In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 26 augustus 2015 een vonnis gewezen in een geschil tussen de publiekrechtelijke rechtspersoon NED. ORG. VOOR TOEGEPAST NATUURW. ONDERZ. TNO (hierna: TNO) en de gedaagden, [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2]. TNO vorderde betaling van subsidievoorschotten die door Ingepro Renewables waren ontvangen, maar niet aan TNO waren doorbetaald. De rechtbank heeft in een tussenvonnis van 11 februari 2015 geoordeeld dat de voorschotten prompt doorbetaald hadden moeten worden aan TNO, en dat de gedaagden moesten bewijzen dat er een afwijkende afspraak was gemaakt. Tijdens het getuigenverhoor heeft [gedaagde sub 1] verklaard dat er een mondelinge afspraak was gemaakt met A.M. de Boo, maar deze verklaring werd door De Boo ontkend. De rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor de gestelde mondelinge afspraak en dat [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2] niet in hun bewijslevering waren geslaagd. De rechtbank concludeerde dat [gedaagde sub 1] persoonlijk aansprakelijk was voor het niet nakomen van de overeenkomst en het onbetaald laten van de factuur. De vorderingen van TNO tegen [gedaagde sub 1] werden toegewezen, terwijl de vorderingen tegen [gedaagde sub 2] werden afgewezen, omdat er geen bewijs was dat zij bemoeienis had gehad met de activiteiten van Ingepro Renewables. TNO werd veroordeeld in de proceskosten van [gedaagde sub 2].