ECLI:NL:RBGEL:2016:3169

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
13 juni 2016
Publicatiedatum
13 juni 2016
Zaaknummer
05/780054-16
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Openlijk geweld en bedreiging tijdens raadsvergadering in Geldermalsen

Op 13 juni 2016 heeft de Rechtbank Gelderland uitspraak gedaan in een zaak waarin vijf verdachten zijn veroordeeld voor openlijk geweld tijdens een raadsvergadering in Geldermalsen op 16 december 2015. De verdachten werden beschuldigd van het plegen van geweld tegen politieambtenaren en beveiligers, het gooien van vuurwerk en andere projectielen, en het bedreigen van een agent. De rechtbank oordeelde dat de verdachten zich schuldig hadden gemaakt aan openlijk geweld, medeplegen van het uiteenjagen van de raadsvergadering en bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht. De rechtbank stelde vast dat de situatie op de avond van de raadsvergadering escaleerde, waarbij de politie en de Mobiele Eenheid (ME) in de verdediging moesten. De rechtbank legde straffen op variërend van gevangenisstraffen tot werkstraffen, waarbij rekening werd gehouden met de ernst van de feiten en de persoonlijke omstandigheden van de verdachten. De uitspraak benadrukte de impact van het geweld op de betrokken politieambtenaren en de verstoring van het democratische proces.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Arnhem
Parketnummers : 05/780054-16, 05/103188-14 (tul) en 05/114876-13 (tul)
Datum uitspraak : 13 juni 2016
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie bij het arrondissementsparket Oost-Nederland
tegen
[verdachte]
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] ,
wonende te [adres] , [woonplaats] .
Raadsvrouw: mr. A.H.J. Raaijmakers, advocaat te Culemborg.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter openbare terechtzitting
van 30 mei 2016.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij op of omstreeks 16 december 2015 te Geldermalsen openlijk, te weten op of aan een of meer openbare wegen, gelegen in/nabij het centrum en/of het gemeentehuis van Geldermalsen, in elk geval op of aan een openbare weg, in vereniging geweld heeft gepleegd tegen een of meer aldaar aanwezige dienstdoende politieambtenaren en/of medewerkers van de beveiliging en/of
(politie-)voertuigen en/of het gemeentehuis en/of hekwerk/dranghekken, welk geweld bestond uit het ter hand nemen van een nitraatbom, althans dergelijk -zwaar- vuurwerk, en/of (vervolgens) het -over het/de hekwerk/dranghekken- gooien van die/dat nitraatbom/vuurwerk tegen/op/in de richting van het gemeentehuis en/of het ter hand nemen/houden van een
slagvoorwerp (kabel/stok) en/of het met dat slagvoorwerp slaan tegen en/of in de richting van een politieambtenaar ( [slachtoffer] ) en/of het -vanuit de groep- (beledigend/uitdagend) schreeuwen naar die politieambtena(a)r(en) en/of medewerker(s) en/of het kapotgooien van (delen van) stenen/stoeptegels/klinkers en/of het gooien van (delen van)
stenen/stoeptegels/klinkers en/of flessen en/of (volle) blikjes bier/drank en/of -zwaar- vuurwerk en/of (een) rookbom(men) tegen/naar/in de richting van die politieambtena(a)r(en) en/of medewerker(s) en/of die/dat (politie-)voertuig(en) en/of het gemeentehuis en/of het slaan, stompen, schoppen en/of (omver-)trekken/duwen van die politieambtena(a)r(en) en/of
medewerker(s) en/of het omvergooien van, het schoppen/duwen tegen en/of trekken aan dat/die hekwerk/dranghekken en/of het getalsmatig versterken van de groep van waaruit geweldshandelingen werden gepleegd en/of het -met de groep- opdringen in de richting van die politieambtena(a)r(en) en/of die medewerker(s) en/of het -vanuit de groep- luidkeels provoceren van en/of uitdagend/beledigend schreeuwen naar die politieambtena(a)r(en) en/of die
medewerker(s);
2.
hij op of omstreeks 16 december 2015 te Geldermalsen, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, door geweld of bedreiging met geweld een vergadering van de raad van een gemeente, te weten een raadsvergadering van de gemeente Geldermalsen over de -mogelijke- komst van een asielzoekerscentrum, uiteen heeft gejaagd en/of tot het nemen of niet nemen van enig besluit heeft gedwongen en/of een lid, de voorzitter of een wethouder uit die vergadering heeft verwijderd of opzettelijk heeft verhinderd die bij te wonen of daarin vrij en onbelemmerd zijn plicht te vervullen, hierin bestaande dat verdachte en/of verdachtes mededader(s) zich hebben/heeft verzameld voor/bij het gemeentehuis en/of vervolgens een nitraatbom, althans dergelijk -zwaar- vuurwerk, ter hand hebben/heeft genomen en/of die/dat
nitraatbom/vuurwerk -over het/de hekwerk/dranghekken- tegen/op/in de richting van het gemeentehuis hebben/heeft gegooid en/of een slagvoorwerp (kabel/stok) in de hand hebben/heeft genomen/gehouden en/of met dat slagvoorwerp hebben/heeft geslagen tegen en/of in de richting van een politieambtenaar ( [slachtoffer] ) en/of -vanuit de groep- (beledigend/uitdagend) hebben/heeft geschreeuwd naar de aldaar aanwezige dienstdoende politieambtenaren en/of medewerkers van de beveiliging en/of (delen) van stenen/stoeptegels/klinkers en/of flessen en/of (volle) blikjes bier/drank en/of -zwaar- vuurwerk en/of (een) rookbom(men) tegen/naar/in de richting van die politieambtenaren en/of medewerkers hebben/heeft gegooid en/of die politieambtenaren/medewerkers hebben/heeft geslagen, gestompt, geschopt en/of (omver-)getrokken/geduwd en/of een of meer hiervoor genoemde voorwerpen tegen het gemeentehuis en/of door een of meer ruiten van (de raadszaal van) het gemeentehuis hebben/heeft gegooid en/of hekwerk/dranghekken omver hebben/heeft gegooid/getrokken en/of -luidkeels/uitdagend/beledigend- zijn/is opgedrongen in de richting van die politieambtenaren/medewerkers en/of (vervolgens) het voorterrein/beveiligd terrein van het gemeentehuis hebben/heeft betreden en/of de zogenaamde ME-linie hebben/heeft doorbroken en/of zijn/is opgedrongen in de richting van de ingang van het gemeentehuis;
3.
hij op of omstreeks 16 december 2015 te Geldermalsen [slachtoffer] (agent van politie) heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling, hierin bestaande dat verdachte opzettelijk dreigend een slagvoorwerp (kabel/stok) in de hand heeft genomen en/of gehouden en/of met dat slagvoorwerp heeft gestaan voor die [slachtoffer] en/of (daarmee) naar die [slachtoffer] heeft gewezen en/of (daarbij) die [slachtoffer] dreigend de woorden heeft
toegevoegd: "Jou pak ik. Jou trek ik de kop van je romp af. Jou maak ik kapot. Trek je pak maar uit stoere vent, dan lossen wij het 1 op 1 wel op" en/of "Luister, als jij mij slaat, sla ik terug. Ik heb niets gedaan, je moet opdonderen", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs [1]
I. Ten aanzien van de feiten 1 en 2
Op grond van de bewijsmiddelen worden de volgende feiten en omstandigheden, die verder ook niet ter discussie staan, vastgesteld. Hierbij wordt zoveel mogelijk de chronologische volgorde aangehouden.
