ECLI:NL:RBGEL:2016:1951

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
6 april 2016
Publicatiedatum
7 april 2016
Zaaknummer
05/720201-15, 05/176070-15, 05/ 840646-15, 05/253213-14, 05/100026-15, 05/154401-15, 05/168842-15, 05/089779-15, 05/094113-15, 05/093742-15, 05/106587-15, 05/089426-15, 05/100734-15 en 05/113688-15
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Poging doodslag en meerdere gewelds- en vermogensdelicten met vrijspraak voor huisvredebreuk en ontslag van rechtsvervolging

In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 6 april 2016 uitspraak gedaan in een complexe strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van meerdere misdrijven, waaronder poging doodslag, mishandeling, bedreiging en diefstal. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op verschillende data in 2015 en 2014 diverse strafbare feiten heeft gepleegd, waaronder het mishandelen van slachtoffers, het bedreigen van een verpleegkundige en het plegen van winkeldiefstallen. De rechtbank heeft echter ook geconcludeerd dat de verdachte volledig ontoerekeningsvatbaar was ten tijde van de feiten, als gevolg van een ernstige psychiatrische stoornis, namelijk schizofrenie. Dit werd ondersteund door rapportages van deskundigen die de psychische toestand van de verdachte hebben beoordeeld. De rechtbank heeft daarom besloten om de verdachte te ontslaan van alle rechtsvervolging en hem te plaatsen in een psychiatrisch ziekenhuis voor de duur van één jaar, om de veiligheid van de samenleving te waarborgen. Daarnaast zijn er schadevergoedingen toegewezen aan de benadeelde partijen die schade hebben geleden door de daden van de verdachte. De rechtbank heeft de vorderingen van de benadeelde partijen toegewezen, waarbij de verdachte aansprakelijk werd gesteld voor de geleden schade.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Arnhem
Parketnummer : 05/720201-15, 05/176070-15, 05/ 840646-15, 05/253213-14, 05/100026-15, 05/154401-15, 05/168842-15, 05/089779-15, 05/094113-15, 05/093742-15, 05/106587-15, 05/089426-15, 05/100734-15 en 05/113688-15
Datum uitspraak : 6 april 2016
Tegenspraak
verkort vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie bij het arrondissementsparket Oost-Nederland
tegen
[verdachte]
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] , wonende te [adres 1]
thans gedetineerd te Zwolle PPC te Zwolle
Raadsvrouw: mr. J. Steenbrink, advocaat te Arnhem.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van 28 september 2015, 16 december 2015, 13 januari 2016 en 23 maart 2016.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte wordt tenlastegelegd dat:
05/720201-15
hij op of omstreeks 28 augustus 2015, in de gemeente Tiel, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om een persoon,
genaamd [slachtoffer 1] (in/tijdens zijn functie van/als verpleegkundige bij Pro Persona) opzettelijk van het leven te beroven, die [slachtoffer 1] bij de keel heeft (vast) gepakt en/of (vervolgens) de keel van
die [slachtoffer 1] (met (veel) kracht) heeft dichtgedrukt/dichtgeknepen (gehouden)
en/of (vervolgens) (daarbij) die [slachtoffer 1] (met (veel) kracht) bij diens keel
(via de muur) omhoog heeft geduwd, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
althans, indien het vorenstaande onder 1 niet tot een veroordeling leidt:
hij op of omstreeks 28 augustus 2015, in de gemeente Tiel, een persoon, genaamd [slachtoffer 1] (in/tijdens zijn functie van/als
verpleegkundige bij Pro Persona) heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het
leven gericht, althans met zware mishandeling, immers heeft verdachte opzettelijk dreigend voornoemde [slachtoffer 1] bij de keel
(vast) gepakt en/of (vervolgens) (met (veel) kracht) de keel van die [slachtoffer 1]
dichtgedrukt/dichtgeknepen (gehouden) en/of (vervolgens) (daarbij) die
[slachtoffer 1] (met (veel) kracht) bij diens keel (via de muur) omhoog geduwd, althans feitelijkhe(i)d(en) van gelijke dreigende aard of strekking;
05/176070-15
hij op of omstreeks 31 mei 2015, te Arnhem, [slachtoffer 2] heeft bedreigd
met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling,
immers heeft verdachte opzettelijk voornoemde [slachtoffer 2] dreigend de
woorden toegevoegd :"If I come to this shop again and you speak to me like
this, I will break all your bones", althans woorden van gelijke dreigende aard
of strekking;
05/840646-15
1.
