Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.De procedure
- het tussenvonnis van 14 oktober 2015 en de daarin genoemde processtukken;
- het proces-verbaal van comparitie van 15 februari 2016.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
5.De beslissing
13 april 2016voor het opgeven door [eiser] van de getuigen en van hun respectieve verhinderdagen, alsmede de verhinderdagen van de partijen en hun advocaten op de maandagen en dinsdagen in de maanden mei tot en met augustus 2016, waarna dag en uur van het getuigenverhoor zullen worden bepaald,
maar alleen indien [eiser] daarom op de onder 5.3. bedoelde roldatum heeft verzocht,naar de zesde rolzitting na de dag waarop dit vonnis is uitgesproken voor het nemen van een conclusie na niet gehouden getuigenverhoor aan de zijde van [eiser] , waarbij deze desgewenst ook het bewijs schriftelijk kan leveren,