Op 8 december 2015 werd door de burgemeester van de gemeente Geldermalsen de gemeenteraad onder embargo op de hoogte gebracht van de mogelijke komst van een asielzoekerscentrum (verder: AZC). Op 11 december 2015 zou het embargo eraf gaan omdat het dan via een persconferentie openbaar zou worden gemaakt. [2]
Op 10 december 2015 werd echter publiekelijk bekend dat de gemeente Geldermalsen toestemming wilde geven voor het bouwen van een AZC voor 1500 mensen op een braakliggend bedrijventerrein. Snel na deze bekendmaking ontstond er veel commotie onder de burgers van Geldermalsen. [3] Er werden protestborden geplaatst en via social media werden veel berichten uitgewisseld waarin hevig ongenoegen en/of ongerustheid werd geuit. [4]
Voor 16 december 2015 werd daarom een extra openbare raadsvergadering gepland bij wijze van inspraakavond over het AZC. De aanvragen stroomden bij de gemeente binnen om bij deze raadvergadering aanwezig te zijn en spreektijd te krijgen. Er konden ongeveer 100 mensen in de raadszaal aanwezig zijn en in de centrale hal van het gemeentehuis konden nog eens 110 mensen het debat via een videoscherm volgen. [5] In totaal konden dus 210 mensen aanwezig zijn. Het ongenoegen van de inwoners van de gemeente Geldermalsen dat ze niet aanwezig konden zijn bij deze raadsvergadering en de onvrede over de snelheid en de manier waarop de gemeenteraad dit onderwerp wilde behandelen, leidde tot veel oproepen op social media om toch naar het gemeentehuis te komen om het ongenoegen kenbaar te maken. [6] Besloten werd om 33 politiemensen in te zetten om de inspraakavond ongestoord te kunnen laten verlopen en de openbare orde rond het gemeentehuis te handhaven. Ook was vanuit Tiel op afroep een sectie ME (24 mensen) en een aanhoudingseenheid van de ME (8 personen) beschikbaar. [7]
Er werd afgesproken dat het voorplein van het gemeentehuis aan de Kuipershof door middel van hekken zou worden afgesloten om belangstellenden buiten te houden [8] . Bij het toegangshek stonden beveiligers die in het bezit waren van lijsten met namen van mensen die aanwezig mochten zijn bij de raadsvergadering. [9] Voor het gemeentehuis waren hekken geplaatst welke waren vastgemaakt met tiewraps om de boel bij elkaar te houden. [10]
Omstreeks 19:00 uur waren ongeveer 300 demonstranten aanwezig op het voorterrein van het gemeentehuis, aan de openbare weg de Kuipershof. Daaronder bevond zich een luidruchtige groep van ongeveer 40 personen waarvan sommigen een T-shirt droegen met opschrift “AZC NEE”. [11]
Omstreeks 19:45 uur begonnen de raadszaal en de centrale gang vol te lopen en was de sfeer nog gemoedelijk. Vanaf de Plantage te Geldermalsen was een lopende demonstratie welke omstreeks 19:45 uur arriveerde op de Kuipershof bij het gemeentehuis. Vlak daarna tot aan het begin van de vergadering begon de sfeer op de Kuipershof te veranderen. [12] Vanuit voornoemde luidruchtige groep, die steeds groter aan het worden was, werd geroepen “de ramen gaan eruit, de hekken gaan eruit”. [13] De situatie werd zo dreigend dat werd besloten om alle 33 politiemensen te verzamelen op het voorplein tezamen met de beveiligers. [14]
Om 20:00 uur begon de raadsvergadering en vanaf dat moment werd de sfeer grimmig. Het afgebakende voorterrein was leeg, maar de opdringerige groep die bij het hek stond, inmiddels uitgegroeid tot een grote groep, probeerde het hek te openen. De menigte van inmiddels enkele honderden personen drong op naar het voorterrein en werd gesommeerd achteruit te gaan, waaraan aanvankelijk gehoor werd gegeven. Het hek dat diende als nooduitgang werd daarop met tiewraps vastgezet. [15]
Daarna werd steeds meer (zwaar) vuurwerk gegooid richting de politiemensen in wier buurt het vuurwerk ook ontplofte. Door de politiemensen werd een linie gevormd tussen de hekken en de ingang van het gemeentehuis. Er werd met bierflessen, vuurwerk en andere projectielen gegooid in de richting van de politie, beveiliging en de raadszaal. [16]
Het hekwerk werd geforceerd door een grote kwade groep die wederom het voorterrein opkwam. De menigte werd opnieuw gesommeerd achteruit te gaan onder waarschuwing voor geweldgebruik. Omdat op deze sommatie niet werd gereageerd, heeft de politie een charge uitgevoerd. Daarop volgde een frontale aanval van de nog verder gegroeide mensenmenigte die het gemeentehuis in wilde. Er werd door de geüniformeerde politiemensen wederom in linie een charge uitgevoerd waarbij zij werden teruggedrongen tot tegen de hoofdingang van het gemeentehuis. Hierbij werden voortdurend bierflessen, zwaar vuurwerk en andere projectielen gegooid. [17]
De situatie werd zo bedreigend dat portofonisch werd gevraagd om ‘assistentie collega’. Dit is het uiterste bericht dat collega’s in het nauw zitten, vrezen voor hun leven en ondersteuning willen. [18]
Omstreeks 20:20 uur arriveerde de te hulp geroepen Mobiele eenheid (verder: ME) op de Kuipershof bij het gemeentehuis. [19] Met luidsprekers werd door de ME gevorderd dat mensen zich moesten verwijderen, waarbij werd aangekondigd dat anders geweld zou worden gebruikt. [20] De menigte richtte zich tegen de ME. Er waren volgens schattingen op dat moment tussen 1.000 en 1.200 boze mensen aanwezig. De ME-leden gingen al vechtend door de menigte naar de afzethekken bij het gemeentehuis en zij werden hierbij bekogeld met zwaar vuurwerk, flessen, blikjes en andere projectielen. Een ME-busje werd vernield doordat de spiegels werden kapotgeslagen met een verkeersbord of een stok. [21]