hij op of omstreeks 17 juni 2015 te Arnhem
[slachtoffer 3] heeft mishandeld door (met kracht) in/tegen het gezicht van deze [slachtoffer 3]
te stompen en/of slaan;
2.
hij op of omstreeks 15 juni 2015 te Arnhem met het oogmerk van
wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen één of meerdere fles(sen) wijn,
in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan de [naam 9] , in elk
geval aan een ander of anderen dan aan verdachte;
05/265213-14
1.
hij op of omstreeks 25 november 2014 te Arnhem met het oogmerk van
wederrechtelijke toe-eigening in/uit een winkel ( [naam 5] , gevestigd aan het
[plaats 1] ) heeft weggenomen een (blikje) mandarijnen, in elk geval enig
goed, geheel of ten dele toebehorende aan de [naam 5] , in elk geval aan een ander
of anderen dan aan verdachte;
2.
hij op of omstreeks 25 november 2014 in de gemeente Arnhem een of meer wapens
van categorie III, onder 3, te weten 3, althans een of meer werpmessen,
voorhanden heeft gehad en/of heeft vervoerd;
De in deze telastelegging gebruikte termen en uitdrukkingen worden, voor zover
daaraan in de Wet wapens en munitie betekenis is gegeven, geacht in dezelfde
betekenis te zijn gebezigd.
05/100026-15
hij op of omstreeks 22 mei 2015 in de gemeente Arnhem, in een besloten lokaal gelegen op of aan het [plaats 1] ( [nummer 1] ) en in gebruik bij [naam 5] Supermarkt, althans bij een ander of anderen dan bij verdachte wederrechtelijk is binnengedrongen immers was hem, verdachte, met ingang van 25 november 2014 schriftelijk de toegang tot die [naam 5] Supermarkt ontzegd voor de duur van 12 maanden;
05/154401-15
hij op of omstreeks 30 juli 2015 te Arnhem, in elk geval in Nederland, in een besloten lokaal/pand, gelegen aan of bij het adres [adres 2] en in gebruik bij [naam 1] , althans bij een ander of anderen dan bij verdachte wederrechtelijk is binnengedrongen, welke wederrechtelijkheid hieruit bestond dat aan hem, verdachte, op 9 oktober 2014 (schriftelijk) de toegang tot voornoemd lokaal voor de periode van één jaar is ontzegd;
05/168842-15
1.
hij op of omstreeks 19 augustus 2015 te Nijmegen, [slachtoffer 4] (meermalen) heeft mishandeld door die [slachtoffer 4] een of meerdere keren een klap tegen zijn gezicht/hoofd te geven en/of een of meerdere keren tegen het been van die [slachtoffer 4] te trappen;
2.
