Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
(hierna aangeefster)van het leven te beroven dan wel om haar zwaar lichamelijk letsel toe te brengen. De rechtbank zal verdachte dan ook van het onder primair en subsidiair tenlastegelegde vrijspreken.
Daar komt bij dat aangeefster en [getuige 1] de eerste keer weliswaar in dezelfde ruimte, de woonkamer van de buurvrouw, [getuige 2] , zijn gehoord maar zowel uit de verklaring van [getuige 1] afgelegd tegenover de rechter-commissaris als het proces-verbaal van bevindingen van de verhorende verbalisant volgt dat er tijdens dat verhoor geen contact heeft plaats gevonden tussen aangeefster en [getuige 1] en dat ze allebei met hun eigen verhoor bezig waren. Daarbij heeft het tweede verhoor in een afzonderlijke ruimte plaatsgevonden.
3.Bewezenverklaring
of omstreeks27 juli 2015 in de gemeente Ede [slachtoffer 1] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht,
althans met zware mishandeling,immers heeft verdachte opzettelijk dreigend die [slachtoffer 1]
en/of de/het be(e)n(en), althans het lichaam, vastgepakt en
/of(vervolgens) opgetild (terwijl die [slachtoffer 1] nabij de reling van het balkon op de vijfde verdieping/etage stond) en
/of
(voor)over de reling van het balkon (van een flat) op de vijfde verdieping/etage gehangen/gehouden (waardoor die [slachtoffer 1] met haar bovenlichaam over de reling hing en met haar gezicht naar de grond keek);
of omstreeks27 juli 2015 in de gemeente Ede opzettelijk en wederrechtelijk een ruit en
/ofeen telefoon,
in elk geval enig goed, geheel of ten deletoebehorende aan
(respectievelijk
)[slachtoffer 2] en
/of[slachtoffer 1] ,
in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte,heeft
/ofbeschadigd
en/of onbruikbaar gemaakt;
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van het feit
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.Overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel
8.De toegepaste wettelijke bepalingen
9.De beslissing
gevangenisstrafvoor de duur van
8 (acht) maanden;
4 (vier) maanden,
niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, wegens niet nakoming van na te melden voorwaarden voor het einde van de proeftijd die op drie jaren wordt bepaald;
De beslissing op de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1] (feit 1 meer subsidiair en feit 2).
- veroordeelt verdachte ten aanzien van feit 1 meer subsidiair en feit 2 tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [slachtoffer 1] , van een bedrag van € 1.172,57 (duizendhonderdtweeënzeventig euro en zevenenvijftig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 27 juli 2015 tot aan de dag der algehele voldoening en met betaling van de kosten van het geding en de tenuitvoerlegging door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
- verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in haar vordering;
- legt aan veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij [slachtoffer 1] , een bedrag te betalen van € 1.172,57 (duizendhonderdtweeën- zeventig euro en zevenenvijftig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 27 juli 2015 tot aan de dag der algehele voldoening, met bepaling dat bij gebreke van betaling en verhaal 21 dagen hechtenis zal kunnen worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
- bepaalt dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;