De sfeer werd nog grimmiger. De ME moest geweld gebruiken om bij de collega’s van de basispolitiezorg (verder: BPZ) te komen. Voor het hek werd een linie gevormd om een veilige ruimte te creëren voor de collega’s uit de BPZ. [22]
Door de menigte op de Kuipershof, vooral door degenen die vooraan stonden, werd steeds harder getrokken aan en getrapt tegen de hekken. Het hekwerk begaf het en de menigte bestormde de ME en het gemeentehuis. De ME heeft met de gehele sectie een aantal charges uitgevoerd. Op een gegeven moment was de ME genoodzaakt zich achter de hekken terug te trekken om de toegangsdeur tot het gemeentehuis te beveiligen. Enkele groepen demonstranten waren aan het ophitsen, door af te tellen naar een aanval richting de ME. Er werd geroepen: “Gooien, gooien”. Er werd vanuit de menigte met blikken, flessen en stenen naar het gemeentehuis en de ME gegooid. Vuurwerk ontplofte in de nabijheid van de politiemensen. De hekken werden steeds harder heen en weer getrokken en geduwd. Op een gegeven moment begaven de hekken het en bestormden de demonstranten de ME en het gemeentehuis. Door demonstranten werd geroepen: “We gaan gooien jongens, we gaan stoeptegels en keien verzamelen”. [23]
Een ME’er werd door een man vastgepakt en viel op de grond met de man bovenop hem. Door de ME werden waarschuwingsschoten gelost om de collega te kunnen ontzetten. Tot verbazing van sommige politiemensen reageerde de mensenmassa niet op de waarschuwingsschoten. Even later kon de belaagde ME’er weer opstaan doordat hij omhoog werd getrokken door zijn collega’s. De ME is hierop als groep naar achteren gelopen richting de hekken voor het gemeentehuis, maar de menigte bewoog met hen mee. Er bleef vanuit de menigte op de Kuipershof vuurwerk, stenen, stoeptegels, klinkers en andere voorwerpen zoals fietsen, stokken en verkeersborden gegooid worden naar de ME en het gemeentehuis. Ook werden vanuit de menigte op de Kuipershof slaande en schoppende bewegingen gemaakt richting de ME. Na de waarschuwingsschoten werd het commando “terugtrekken” gegeven, waarop de geüniformeerde politiemensen zich terugtrokken in het gemeentehuis en de ME poogde de linie bij de afzethekken te handhaven en zo het gemeentehuis te beveiligen. Tot tweemaal toe werd een stuk beton in de richting van de ME gegooid. [24]
Eén van de vuurwerkbommen is op het dak van het halletje van de toegangsdeur van het gemeentehuis beland. De knal van deze vuurwerkbom heeft kennelijk een gat in het dak gemaakt. [25]
Delen van het hekwerk werden opgetild en richting de ME gegooid. Toen bleek dat de ME de situatie niet meer kon beheersen, is de burgemeester medegedeeld dat de veiligheid van de aanwezige mensen in het gemeentehuis niet langer gegarandeerd kon worden. [26]
Omstreeks 20:28 uur nam de burgemeester de beslissing om de vergadering af te breken en moest iedereen voor zijn of haar veiligheid de raadszaal verlaten. [27] Er werd op dat moment van alles, waaronder stenen, tegen de ruiten van de raadszaal gegooid. Nadat de burgemeester en de andere aanwezigen uit de raadszaal waren geëvacueerd, bleken verschillende ramen gesneuveld en lag de zaal vol met glasscherven. [28]
Omstreeks 21:08 uur kwam er een tweede sectie ME bij. [29] Via de megafoon werd toen de menigte gevorderd te vertrekken. Omdat er geen beweging kwam in de menigte, hebben beide ME-secties het plein aan de Kuipershof schoongeveegd. [30]
II A. nadere overweging met betrekking tot openlijke geweldpleging; feit 1
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank overweegt op grond van het vorenstaande allereerst dat op 16 december 2015 op de openbare weg de Kuipershof te Geldermalsen, nabij het gemeentehuis massaal geweld heeft plaatsgevonden, dat kan worden gekwalificeerd als openlijke geweldpleging. Het geweld was gericht tegen dienstdoende politieambtenaren, medewerkers van de beveiliging, (politie-) voertuigen, het gemeentehuis en hekwerken/dranghekken. Daarbij is geduwd en getrapt tegen de hekwerken/dranghekken en zijn deze hekken opgetild en omhooggeduwd. Daarnaast is met verschillende projectielen gegooid, waaronder zwaar vuurwerk, blikjes, flessen, stenen, betonblokken en stoeptegels richting het gemeentehuis en politieambtenaren en beveiligingsmedewerkers. De spiegels van een ME-voertuig zijn kapotgeslagen. Ook is door de menigte provocerend geschreeuwd naar de politieambtenaren en beveiligingsmedewerkers.
II B. de rol van verdachte ten aanzien van feit 1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat het feit wettig en overtuigend kan worden bewezen.
Het standpunt van de verdediging
Naar de mening van de verdediging kan niet worden bewezen dat [verdachte] de verbalisant [slachtoffer] heeft geslagen. Los van de omstandigheid dat [verdachte] één keer vuurwerk heeft gegooid, niet in de richting van personen maar op het dak van het gemeentehuis, heeft hij niet daadwerkelijk geweld gebruikt. De verdediging vraagt de rechtbank bij de beoordeling van de vraag in hoeverre verdachte opzettelijk heeft gehandeld, rekening te houden met de omstandigheid dat door de gehaaste besluitvorming door het gemeentebestuur de gemoederen binnen de gehele dorpsgemeenschap hoog op zijn gelopen.
