassering Nederland tot het houden van toezicht op de naleving van voormelde bijzondere voorwaarde(n) en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden (artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht).
 een
werkstrafgedurende
240 (tweehonderdveertig) uren, met bevel dat indien deze straf niet naar behoren wordt verricht vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 120 (honderdtwintig) dagen;
De beslissing op de vordering van de benadeelde partij
 verklaart de
benadeelde partij , dhr. [naam] niet-ontvankelijkin de vordering.
Dit vonnis is gewezen door mr. H.C. Leemreize (voorzitter), mr. W.J. Vierveijzer en mr. K.A.M. van Hoof, rechters, in tegenwoordigheid van mr. M.S. Verhagen, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 1 juli 2016.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door verbalisant [verbalisant] van de politie Oost Nederland, district Gelderland-Midden, basisteam Ede, opgemaakte proces-verbaal, dossiernummer PL0600 2015305801, gesloten op 11 november 2015 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.