hij op omstreeks 19 augustus 2015 te Nijmegen, [slachtoffer 4] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling, immers heeft verdachte opzettelijk voornoemde [slachtoffer 4] (meermalen) dreigen de woorden toegevoegd: “I’ll will remember your face, I will be out in no time and than I will come back with a knife and cut you in peaces” en/of “I will find you when I come back. When we are in a cave I will cut you in slices”, althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking en/of (hierbij) opzettelijk dreigend met zijn, verdachtes, hand een snijdende beweging voor/langs zijn, verdachtes, keel te maken;
05/089779-15
hij op of omstreeks 9 mei 2015 te Arnhem, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een winkel, gelegen aan de [plaats 2] ( [nummer 2] ) heeft weggenomen twee, althans een aantal flesjes sap, althans winkelgoederen (ter waarde van in totaal 3,50), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam 4] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte;
05/094113-15
hij op of omstreeks 15 mei 2015 in de gemeente Arnhem wederrechtelijk is binnengedrongen en/of heeft vertoefd en zich niet aanstonds op vordering van of vanwege de rechthebbende heeft verwijderd, in een besloten lokaal gelegen aan de [plaats 2] [nummer 2] en in gebruik bij [naam 4] supermarkt, althans bij een of anderen dan bij verdachte, welke wederrechtelijkheid hieruit bestond dat hem, verdachte, op 9 mei (schriftelijk) de toegang tot voornoemd lokaal voor één jaar is ontzegd;
05/093742-15
1.
hij op of omstreeks 14 mei 2015 te Arnhem in een besloten lokaal gelegen op of aan de [plaats 2] en in gebruik bij de [naam 4] supermarkt, althans bij een ander of anderen dan bij verdachte wederrechtelijk is binnengedrongen immers was hem, verdachte, met ingang van 9 mei 2015 schriftelijk de toegang tot die winkel ontzegd voor de duur van 12 maanden;
2.
hij op of omstreeks 14 mei 2015 te Arnhem met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen twee fruit smooties, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan de [naam 4] , op of aan de [plaats 2] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte;
05/106587-15
hij op of omstreeks 1 juni 2015 te Arnhem in een besloten lokaal gelegen aan de Velperbuitensingel en in gebruik bij de [naam 2] althans bij een ander of anderen dan bij verdachte, wederrechtelijk is binnengedrongen, immers was hem, verdachte, met ingang van 24 augustus 2014 schriftelijk de toegang tot die [naam 2] ontzegd voor de duur van één jaar.
05/089426-15
hij op of omstreeks 8 mei 2015 in de gemeente Arnhem [slachtoffer 5] heeft mishandeld door hem (met kracht) te stompen/slaan in/op/tegen het gezicht.
05/100734-15
hij op of omstreeks 24 mei 2015 te Arnhem in een besloten lokaal gelegen op of aan de [plaats 3] en in gebruik bij de [naam 3] , althans bij een ander of anderen dan bij verdachte wederrechtelijk is binnengedrongen immers was hem, verdachte, met ingang van 9 mei 2015 schriftelijk de toegang tot die winkel ontzegd voor de duur van 12 maanden.
05/113688-15
hij op of omstreeks 10 juni 2015 te Arnhem opzettelijk en wederrechtelijk (de ruit(en) van) een abri, op of aan het Velperplein, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 6] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, heeft vernield en/of beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt.

2.Overwegingen ten aanzien van het bewijs

Huisvredebreuk bij [naam 1] (05/154401-15)
De rechtbank is van oordeel dat verdachte dient te worden vrijgesproken van huisvredebreuk bij [naam 1] , nu het gebouw een voor de openbare dienst bestemd lokaal is. Uit de afzonderlijke regeling die in artikel 139 Sr is gegeven voor een voor de openbare dienst bestemd lokaal, volgt dat op een zodanig lokaal artikel 138 Sr niet van toepassing is.
Huisvredebreuk bij supermarkten en [naam 3]
De rechtbank overweegt ten aanzien van de huisvredebreuk bij de [naam 5] supermarkt op 22 mei 2015 dat op grond van de stukken in het dossier niet kan worden vastgesteld dat de winkelontzegging die terug te vinden is op pagina 12 van het dossier ook daadwerkelijk aan verdachte is uitgereikt. Verdachte heeft zelf geen verklaring afgelegd over dit feit. Omdat niet kan worden vastgesteld dat verdachte wist dat hij niet opnieuw in de [naam 5] mocht komen wordt verdachte vrijgesproken van dit feit. (zaak met parketnummer 05/100026-15)
Voorts dient verdachte van de verdenkingen van huisvredebreuk bij de [naam 4] op 14 en 15 mei 2015, de [naam 3] op 24 mei 2015 en de [naam 2] op 1 juni 2015 eveneens te worden vrijgesproken. Hoewel uit de stukken blijkt dat de verschillende ontzeggingen aan verdachte zijn uitgereikt, blijkt ook dat bij verdachte sprake is van ernstige psychiatrische problematiek in combinatie met cannabisgebruik in de tenlastegelegde periodes. Ook de politie beschrijft de toestand van verdachte in verschillende processen-verbaal als warrig en dat niet (goed) met hem te communiceren is omdat hij in zijn eigen wereld leeft.