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank overweegt allereerst dat [verdachte] ter terechtzitting heeft verklaard dat hij naar het gemeentehuis te Geldermalsen is gegaan en dat hij vuurwerk heeft meegenomen. Hij heeft het vuurwerk meegenomen met de bedoeling om het vuurwerk bij de demonstratie af te steken. Bij het gemeentehuis heeft hij vooraan bij de hekken gestaan. Hij was daar om te demonstreren. [verdachte] heeft dit gedaan door te schreeuwen, te joelen, verbaal geweld te gebruiken en vuurwerk, een ‘Poolse nitraat’, te gooien. De nitraat kwam mogelijk verder dan zijn bedoeling was. De nitraat kwam terecht op het dak van het gemeentehuis. Daarvoor stonden geüniformeerde politieambtenaren. [verdachte] had de bedoeling om de nitraat op het plein te gooien, bij de raadszaal, om de vergadering te verstoren. [verdachte] heeft ook een elektriciteitskabel in zijn handen gehad en heeft daarmee een dreigende houding aangenomen. [verdachte] heeft tevens verklaard dat hij voordat de ME aan kwam rijden weg had kunnen gaan. [31] Op enig moment heeft [verdachte] tegen de politieman [slachtoffer] bedreigende woorden geuit. [32] Bij de politie heeft [verdachte] verklaard dat de woorden: “Jou pak ik. Jou trek ik je kop van je romp af. Jou maak ik kapot. Trek je pak maar uit stoere vent en dan lossen we het één op één op.” in de richting komen van de woorden die hij tegen [slachtoffer] heeft geuit. [33]
Uit het proces-verbaal van bevindingen opgemaakt door verbalisant [slachtoffer] komt naar voren dat [slachtoffer] zag dat er voor hem een manspersoon stond. Hij zag dat deze manspersoon in zijn rechterhand een langwerpig flexibel voorwerp had. [slachtoffer] zag dat de manspersoon in zijn richting wees en zei: “Jou pak ik. Jou trek ik de kop van je romp af. Jou maak ik kapot. Trek je pak maar uit stoere vent dan lossen wij het 1 op 1 wel op.” [slachtoffer] zag dat de manspersoon een slaande beweging maakte met het voorwerp in zijn richting. Hij voelde dat hij werd geraakt met het voorwerp. [34] In een aanvullend proces-verbaal heeft [slachtoffer] beschreven dat hij de manspersoon die met een slagwapen voor hem stond, herkende als [verdachte] . [35]
Uit het proces-verbaal van bevindingen opgemaakt door verbalisant [verbalisant 1] komt naar voren dat zij de ambtshalve bekende [verdachte] vooraan in de groep zag staan en dat hij zich agressief opstelde richting de politie en uit was op een confrontatie met de politie. [36] Uit het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 2] komt naar voren dat hij voor het gemeentehuis met een aantal collega’s op linie is gaan staan. [verbalisant 2] en zijn collega’s zijn op de groep afgelopen welke door de hekwerken was heen gebroken en zij hebben de groep gevorderd om weg te gaan. [verbalisant 2] zag de voor hem ambtshalve bekende [verdachte] staan. [verdachte] ging niet uit eigen beweging weg en werd door de linie teruggedreven. [verdachte] maakte een agressieve indruk op [verbalisant 2] . [37]
Gelet de verklaringen van [verdachte] in samenhang met de ter terechtzitting voorgehouden processen verbaal van bevindingen, is de rechtbank van oordeel dat [verdachte] een significante en wezenlijke bijdrage heeft gehad in de ten laste gelegde openlijke geweldpleging. [verdachte] heeft een slagwapen in zijn handen gehad waarmee hij dreigend tegenover verbalisant [slachtoffer] heeft gestaan. Ook heeft [verdachte] een ‘Poolse nitraat’ gegooid. Daarnaast heeft [verdachte] zich verbaal provocerend en uitdagend gedragen richting de politieambtenaren en beveiligingsmedewerkers. Aldus heeft [verdachte] in aanmerkelijke mate bijgedragen aan de sfeer van geweld en intimidatie jegens de politie. Door deze bijdrage kunnen de vele andere deelnemers aan het openlijk geweld zich ook gesterkt hebben gevoeld in hun eigen aandeel. Daarnaast heeft [verdachte] de gewelddadige groep getalsmatig versterkt en heeft hij zich op geen enkel moment van het door de anderen uitgeoefende geweld gedistantieerd. De rechtbank acht dan ook overtuigend bewezen dat [verdachte] zich schuldig heeft gemaakt aan de ten laste gelegde openlijke geweldpleging, op de wijze zoals hierna is vermeld.
III. Beoordeling van feit 2
De feiten
Ten aanzien van de gebeurtenissen op 16 december 2015 in Geldermalsen, verwijst de rechtbank allereerst naar de feitenbeschrijving zoals hiervoor onder I. vermeld.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat het ten laste gelegde feit wettig en overtuigend bewezen kan worden. Ter onderbouwing van zijn standpunt heeft hij naar voren gebracht -kort samengevat- dat alle geweldshandelingen van de raddraaiers, zowel de handelingen die plaatsvonden vóór de waarschuwingsschoten als die van daarna, een bijdrage hebben geleverd aan het uiteenjagen van de raadsvergadering als bedoeld in artikel 124 wetboek van strafrecht. De officier van justitie is van mening dat de verdachte actief deelnam aan het geweld en alleen al daardoor voorwaardelijk opzet heeft gehad op het uiteenjagen van de raadsvergadering.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw van verdachte heeft zich op het standpunt gesteld dat verdachte vrijgesproken dient te worden van het ten laste gelegde feit, nu de opzet van verdachte op het uiteenjagen van de raadsvergadering niet wettig en overtuigend kan worden bewezen, terwijl bovendien niet kan worden volgehouden dat de raadsvergadering ten gevolge van het geweld door verdachte is afgebroken. Immers, er was sprake van dermate grote fouten aan de kant van het gemeentebestuur dat deze raadsvergadering nooit enige kans van slagen heeft gehad.
Beoordeling door de rechtbank
Allereerst dient de vraag te worden beantwoord wat de wetgever heeft bedoeld met de delictomschrijving van artikel 124 Wetboek van Strafrecht (verder: Sr). Bij de beoordeling daarvan heeft de rechtbank de wetsgeschiedenis betrokken. Nu de wetsgeschiedenis van artikel 124 Sr grotendeels parallel loopt met die van artikel 121 Sr (dat betrekking heeft op de vergadering van de kamers van de Staten Generaal), heeft de rechtbank ook acht geslagen op die wetsgeschiedenis. Daarbij heeft de rechtbank het navolgende bevonden.
Beoogd is de vrijheid van door verkiezingen aangewezen personen en lichamen te beschermen. Dat een vergadering van de raad van een gemeente doorgang moet kunnen vinden, is van fundamenteel democratisch belang en daarom werd voor het beletten hiervan door geweld of bedreiging met geweld, naast de algemene artikelen 141, 179, 284 en 318 Sr, een specifieke strafbaarstelling noodzakelijk geacht. Per 1 februari 2006 [38] zijn enkele aanpassingen aangebracht in de bepalingen die zien op geweld tegen - onder meer - de gemeenteraden. Aan artikel 124 Sr is toen toegevoegd: “hij die door geweld of bedreiging met geweld een vergadering van (..) uiteenjaagt of tot het nemen of niet nemen van enig besluit dwingt”. Het ‘uiteenjagen van een vergadering’ houdt in dat ‘de vergadering zoals deze bijeen is in de onmogelijkheid wordt gesteld zijn werkzaamheden te verrichten en dus voor het ogenblik niets kan doen’. [39] De rechtbank constateert derhalve dat een enkele verstoring van een raadsvergadering niet noodzakelijkerwijs valt onder de delicts-omschrijving van artikel 124 Sr.
Ook moet de opzet van de dader gericht zijn op het uiteenjagen of dwingen van de vergadering, dan wel op het verwijderen van een lid of het verhinderen van een lid een vergadering bij te wonen of daarin vrij en onbelemmerd zijn plicht te vervullen. Welke motieven aan deze opzettelijke gedraging ten grondslag liggen, is voor strafbaarheid onder deze bepaling irrelevant.
