Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.[gedaagde sub 1] ,
[gedaagde sub 2]
1.De procedure
- het proces-verbaal van comparitie van 23 januari 2014
- de conclusie van repliek van TNO
- de conclusie van dupliek van [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2] .
2.De feiten
geeft aan bezorgd te zijn over de openstaande bedragen en
3.De vordering
4.Het verweer
5.De beoordeling
“Indien subsidieontvangers samenwerken in een samenwerkingsverband, verstrekt Onze Minister de voorschotten via de penvoerder aan de subsidieontvanger. Deze betaling geldt als betaling aan de subsidie-ontvanger.”
“conform de subsidieregeling”is opgetreden. In de overeenkomst is ook vastgelegd dat Ingrepro Renewables als penvoerder verantwoordelijk is voor
“de prompte doorbetaling van de gelden”en dat de subsidie door de penvoerder zal worden verdeeld zoals overeengekomen in een ingediend kostenoverzicht. Vast staat dat door Agentschap NL voorschotten op grond van het subsidiebesluit aan Ingrepro Renewables zijn uitgekeerd. Uit een en ander volgt dat de uitgekeerde voorschotten niet kunnen aangemerkt als
“binnengekomen debiteurenbetalingen”, zoals [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2] hebben betoogd die mochten worden aangewend voor het voldoen van (andere) verplichtingen van Ingrepro Renewables. Nu niet betwist is dat de bedragen die bij de factuur in rekening zijn gebracht, gelet op het bij de aanvraag om subsidie ingediende kostenoverzicht, behoren tot de kosten waarvoor aan TNO subsidie is verleend, hadden de ontvangen voorschotten tot het bedrag van de factuur dus op grond van de overeenkomst prompt doorbetaald dienen te worden aan TNO. In zoverre faalt het verweer van [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2] .
6.De beslissing
25 februari 2015voor uitlating door [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2] of zij bewijs willen leveren door het overleggen van bewijsstukken, door het horen van getuigen en / of door een ander bewijsmiddel,
bewijsstukkenwillen overleggen, die stukken direct in het geding moeten brengen,
getuigenwillen laten horen, de getuigen en de verhinderdagen van de partijen en hun advocaten op dinsdagen, woensdagen, donderdagen en vrijdagen in de maanden april tot en met juni 2015 direct moeten opgeven, waarna dag en uur van het getuigenverhoor zullen worden bepaald,
alle partijenuiterlijk twee weken voor het eerste getuigenverhoor
alle beschikbare bewijsstukkenaan de rechtbank en de wederpartij moeten toesturen,