Gelet hierop is het niet aannemelijk dat verdachte zich gerealiseerd heeft dat hij niet meer in de [naam 4] , [naam 2] en [naam 3] mocht komen en hij deze ontzeggingen overtrad op het moment dat hij daar binnenging. Dit maakt dat telkens niet wettig en overtuigend bewezen is dat verdachte opzet had op huisvredebreuk. (zaken met parketnummers 05/094113-15,
05/093742-15 feit 1, 05/106587-15 en 05/100734-15)
Beschadiging abri
Nu niet aannemelijk is geworden dat het verdachte ten tijde van zijn handelen aan ieder inzicht in de draagwijdte van zijn gedragingen en de mogelijke gevolgen zou hebben ontbroken, kan worden bewezen dat verdachte door het maken van tekeningen op de abri opzettelijk de abri heeft beschadigd.
(zaak met parketnummer 05/113688-15)

3.Bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is, op grond van de bewijsmiddelen die zullen worden uitgewerkt als er appel wordt ingesteld, wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde onder 05/720201-15 primair, 05/176070-15, 05/840646-15 feiten 1 en 2, 05/265213-14 feiten 1 en 2, 05/168842-15 feiten 1 en 2, 05/089779-15, 05/093742-15 feit 2, 05/089426-15 en 05/113688-15 heeft begaan, te weten dat:
05/720201-15
primair
hij op
of omstreeks28 augustus 2015, in de gemeente Tiel, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om een persoon, genaamd [slachtoffer 1] (
in/tijdens zijn functie
van/als verpleegkundige bij Pro Persona) opzettelijk van het leven te beroven, die [slachtoffer 1] bij de keel heeft (vast) gepakt en
/of(vervolgens) de keel van die [slachtoffer 1] (met (veel) kracht) heeft dichtgedrukt/dichtgeknepen
(gehouden
)en
/of(vervolgens) (daarbij) die [slachtoffer 1] (met (veel) kracht) bij diens keel (via de muur) omhoog heeft geduwd, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
05/176070-15
hij op
of omstreeks31 mei 2015, te Arnhem, [slachtoffer 2] heeft bedreigd
met enig misdrijf tegen het leven gericht, althansmet zware mishandeling,
immers heeft verdachte opzettelijk voornoemde [slachtoffer 2] dreigend de
woorden toegevoegd: "If I come to this shop again and you speak to me like
this, I will break all your bones",
althans woorden van gelijke dreigende aard
of strekking;
05/840646-15
1.
hij op
of omstreeks17 juni 2015 te Arnhem [slachtoffer 3] heeft mishandeld door (met kracht) in
/tegenhet gezicht van deze [slachtoffer 3] te
stompen en/ofslaan;
2.
hij op
of omstreeks15 juni 2015 te Arnhem met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen
één of meerderefles
(sen
)wijn,
in elk geval enig goed, geheel of ten deletoebehorende aan de [naam 9] ,
in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte;
05/265213-14
1.
hij op
of omstreeks25 november 2014 te Arnhem met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening
in/uit een winkel ( [naam 5] , gevestigd aan het [plaats 1] ) heeft weggenomen een (blikje) mandarijnen,
in elk geval enig goed, geheel of ten deletoebehorende aan de [naam 5]
, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte;
2.
hij op
of omstreeks25 november 2014 in de gemeente Arnhem
een of meerwapens van categorie III, onder 3, te weten 3
, althans een of meerwerpmessen, voorhanden heeft gehad en
/ofheeft vervoerd;
De in deze telastelegging gebruikte termen en uitdrukkingen worden, voorzover
daaraan in de Wet wapens en munitie betekenis is gegeven, geacht in dezelfde
betekenis te zijn gebezigd.