De rechtbank is allereerst van oordeel dat weliswaar de bijeenkomst op 16 december 2015 bedoeld was als een inspraakavond, maar wel in de vorm van een bijzondere raadsvergadering. Er is daarom sprake van een gemeenteraadsvergadering als bedoeld in artikel 124 Sr.
Voorts is de rechtbank van oordeel dat uit de bewijsmiddelen geen andere conclusie kan worden getrokken dan dat op 16 december 2015 te Geldermalsen de raadsvergadering van de gemeente uiteen is gejaagd ten gevolge van het openlijk geweld rondom het gemeentehuis, zoals hiervoor beschreven. Immers, door het geweld en de dreiging met geweld door een groep personen die was opgedrongen tot voor het gemeentehuis was de situatie door de ME niet meer te controleren en was er een reële dreiging aanwezig dat de menigte door de linie van de ME zou breken en zich de toegang tot het gemeentehuis zou verschaffen. Hierdoor was de veiligheid van de personen in het gemeentehuis niet langer te garanderen en heeft de burgemeester de vergadering afgebroken. Hierdoor is het de gemeenteraad ook onmogelijk gemaakt om enig politiek besluit te nemen na de inspraakrondes.
De rechtbank merkt nog op dat invoelbaar is dat de inwoners van Geldermalsen en omstreken, waaronder verdachte, zich buitengesloten voelden door de beslissing van het gemeentebestuur om maximaal 210 genodigden tot het gemeentehuis toe te laten. Eveneens is niet onbegrijpelijk dat deze mensen boos waren over de wijze waarop de besluitvorming over de komst van een AZC was verlopen en dat zij hiertegen wilden demonstreren. Echter, op het moment dat dit gepaard ging met geweld en dreiging met geweld, werd de grens van het democratisch toelaatbare ernstig overschreden.
Zoals hiervoor beschreven, is het geweld dat op 16 december 2015 bij het gemeentehuis in Geldermalsen plaatsvond, met name vanaf 20:00 uur - het moment dat de raadsvergadering begon - in hoog tempo geëscaleerd. De rechtbank heeft verdachte reeds schuldig bevonden aan deze openlijke geweldpleging. Daarbij overweegt de rechtbank verder dat het geweld vanaf het moment dat besloten is om de assistentie van de ME in te roepen [40] zodanig ernstige vormen had aangenomen en zich zozeer richtte op de toegang tot het gemeentehuis, op de politiemensen die die toegang moesten beschermen en op het besluitvormingsproces van de gemeenteraad, dat de kans aanmerkelijk was geworden dat de raadsvergadering niet zou kunnen worden voortgezet.
Ten aanzien van het als feit 2 tenlastegelegde dient de rechtbank de vraag te beantwoorden of verdachte’s opzet ook was gericht op het afbreken van die vergadering, dan wel of verdachte bewust die aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat de raadsvergadering zou worden afgebroken ten gevolge van het geweld. De rechtbank weegt hierbij mee in hoeverre causaal verband bestaat tussen de individuele gedragingen van verdachte en de beëindiging van de raadsvergadering. Naar het oordeel van de rechtbank is een zodanig causaal verband ook aanwezig indien het gaat om geweld gericht tegen het gemeentehuis en/of geweld gericht tegen politiemensen. Laatstgenoemden waren immers ter plaatse als de beschermers van het gemeentehuis en de raadsvergadering.
Zoals hiervoor bij de beoordeling van feit 1 tot uitdrukking is gebracht, is de rechtbank van oordeel dat verdachte een significante en wezenlijke bijdrage heeft geleverd aan het openlijk geweld op de Kuipershof. Verdachte [verdachte] heeft onder meer met zwaar vuurwerk, zogenaamde Poolse nitraat, gegooid. De Poolse nitraat kwam terecht op het dak van het gemeentehuis waarvan politieambtenaren de toegang stonden te beveiligen. Verdachte [verdachte] had de Poolse nitraat op het plein bij de raadszaal gegooid met de bedoeling om de vergadering te verstoren. [41] Tevens heeft verdachte [verdachte] een lid van de ME bedreigd met een slagwapen, reeds nadat waarschuwingsschoten waren afgevuurd en het openlijk geweld al een dieptepunt had bereikt.
De rechtbank is van oordeel dat de geweldshandelingen van verdachte [verdachte] zijn aan te merken als geweld gericht tegen de raadsvergadering. Er was derhalve sprake van een causaal verband tussen de individuele gedragingen van verdachte [verdachte] en de uiteindelijke beëindiging van de raadsvergadering. Verdachte [verdachte] heeft daarmee naar het oordeel van de rechtbank de kans dat de raadsvergadering zou worden afgebroken, bewust aanvaard.
De rechtbank komt dan ook tot een bewezenverklaring van feit 2, zoals hierna vermeld.
IV. Ten aanzien van feit 3
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat het feit wettig en overtuigend kan worden bewezen.
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat [verdachte] de ten laste gelegde woorden niet heeft geuit. Hetgeen [verdachte] wel zou hebben gezegd, vormt geen bedreiging in de zin van artikel 285 van het Wetboek van Strafrecht. [verdachte] dient dan ook van het onder 3 ten laste gelegde feit te worden vrijgesproken, aldus de raadsvrouw.
Op grond van de verklaringen van verdachte [42] , in samenhang met de processen-verbaal van bevindingen opgemaakt door verbalisant [slachtoffer] [43] , heeft de rechtbank de overtuiging bekomen dat verdachte niet alleen dreigend met een slagwapen tegenover [slachtoffer] heeft gestaan, maar ook dat hij de ten laste gelegde bewoordingen heeft geuit. Deze bewoordingen, beschouwd in samenhang met het dreigend vasthouden van en slaande bewegingen makend met een slagwapen, kwalificeert de rechtbank als bedreigingen met enig misdrijf tegen het leven gericht. De rechtbank komt dan ook tot een bewezenverklaring als hierna vermeld.

