Uitspraak
Stichting Alliantie Voortgezet Onderwijs voor Nijmegen en het land van Maas en Waal
Rechtbank Gelderland
In deze zaak gaat het om een werknemer, een leraar, die in oktober 2013 uitvalt wegens ziekte. De werknemer en de werkgever, Stichting Alliantie Voortgezet Onderwijs voor Nijmegen en het land van Maas en Waal, komen op 23 september 2014 overeen om een vervroegde WIA-uitkering aan te vragen. Het UWV kent op 21 november 2014 een IVA-uitkering toe met ingang van 14 januari 2015. De cao voor het voortgezet onderwijs is van toepassing op de arbeidsovereenkomst van de werknemer. In artikel 10.a.5 lid 5 van deze cao is bepaald dat een opzegging kan plaatsvinden op grond van blijvende ongeschiktheid door ziekte, met inachtneming van de Ziekte- en Arbeidsongeschiktheidsregeling VO (ZAVO).
Op 11 december 2014 informeert de werkgever de werknemer dat zijn aanstelling op 1 november 2015 van rechtswege stopt, na twee jaar ziekte. De kantonrechter kwalificeert deze mededeling als een opzegging. De rechter stelt vast dat de werkgever geen toestemming van het UWV nodig had voor de opzegging, omdat dit onder het oude recht valt. De werknemer verzoekt de kantonrechter om betaling van een transitievergoeding, maar de rechter oordeelt dat de werknemer geen recht heeft op deze vergoeding, omdat de opzegging onder het oude recht valt en de afspraken over beëindiging van het dienstverband met wederzijds goedvinden zijn gemaakt. De kantonrechter wijst het verzoek van de werknemer af en veroordeelt hem in de proceskosten.