05/168842-15
1.
hij op
of omstreeks19 augustus 2015 te Nijmegen, [slachtoffer 4]
(meermalen)heeft mishandeld door die [slachtoffer 4]
een ofmeerdere keren een klap tegen zijn gezicht
/hoofdte geven
en/of een of meerdere keren tegen het been van die [slachtoffer 4] te trappen;
2.
hij op
omstreeks19 augustus 2015 te Nijmegen, [slachtoffer 4] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht,
althans met zware mishandeling,immers heeft verdachte opzettelijk voornoemde [slachtoffer 4] (meermalen) dreigend de woorden toegevoegd: “I’ll will remember your face, I will be out in no time and than I will come back with a knife and cut you in peaces” en/of “I will find you when I come back. When we are in a cave I will cut you in slices”,
althans woorden van gelijke dreigende aard of strekkingen
/of(hierbij) opzettelijk dreigend met zijn, verdachtes, hand een snijdende beweging voor/langs zijn, verdachtes, keel te maken;
05/089779-15
1.
hij op
of omstreeks9 mei 2015 te Arnhem, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in
/uiteen winkel, gelegen aan de [plaats 2] ( [nummer 2] ) heeft weggenomen twee,
althans een aantalflesjes sap,
althans winkelgoederen(ter waarde van in totaal 3,50)
, in elk geval enig goed, geheel of ten deletoebehorende aan [naam 4] ,
in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte;
05/093742-15
2.
hij op
of omstreeks14 mei 2015 te Arnhem met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen twee fruit smoothies,
in elk geval enig goed, geheel of ten deletoebehorende aan de [naam 4] ,
op ofaan de [plaats 2] ,
in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte;
05/089426-15
hij op
of omstreeks8 mei 2015 in de gemeente Arnhem [slachtoffer 5] heeft mishandeld door hem (met kracht) te
stompen/slaan in
/op/tegenhet gezicht.
05/113688-15
hij op
of omstreeks10 juni 2015 te Arnhem opzettelijk en wederrechtelijk (de ruit(en) van) een abri, op of aan het Velperplein,
in elk geval enig goed, geheel of ten deletoebehorende aan [slachtoffer 6] ,
in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte,heeft
vernield en/ofbeschadigd
en/of onbruikbaar gemaakt.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.
De beslissing dat verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan, is gegrond op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat. Voor zover meer feiten bewezen zijn verklaard, worden de bewijsmiddelen alleen gebruikt voor het feit of de feiten waarop deze betrekking hebben.
De bewijsmiddelen zullen worden uitgewerkt in die gevallen waarin de wet aanvulling van het vonnis vereist en zullen dan in een aan dit vonnis te hechten bijlage worden opgenomen.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
05/720201-15, primair:
poging doodslag
05/176070-15
bedreiging met zware mishandeling
05/840646-15
Feit 1:
mishandeling
Feit 2:
diefstal
05/253213-14
Feit 1:
diefstal
Feit 2:
handelen in strijd met artikel 26 lid 1 van de Wet wapens en munitie
05/168842-15
Feit 1:
mishandeling
Feit 2:
bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht
05/089779-15 feit 1 en 05/093742-15 feit 2, telkens
diefstal
05/089426-15
mishandeling
05/113688-15
opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, beschadigen.

5.De strafbaarheid van de feiten

De feiten zijn strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

De officier van justitie en de verdediging hebben zich op het standpunt gesteld dat verdachte ten aanzien van alle feiten volledig ontoerekeningsvatbaar dient te worden geacht en dat verdachte derhalve ontslagen dient te worden van alle rechtsvervolging.