3.Bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1, 2 en 3 tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
1.
hij op
of omstreeks16 december 2015 te Geldermalsen openlijk, te weten op of aan een of meer openbare wegen, gelegen
in/nabij
het centrum en/ofhet gemeentehuis van Geldermalsen,
in elk geval op of aan een openbare weg,in vereniging geweld heeft gepleegd tegen
een of meeraldaar aanwezige dienstdoende politieambtenaren en
/ofmedewerkers van de beveiliging en
/of
(politie-)voertuigen en
/ofhet gemeentehuis en
/ofhekwerk/dranghekken, welk geweld bestond uit het ter hand nemen van
een nitraatbom, althans dergelijk-zwaar- vuurwerk, en
/of(vervolgens) het -over het/de hekwerk/dranghekken- gooien van
die/dat
nitraatbom/vuurwerk tegen/op/in de richting van het gemeentehuis en/of het ter hand nemen/houden van een
slagvoorwerp (kabel/stok) en/of het met dat slagvoorwerp slaan tegen
en/of in de richting vaneen politieambtenaar ( [slachtoffer] ) en/of het -vanuit de groep- (beledigend/uitdagend) schreeuwen naar die politieambtena(a)r(en) en/of medewerker(s) en/of het kapotgooien van (delen van) stenen/stoeptegels/klinkers en/of het gooien van (delen van)
stenen/stoeptegels/klinkers en/of flessen en/of (volle) blikjes bier/drank en/of -zwaar- vuurwerk en/of (een) rookbom(men) tegen/naar/in de richting van die politieambtena(a)r(en) en/of medewerker(s) en/of die/dat (politie-)voertuig(en) en/of het gemeentehuis en/of het slaan, stompen, schoppen en/of (omver-)trekken/duwen van die politieambtena(a)r(en) en/of
medewerker(s) en/of het omvergooien van, het schoppen/duwen tegen en/of trekken aan dat/die hekwerk/dranghekken en/of het getalsmatig versterken van de groep van waaruit geweldshandelingen werden gepleegd en/of het -met de groep- opdringen in de richting van die politieambtena(a)r(en) en/of die medewerker(s) en/of het -vanuit de groep- luidkeels provoceren van en/of uitdagend/beledigend schreeuwen naar die politieambtena(a)r(en) en/of die medewerker(s);
2.
hij op
of omstreeks16 december 2015 te Geldermalsen, tezamen en in vereniging met
een ander ofanderen,
althans alleen,door geweld of bedreiging met geweld een vergadering van de raad van een gemeente, te weten een raadsvergadering van de gemeente Geldermalsen over de -mogelijke- komst van een asielzoekerscentrum, uiteen heeft gejaagd en
/oftot het
nemen ofniet
nemen van enig besluit heeft gedwongen
en/of een lid, de voorzitter of een wethouder uit die vergadering heeft verwijderd of opzettelijk heeft verhinderd die bij te wonen of daarin vrij en onbelemmerd zijn plicht te vervullen,hierin bestaande dat verdachte en/of verdachtes mededader
(s
)zich hebben/heeft verzameld voor
/bijhet gemeentehuis en/of vervolgens een of meer aldaar aanwezige dienstdoende politieambtenaren en/of medewerkers van de beveiliging
hebben/heeft vastgegrepen, geslagen en/of gestompt en/of een of meer voorwerpen in de richting van die politieambtenaren en/of medewerkers hebben/heeft gegooid en/of een betonblok, althans een dergelijk voorwerp, ter hand hebben/heeft genomen en/of (vervolgens) hebben/heeft getracht die/dat betonblok/voorwerp over dat/die hekwerk/dranghekken te gooien en/of (daarbij) luidkeels -provocerend- hebben/heeft geschreeuwd naar die politieambtenaren
en/of die medewerkers en/of (met een voorwerp) een spiegel van een ME-voertuig kapot hebben/heeft geslagen en/of (delen) van stenen/stoeptegels/klinkers en/of flessen en/of (volle) blikjes bier/drank en/of -zwaar- vuurwerk en/of (een) rookbom(men) tegen/naar/in de richting van die politieambtenaren en/of medewerkers hebben/heeft gegooid en/of die politieambtenaren/medewerkers hebben/heeft geslagen, gestompt, geschopt en/of (omver)getrokken/geduwd en/of een of meer hiervoor genoemde voorwerpen tegen het gemeentehuis en/of door een of meer ruiten van (de raadszaal van) het gemeentehuis hebben/heeft gegooid en/of hekwerk/dranghekken omver hebben/heeft gegooid/getrokken en/of
-luidkeels/uitdagend/beledigend- zijn/is opgedrongen in de richting van die politieambtenaren/medewerkers en/of (vervolgens) het voorterrein/beveiligd terrein van het gemeentehuis hebben/heeft betreden en/of de zogenaamde ME-linie hebben/heeft doorbroken en/of zijn/is opgedrongen in de richting van de ingang van het gemeentehuis;
3.
hij op
of omstreeks16 december 2015 te Geldermalsen [slachtoffer] (agent van politie) heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht,
althans met zware mishandeling,hierin bestaande dat verdachte opzettelijk dreigend een slagvoorwerp (kabel/stok) in de hand heeft genomen en
/ofgehouden en
/ofmet dat slagvoorwerp heeft gestaan voor die [slachtoffer]
en/of (daarmee) naar die [slachtoffer] heeft gewezenen/
of (daarbij)die [slachtoffer] dreigend de woorden heeft
toegevoegd: "Jou pak ik. Jou trek ik de kop van je romp af. Jou maak ik kapot. Trek je pak maar uit stoere vent, dan lossen wij het 1 op 1 wel op"
en/of "Luister, als jij mij slaat, sla ik terug. Ik heb niets gedaan, je moet opdonderen", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
Ten aanzien van feit 1:
Openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen of goederen.
Ten aanzien van feit 2:
Medeplegen van door geweld of bedreiging met geweld een vergadering van de raad van een gemeente uiteenjagen of tot het nemen of niet nemen van enig besluit dwingen.
Ten aanzien van feit 3:
Bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht.

5.De strafbaarheid van het feit

De feiten zijn strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.Overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geëist dat verdachte ter zake van het onder van het onder 1, 2 en 3 tenlastegelegde zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden, waarvan 4 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft verzocht om rekening te houden met de omstandigheid dat er binnen de bevolking van Geldermalsen een grote onvrede was. Daarbij heeft de verdediging verzocht om tevens mee te nemen dat verdachte al erg overstuur was door het overlijden van zijn dochtertje een paar dagen daarvoor. Verdachte heeft een baan, maar ook schulden die betaald moeten worden. Om die reden zou een werkstraf prevaleren boven een gevangenisstraf, aldus de raadsvrouw.
