ECLI:NL:RBGEL:2015:6394
Rechtbank Gelderland
- Wraking
- W.J. Vierveijzer
- F.J.H. Hovens
- K. Gilhuis
- R.J. Jue
- N.K. van den Dungen-Dijkstra
- G.S. van der Straaten
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek tegen rechters in strafzaak
In de zaak van verzoeker, wonende te Arnhem, heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Gelderland op 5 oktober 2015 een wrakingsverzoek afgewezen. Verzoeker had het verzoek ingediend tegen de rechters die betrokken waren bij de behandeling van zijn hoger beroep inzake een vordering tot inbewaringstelling. De wrakingsgronden waren opgenomen in het proces-verbaal van de terechtzitting. Tijdens de zitting van de wrakingskamer op dezelfde dag, heeft verzoeker zijn verzoek toegelicht, bijgestaan door zijn raadsman, terwijl de rechters en de officier van justitie, mr. H.G. Kuipers, ook aanwezig waren om verweer te voeren.
De wrakingskamer oordeelde dat het wrakingsverzoek was gericht tegen de rechters als rechters van de raadkamer, die als appèlinstantie fungeerden in de zaak van verzoeker. Verzoeker stelde dat de rechtbank vooringenomen was, omdat de rechters zonder overleg met de verdediging een zitting hadden gepland, terwijl volgens het protocol de raadkamer op donderdagen zitting houdt en alleen bij hoge uitzondering spoedeisendheid wordt aangenomen. De wrakingskamer concludeerde echter dat de beslissing van de rechters een procesbeslissing van organisatorische aard was en geen schijn van vooringenomenheid opleverde.
De wrakingskamer benadrukte dat het wrakingsinstrument niet bedoeld is om een onwelgevallige processuele beslissing aan te vechten. De beslissing van de rechters werd als niet onbegrijpelijk of ontoereikend gemotiveerd beschouwd. Uiteindelijk werd het wrakingsverzoek afgewezen, en de wrakingskamer concludeerde dat er geen sprake was van misbruik van het wrakingsmiddel. De beschikking werd openbaar uitgesproken door de wrakingskamer, met de mededeling dat tegen deze beslissing geen rechtsmiddel openstaat.