Met betrekking tot verdachte is een Pro Justitia rapportage opgemaakt door dr. [naam 6] , psychiater in samenwerking met M. Popal, psychiater in opleiding, gedateerd 18 maart 2016 en drs. [naam 7] , gz-psycholoog, gedateerd 30 december 2015.
In voornoemde rapportages wordt geconcludeerd dat bij verdachte schizofrenie, gedesorganiseerd type, is vastgesteld. Voorts is verdachte cannabisafhankelijk en heeft hij trekken van een antisociale persoonlijkheidsstoornis. Mogelijk is ook sprake van enige beperking van de intellectuele vaardigheden, al dan niet samenhangend met de psychiatrische stoornis.
De deskundigen hebben de zaken met parketnummer 05/720201-15 en 05/840646-15 in hun onderzoek betrokken. Psychiater [naam 6] adviseert verdachte ten aanzien van de poging doodslag als ontoerekeningsvatbaar te beschouwen en ten aanzien van de mishandeling in de [naam 8] en de diefstal van de flessen wijn bij [naam 9] als verminderd toerekeningsvatbaar te beschouwen. Psycholoog [naam 7] concludeert ten aanzien van voornoemde mishandeling en poging doodslag dat bij verdachte in ieder geval sprake is van een verminderde toerekeningsvatbaarheid, nu verdachte voorafgaand aan en tijdens de delicten in enige mate gehinderd werd door een psychose.
Beide deskundigen adviseren aan verdachte een klinische behandeling op te leggen, als voorwaarde bij een (deels) voorwaardelijke straf. Aanvankelijk dachten de deskundigen aan oplegging van de maatregel tot klinische plaatsing in een psychiatrisch ziekenhuis, maar gelet op de invloed van het middelengebruik op de toerekenbaarheid van verdachte, is dit bijgesteld.
De psychiater heeft ter terechtzitting van 23 maart 2016 het verschil in de mate van toerekenbaarheid voor de feiten nader toegelicht. Kort gezegd heeft de psychiater verklaard dat verdachte zich wist te herinneren dat hij op de dag van de mishandeling en de diefstal de dag was begonnen met blowen waarna hij op pad was gegaan, hetgeen volgens de psychiater duidt op bewust handelen. Ten tijde van de poging doodslag was dit anders. Verdachte was toen erg psychotisch. Hij verbleef op dat moment al bij Pro Persona en gebruikte (hierdoor) geen cannabis meer.
De rechtbank overweegt dat het grootste deel van de bewezenverklaarde feiten zich hebben afgespeeld binnen een periode van drie maanden. Los van het gedrag dat verdachte tijdens het plegen van deze strafbare feiten heeft vertoond, schrijft de politie in verschillende
processen-verbaal onder meer “verdachte is bekend bij de GGZ”, “de medewerkers van Pro Persona hebben tegen het personeel op de cellengang gezegd dat verdachte [verdachte] te warrig is om er iets mee te kunnen” en “er is niet met verdachte te communiceren. Hij weet niet waar hij over praat en leeft in zijn eigen wereld”. Uit de stukken blijkt bovendien dat verdachte al sinds 2009 bekend is met psychoses. De rechtbank ziet dan ook aanleiding om aan te nemen dat de psychische toestand van verdachte in de periode mei tot augustus niet aanmerkelijk verschilde van zijn toestand op 28 augustus 2015 en ten aanzien van de andere feiten dus ook onder invloed van zijn stoornis heeft gehandeld. Dat aangenomen kan worden dat verdachte vóór augustus 2015 cannabis gebruikte en daarna niet maakt dit oordeel niet anders. Weliswaar is van cannabis bekend dat dit psychoses kan uitlokken maar niet uit te sluiten is dat verdachte zich reeds in een psychose bevond op het moment dat hij cannabis ging gebruiken, noch is bekend in welke mate het cannabisgebruik de psychische toestand van verdachte heeft beïnvloed.