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft allereerst rekening gehouden met de ernst en omvang van het geweld dat tegen de aanwezige politiemensen en beveiligers is gebruikt. Gelet op de persoonlijke ervaringen van de betrokken politiemensen, zoals die zijn gerelateerd in het procesdossier, was de situatie op 16 december 2015 voor hen zeer gewelddadig, beangstigend en intimiderend. Door een grote woedende mensenmassa van naar schatting meer dan 1.000 personen, waaronder verdachte, zijn de nog geen 70 medewerkers van de basispolitiezorg, mobiele eenheid en arrestatie-eenheid ernstig in het nauw gedreven. Sommigen van hen hebben ongeveer 45 minuten - zonder beschermende kleding - stand moeten houden tegen de aanzwellende menigte die hen belaagde. De aanwezige politiemensen hadden tot taak de orde te handhaven en het gemeentehuis en de aldaar aanwezige personen te beschermen. Bij de uitoefening van hun taken zijn zij geslagen en geschopt. Er zijn hekken omver geworpen en er is met zwaar vuurwerk, glaswerk en straatstenen naar hen gegooid. Zij zijn bedreigd en beledigd en werden zelf gehoond omdat ze dit werk voor weinig geld zouden doen. In het bijzonder door het rondom hen ontploffende vuurwerk en de naar hen gegooide straatstenen hebben de politiemensen persoonlijk angst gevoeld. Een enkeling vermeldt zelfs bang te zijn geweest hun kinderen niet meer te kunnen zien. De rechtbank is zich ervan bewust dat dergelijke beangstigende ervaringen ook bij professionele politiemensen sporen nalaat en hun functioneren in de toekomst voor langere tijd kan beïnvloeden. Zoals ook door verschillende politiemensen is verklaard, acht de rechtbank het een wonder dat er geen zwaargewonden zijn gevallen. Enkele politiemensen ervaren ten gevolge van de gebeurtenissen slapeloosheid, concentratieverlies, pijn en druk op de oren. Bij één politieambtenaar is door een arts zelfs gehoorschade vastgesteld.
De rechtbank heeft op grond van het procesdossier en het onderzoek ter terechtzitting geen enkele aanleiding om aan te nemen dat de politiemensen buitenproportioneel geweld hebben gebruikt, dan wel zelf aanleiding hebben gegeven tot het geweld dat tegen hen was gericht.
De rechtbank kan zich niet aan de indruk onttrekken dat een relatief kleine groep politiemensen zwaar in de verdrukking is geraakt tussen enerzijds de wens van het gemeentebestuur om snel tot besluitvorming te komen en anderzijds de losgeslagen volkswoede die dat gemeentebestuur daarmee heeft opgeroepen. Het waren immers de politieagenten die de taak hadden om de openbare orde te handhaven en de bescherming te bieden nadat was besloten om op deze wijze een inspraakavond over een op dat moment reeds omstreden voorgenomen besluit te organiseren. De boosheid van de demonstranten dat ze geen toegang hadden tot de extra ingelaste raadsvergadering en zich daardoor van de besluitvorming buitengesloten voelden, acht de rechtbank op zichzelf niet onbegrijpelijk.
Maar door het explosieve geweld is een duidelijke grens in ernstige mate overschreden.
De ME die de politiemensen voor het gemeentehuis te hulp is geschoten, heeft zich, als gevolg van het vele geweld jegens hen bestaande uit onder meer het gooien van vuurwerk, stenen, flessen en blikken bier en betonblokken aanvankelijk moeten terugtrekken. Als gevolg daarvan is de raadsvergadering afgebroken, waarna de raadsleden, de burgemeester en overige aanwezigen zijn geëvacueerd. Daardoor is het democratisch proces verstoord. Dit raakt de Nederlandse samenleving diep in de fundamenten van onze rechtsstaat.
De rechtbank heeft daarnaast bij de bepaling van de op te leggen straf gelet op de specifieke rol van verdachte en de aard en ernst van hetgeen bewezen is verklaard, alsmede de omstandigheden waaronder dit is begaan. Ook is gelet op de persoon en de omstandigheden van de verdachte zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, waarbij onder meer is gelet op het uittreksel uit het algemeen documentatieregister, gedateerd 2 mei 2016.
Verdachte heeft naar het oordeel van de rechtbank op grove wijze openlijk geweld gepleegd. Daarbij heeft verdachte zwaar vuurwerk gegooid, waaronder een Poolse nitraat. Ook heeft hij een slagwapen in zijn handen gehad waarmee hij een verbalisant heeft belaagd en hij heeft zich verbaal agressief jegens de politie opgesteld. Verdachte heeft een verbalisant bedreigd, die gewoon zijn werk deed. Verder heeft verdachte zich samen met anderen schuldig gemaakt aan het uiteenjagen van de gemeenteraad, hetgeen de rechtbank als een schending van de democratische rechtsstaat beschouwt. Daarnaast neemt de rechtbank in aanmerking dat verdachte justitiële documentatie heeft, waaronder geweldsdelicten. Anderzijds neemt de rechtbank als strafverzachtende omstandigheden in aanmerking dat bij verdachte vanwege zeer recentelijke moeilijke en droevige persoonlijke omstandigheden de emoties extra hoog zullen zijn opgelopen.
Gelet op het vorenoverwogene ziet de rechtbank aanleiding om van de strafeis van de officier van justitie af te wijken en een deels onvoorwaardelijke vrijheidsstraf, van na te melden duur, op te leggen.
7a. De beoordeling van de vorderingen na voorwaardelijke veroordeling
Met betrekking tot parketnummer 05/103188-14:
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering na voorwaardelijke veroordeling dient te worden toegewezen.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft verzocht om de proeftijd van de vordering na voorwaardelijke veroordeling met één jaar te verlengen.
Beoordeling door de rechtbank
Nu is bewezen dat verdachte zich binnen de proeftijd opnieuw heeft schuldig gemaakt aan een strafbaar feit, dient de bij vonnis van de politierechter te Arnhem van 23 februari 2015 (parketnummer 05/103188-14) voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf ten uitvoer gelegd te worden.
Met betrekking tot parketnummer 05/114876-13:
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering na voorwaardelijke veroordeling dient te worden toegewezen.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft verzocht om de vordering na voorwaardelijke veroordeling af te wijzen.
Beoordeling door de rechtbank
Nu is bewezen dat verdachte zich binnen de proeftijd opnieuw heeft schuldig gemaakt aan een strafbaar feit, dient de bij vonnis van de politierechter te Arnhem van 9 oktober 2013 (parketnummer 05/114876-13) voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf, waarvan de proeftijd bij vonnis van de politierechter te Arnhem van 23 februari 2015 met één jaar is verlengd, ten uitvoer gelegd te worden.
7b. De beoordeling van de civiele vordering(en), alsmede de gevorderde oplegging van de schadevergoedingsmaatregel
De benadeelde partij [slachtoffer] heeft zich in het strafproces gevoegd ter verkrijging van schadevergoeding ter zake van het onder feit 3 bewezenverklaarde. Gevorderd wordt een bedrag aan immateriële schade van € 450,00 te vermeerderen met de wettelijke rente.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft verzocht de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer] tot betaling van het bedrag van € 450,00 toe te wijzen, waarbij tevens de schadevergoedingsmaatregel ex artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht wordt opgelegd tot dit bedrag, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 9 dagen hechtenis.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering van de benadeelde partij dient te worden afgewezen, nu niet kan worden vastgesteld dat de angstige momenten die benadeelde partij heeft ervaren, enkel verdachte kunnen worden aangerekend.