Gezien de ernst van de stoornis van verdachte en de beperkte tijdspanne tussen de feiten, acht de rechtbank verdachte ten aanzien van alle bewezenverklaarde feiten volledig ontoerekeningsvatbaar. De feiten kunnen verdachte gelet op zijn stoornis ten tijde van de delicten daarom niet worden toegerekend. Dit maakt dat verdachte niet strafbaar is en dat de rechtbank hem zal ontslaan van alle rechtsvervolging.

7.Overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel

Verdachte heeft onder invloed van een stoornis een verpleger van de instelling waar hij verpleegd werd zodanig bij zijn keel gegrepen dat deze dreigde het leven te verliezen, wat slechts is voorkomen door kordaat ingrijpen van zijn collega. Daarnaast heeft verdachte vier vermogensdelicten (drie diefstallen en een beschadiging) en vijf andere geweldsdelicten (drie mishandelingen en twee bedreigingen) gepleegd.
Verdachte worden de feiten niet toegerekend omdat hij onder invloed van een stoornis handelde. Om die reden kan verdachte geen straf worden opgelegd. Wel kan de rechtbank bepalen dat een maatregel zal worden toegepast.
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen maatregel gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon en de omstandigheden van de verdachte zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, waarbij onder meer is gelet op:
- het uittreksel uit het algemeen documentatieregister, gedateerd 9 februari 2016;
- een multidisciplinair rapport van drs. [naam 7] , gz-psycholoog, gedateerd
30 december 2015 en van dr. [naam 6] , psychiater, in samenwerking met
M. Popal, psychiater in opleiding, gedateerd 18 maart 2016.
De rechtbank is op basis van voornoemde rapportages van oordeel dat de algemene veiligheid van personen het opleggen van de maatregel plaatsing in een psychiatrisch ziekenhuis eist. De kans op herhaling van gewelddadig gedrag wordt door beide deskundigen groot geacht omdat verdachte geen ziektebesef en inzicht heeft. De rechtbank zal daarom gelasten dat verdachte overeenkomstig het bepaalde in artikel 37 Sr in een psychiatrisch ziekenhuis zal worden geplaatst voor een termijn van een jaar.
7a. De beoordeling van de civiele vordering(en), alsmede de gevorderde oplegging van de schadevergoedingsmaatregel
Benadeelde partij [slachtoffer 5] (05/089426-15)
De benadeelde partij [slachtoffer 5] heeft zich in het strafproces gevoegd ter verkrijging van schadevergoeding ter zake van de bewezenverklaarde mishandeling. Gevorderd wordt een bedrag van € 300,-.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft verzocht de vordering te matigen en toe te wijzen tot een bedrag van € 200,-.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging stelt zich op het standpunt dat de vordering niet-ontvankelijk dient te worden verklaard nu deze onvoldoende is onderbouwd door de benadeelde partij.
Beoordeling door de rechtbank
Naar het oordeel van de rechtbank is, op grond van de gebezigde bewijsmiddelen en hetgeen verder ter terechtzitting met betrekking tot de vordering is gebleken, komen vast te staan dat [slachtoffer 5] als gevolg van de bewezen verklaarde mishandeling tot € 300,- schade heeft geleden, waarvoor verdachte naar burgerlijk recht aansprakelijk is. [slachtoffer 5] heeft daarbij in de vordering onder meer beschreven dat hij sinds de mishandeling een piep in zijn oor heeft, waarvoor hij een doorverwijzing naar een KNO-arts heeft gekregen. Dit gevolg maakt dat de vordering voor toewijzing vatbaar is.
De gevorderde wettelijke rente is toewijsbaar vanaf 8 mei 2015.
Benadeelde partij [slachtoffer 6] (05/113688-15)
De benadeelde partij [slachtoffer 6] heeft zich in het strafproces gevoegd ter verkrijging van schadevergoeding ter zake van de bewezenverklaarde beschadiging. Gevorderd wordt een bedrag van € 241,30.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft verzocht de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 6] tot betaling van het bedrag van € 241,30 toe te wijzen.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging refereert zich aan het oordeel van de rechtbank.
Beoordeling door de rechtbank
Naar het oordeel van de rechtbank is, op grond van de gebezigde bewijsmiddelen en hetgeen verder ter terechtzitting met betrekking tot de vordering is gebleken, komen vast te staan dat de benadeelde partij als gevolg van de bewezen verklaarde beschadiging van een abri tot €241,30 schade heeft geleden, waarvoor verdachte naar burgerlijk recht aansprakelijk is. De vordering is voor toewijzing vatbaar.
De gevorderde wettelijke rente is toewijsbaar vanaf 10 juni 2015.

8.De toegepaste wettelijke bepalingen

De beslissing is gegrond op de artikelen 24c, 36f, 37, 45, 57, 91, 285, 287, 300, 310 en 350 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 2, 26, 55 en 56 van de Wet wapens en munitie.

9.De beslissing

De rechtbank:
 Spreekt verdachte vrij van de onder 05/100026-15, 05/154401-15, 05/094113-15, 093742-15 feit 1, 05/106587-15 en 05/100734-15 tenlastegelegde feiten.
 verklaart bewezen dat verdachte de overige tenlastegelegde feiten onder 05/720201-15 primair, 05/176070-15, 05/840646-15 feiten 1 en 2, 05/265213-14 feiten 1 en 2,
05/168842-15 feiten 1 en 2, 05/089779-15, 05/093742-15 feit 2, 05/089426-15 en 05/113688-15, zoals vermeld onder punt 3, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert de strafbare feiten zoals vermeld onder punt 4;
 verklaart verdachte hiervoor
nietstrafbaar;
 ontslaat verdachte van alle rechtsvervolging
 gelast dat verdachte wordt geplaatst in een psychiatrisch ziekenhuis voor de duur van
1
(één) jaar.
De beslissing op de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 5] (05/089426-15)
 veroordeelt verdachte ten aanzien van de zaak met parketnummer 05/089426-15 tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [slachtoffer 5] , van een bedrag van € 300,- (driehonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 8 mei 2015 tot aan de dag der algehele voldoening en met betaling van de kosten van het geding en de tenuitvoerlegging door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
 legt aan veroordeelde de
verplichtingop
om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij [slachtoffer 5] , een bedrag
te betalen van € 300,- (driehonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 8 mei 2015 tot aan de dag der algehele voldoening, met bepaling dat bij gebreke van betaling en verhaal van de hoofdsom 6 dagen hechtenis zal kunnen worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
 bepaalt dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
De beslissing op de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 6] Nederland B.V. (05/113688-15)
 veroordeelt verdachte ten aanzien van de zaak met parketnummer 05/113688-15 tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [slachtoffer 6] Nederland B.V. gevestigd te Amsterdam (KvK-nummer [nummer 3] ), van een bedrag van € 241,30 (tweehonderd eenenveertig euro en dertig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 juni 2015 tot aan de dag der algehele voldoening en met betaling van de kosten van het geding en de tenuitvoerlegging door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
 legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij [slachtoffer 6] Nederland B.V. gevestigd te Amsterdam (KvK-nummer [nummer 3] ), een bedrag te betalen van € 241,30 (tweehonderd eenenveertig euro en dertig eurocent, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 juni 2015 tot aan de dag der algehele voldoening, met bepaling dat bij gebreke van betaling en verhaal van de hoofdsom 4 dagen hechtenis zal kunnen worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
 bepaalt dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
Dit verkort vonnis is gewezen door mr. J.J.H. van Laethem (voorzitter), mr. G. Noordraven en mr. R.G.J. Welbergen, rechters, in tegenwoordigheid van mr. N. Baaziz, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 6 april 2016.