Beoordeling door de rechtbank
Naar het oordeel van de rechtbank is, op grond van de gebezigde bewijsmiddelen en hetgeen verder ter terechtzitting met betrekking tot de vordering is gebleken, komen vast te staan dat de benadeelde partij als gevolg van het onder feit 3 bewezen verklaarde handelen tot het gevorderde bedrag van € 450,00 schade heeft geleden, waarvoor verdachte naar burgerlijk recht aansprakelijk is. De vordering is voor toewijzing vatbaar, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 16 december 2015.
Gelet op het vorenstaande ziet de rechtbank aanleiding om aan verdachte op basis van het bepaalde in artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht de verplichting op te leggen tot betaling aan de Staat van het toe te wijzen bedrag ten behoeve van genoemde benadeelde partij.

8.De toegepaste wettelijke bepalingen

De beslissing is gegrond op de artikelen 10, 14a, 14b, 14c, 14g, 24c, 36f, 55, 124, 141 en 285 van het Wetboek van Strafrecht.

9.De beslissing

De rechtbank:
 verklaart bewezen dat verdachte de tenlastegelegde feiten, zoals vermeld onder punt 3, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert de strafbare feiten zoals vermeld onder punt 4;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 veroordeelt verdachte wegens het bewezenverklaarde tot:
een
gevangenisstrafvoor de duur van
6 (zes) maanden;
 bepaalt, dat een gedeelte van de gevangenisstraf groot
3 (drie) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten op grond dat veroordeelde zich vóór het einde van een
proeftijd van 2 jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Voorts ten aanzien van feit 3:
De beslissing op de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer] .
 veroordeelt verdachte ten aanzien van feit 3 tot betaling van
schadevergoedingaan de
benadeelde partij [slachtoffer], van een bedrag van
€ 450,00 (vierhonderdvijftig euro),vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 16 december 2015 tot aan de dag der algehele voldoening en met betaling van de kosten van het geding en de tenuitvoerlegging door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
 legt aan veroordeelde de
verplichtingop
om aan de Staat, ten behoeve van de
benadeelde partij [slachtoffer], een bedrag
te betalen van € 450,00 (vierhonderdvijftig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 16 december 2015 tot aan de dag der algehele voldoening, met bepaling dat bij gebreke van betaling en verhaal van de hoofdsom 9 dagen hechtenis zal kunnen worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
 bepaalt dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
De beslissing op de vorderingen na voorwaardelijke veroordeling
Met betrekking tot parketnummer 05/103188-14:
gelast de tenuitvoerleggingvan de straf, voor zover voorwaardelijk opgelegd bij vonnis van politierechter te Arnhem van 23 februari 2015, te weten: een gevangenisstraf voor de duur van 2 (twee) weken;
Met betrekking tot parketnummer 05/114876-13:
gelast de tenuitvoerleggingvan de straf, voor zover voorwaardelijk opgelegd bij vonnis van politierechter te Arnhem van 9 oktober 2013, waarvan op 23 februari 2015 de proeftijd met één jaar is verlengd, te weten: een gevangenisstraf voor de duur van 2 (twee) weken.
Dit vonnis is gewezen door mr. P.C. Quak (voorzitter), mr. J. Barrau en mr. S. Kropman, rechters, in tegenwoordigheid van mr. M.S. Verhagen en mr. J.M.B. Moll van Charante, griffiers,
en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 13 juni 2016.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door verbalisanten van de politie Oost Nederland, Team Grootschalige Optreden, opgemaakte proces-verbaal, TGO België, gesloten op 24 maart 2016 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.
2.Het proces-verbaal van aangifte van [naam 1] , d.d. 22 december 2015, p. 1000.
3.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 21 december 2015, p. 1003.
4.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 21 december 2015, p. 1003.
5.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 21 december 2015, p. 1003.
6.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 21 december 2015, p. 1004.
7.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 21 december 2015, p. 1004.
8.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 21 december 2015, p. 1005.
9.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 21 december 2015, p. 1005.
10.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 21 december 2015, p. 1005 en p. 1006.
11.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 19 december 2015, p. 1015 en p. 1016.
12.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 21 december 2015, p. 1005.
13.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 19 december 2015, p. 1016.
14.Het proces-verbaal van bevindingen d.d. 21 december 2015, p. 1006.
15.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 21 december 2015, p. 1006 en het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 19 december 2015, p. 1016.
16.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 17 december 2015, p. 1023.
17.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 17 december 2015, p. 1014.
18.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 19 december 2015, p. 1017.
19.Een schriftelijk bescheid inhoudende “journaal 16 december 2015”, p. 1009 en 1010.
20.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 19 december 2015, p. 1017.
21.Proces-verbaal van aangifte vernieling dienstvoertuig d.d. 9-3-2016, pag. 1260
22.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 19 december 2015, p. 1017 en het proces-verbaal van bevindingen d.d. 21 december 2015, p. 1092-1093.
23.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 17 december 2015, p. 1025 en het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 17 december 2015, p. 1036 en p. 1037 en het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 21 december 2015, p. 1095.
24.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 20 maart 2016, p. 1093 en p. 1094 en het proces-verbaal van bevindingen d.d. 17 december 2015, p. 1025.
25.Het proces-verbaal van verhoor aangever [naam 2] , d.d. 17 december 2015, p. 1108 alsmede het proces-verbaal van aangifte van [naam 3] , d.d. 26 december 2015, p. 1322.
26.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 21 december 2015, p. 1007.
27.Het proces-verbaal van verhoor getuige [getuige] , p. 1124, het proces-verbaal aangifte door burgemeester [naam 1] p. 1127 en het proces-verbaal uitwerken meldkamer geluidsfragmenten
28.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 21 december 2015, p. 1008.
29.Het proces-verbaal van bevindingen portofooncommunicatie p. 1058.
30.het proces-verbaal van aangifte [naam 2] , p. 1106.
31.De verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 30 mei 2016.
32.De verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 30 mei 2016.
33.Het proces-verbaal van verhoor van verdachte [verdachte] , d.d. 16 december 2015, p. 2231, zesde alinea.
34.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 23 december 2015, p. 1429, tweede alinea.
35.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 18 januari 2016, p. 1433 en 1434.
36.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 19 januari 2016, p. 1435, vierde alinea.
37.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 31 december 2015, p. 1442, derde en vierde alinea.
38.Memorie van Toelichting, vergaderjaar 2001-2002, kamerstuk 28484, nr. 3, p. 28-31.
39.Nota naar aanleiding van het verslag, vergaderjaar 2002-2003, kamerstuk 28484 nr. 7, p. 39 van 47.
40.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 19 december 2015, p. 1016, zesde alinea.
41.verklaring verdachte ter terechtzitting d.d. 30 mei 2016
42.De verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 30 mei 2016, alsmede het proces-verbaal van verhoor van verdachte [verdachte] , d.d. 16 december 2015, p. 2231, zesde alinea.
43.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 23 december 2015, p. 1429, tweede alinea, alsmede het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 18 januari 2016, p. 1433 en 1434.