2.6.De volgende posten moeten dus nog worden onderzocht:
Nr. Omschrijving Bedrag volgens opgaaf [verweerder in conventie/eiseres in reconventie]:
1. Magazijncontainer plaatsen en weer afvoeren € 425,70
2. Container afvoeren op zaterdag 13-04-2013 € 302,50
4. Bouwstop vanwege asbestsloop door gemeente € 1.214,40
12. Tussenvloer t.b.v. luchtbehandelingskast (volgens opgaaf [verweerder in conventie/eiseres in reconventie]: € 6.196,48; volgens
opgaaf [eiseres in conventie/verweerster in reconventie]: € 5.621,90)
15. Aanpassing aan E-installatie, e.e.a. conform opgave architect + [rest niet leesbaar, rechtbank] € 18.700,-
16. Bouwkundige aanpassingen volgens definitieve tekeningen € 40.516,55
17. W-installatie incl. de reeds uitgevoerde werkzaamheden (volgens opgaaf [verweerder in conventie/eiseres in reconventie]:
€ 23.939,72; volgens opgaaf [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] € 21.439,72)
18. Schilderwerk volgens opgave Rogier d.d. 02-08-2013, + mail d. [rest niet leesbaar, rechtbank] € 31.944,-
19. Brandwerend plafond 2de verdieping + dak brandwerend maken € 1.253,29
20. Vertraging door asbest in wand 1ste verdieping € 2.543,40
21. Houtrot aan kozijnen, diverse dorpels / ramen vervangen € 1.100,-
22. Sparingen van Paridon dicht zetten € 2.090,-
24. Vervallen tegelwerken -/- € 6.787,41
26. Bouwplaatskosten naar rato € 15.225,31
28. Nieuwe meranti trappen € 11.990,-
29. Stagnatie door te late beslissingen opdrachtgever € 9.774,60
30. Stucwerk achtergevel € 1.505,90
31. Stelpost H&S -/- € 1.359,04
32. Sparingen t.b.v. Paridon € 1.541,-
2.6.1.Ad 1. Magazijncontainer plaatsen en weer afvoeren
1) [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] stelt dat zij hiervoor geen schriftelijk akkoord heeft gegeven.
2) [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] voert aan dat de magazijncontainer op last van de gemeente moest worden weggehaald, omdat de vergunning niet in orde was. Zij legt een e-mailbericht van [betrokkene] aan [betrokkene] van 21 maart 2013 over, waarin zij [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] inlicht over de plaatsing ervan. Verder is daarbij het besluit van de gemeente van 3 april 2013 overgelegd, waarbij op aanvraag van [betrokkene] een ontheffing is verleend voor oneigenlijk gebruik van openbare grond; het betreft het plaatsen van bouwhekken en containers. De gemeente schrijft: “Wegens de late indiening van uw aanvraag is het niet mogelijk om de ontheffing voor aanvang van de werkzaamheden te verlenen.” De vergunning wordt verleend voor de periode van 1 april tot en met 1 juli 2013. [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] wijst op artikel 3 lid 1 AVA 1992, waarin bepaald is, voor zover hier van belang:
“De opdrachtgever zorgt ervoor dat de aannemer tijdig kan beschikken:
-over de voor de opzet van het werk benodigde gegevens en goedkeuringen (zoals vergunningen, ontheffingen en beschikkingen), zo nodig in overleg met de aannemer;
(…)
-over voldoende gelegenheid voor aanvoer, opslag en/of afvoer van bouwstoffen en hulpmiddelen;”
3) [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] leidt uit een en ander af dat het plaatsen van de container en het verwijderen ervan omdat de vergunning niet in orde is voor rekening en risico van [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] komt.
4) Naar het oordeel van de rechtbank volgt uit de aangehaalde bepaling uit de AVA 1992 (waarvan vast staat dat de aannemingsovereenkomst mede daardoor wordt beheerst) dat de kosten van plaatsing van de container in beginsel voor rekening van [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] komen. [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] heeft echter niet gesteld dat zij [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] daarop heeft gewezen en haar een redelijke termijn heeft gesteld om deze verplichting na te komen. Zij heeft ook niet toegelicht waarom zij de verwijdering ervan niet aan [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] heeft overgelaten. Uit de stukken blijkt niet dat partijen zijn overeengekomen dat [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] dit werk zou uitvoeren op kosten van [eiseres in conventie/verweerster in reconventie]. Die kosten kunnen dan ook niet op [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] worden verhaald, zodat de vordering in zoverre zal worden afgewezen.
2.6.2.Ad 2. Container afvoeren op zaterdag 13-04-2013
1) [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] voert aan dat ook op dit punt geen schriftelijk akkoord gegeven is.
2) [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] biedt voor het geval dat nog geen eindvonnis wordt gewezen aan te bewijzen dat [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] telefonisch haar akkoord heeft gegeven voor het afvoeren van de container.
3) [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] zal tot bewijslevering worden toegelaten, omdat ook overigens nog geen eindvonnis gewezen zal worden.
2.6.3.Ad 4. Bouwstop vanwege asbestsloop door gemeente
1) Ook op dit punt is volgens [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] geen schriftelijk akkoord gegeven. Zij verwijst op het als productie 63 overgelegde overzicht meer- en minderwerk naar haar e‑mailbericht aan [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] van 18 maart 2013, in het tussenvonnis aangehaald onder 2.4.2. Daarin is vermeld dat “alle momenteel uitgevoerde werkzaamheden voor Risico van vdwaterbouw zijn.”
2) [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] verwijst naar de volgende bepalingen uit de AVA 1992:
“
ArtikeI 4: AANSPRAKELIJKHEID VAN DE OPDRACHTGEVER
(…)
5.Indien na de totstandkoming van de overeenkomst blijkt dat het bouwterrein verontreinigd is of de uit het werk komende bouwstoffen verontreinigd zijn, is de opdrachtgever aansprakelijk voor de daaruit voor de uitvoering van het werk voortvloeiende gevolgen.”
“
Artikel 7: UITVOERINGSDUUR, UITSTEL VAN OPLEVERING EN SCHADEVERGOEDING WEGENS TE LATE OPLEVERING
(…)
5.Indien de aanvang of de voortgang van het werk wordt vertraagd door factoren, waarvoor de opdrachtgever verantwoordelijk is, dienen de daaruit voor de aannemer voortvloeiende schade en kosten door de opdrachtgever te worden vergoed.”
3) [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] heeft een aantal e-mailberichten in het geding gebracht, waaruit volgens haar blijkt dat partijen overleg hebben gevoerd over het uitvoeren van nader onderzoek en dat het werk stilgelegen heeft.
4) Naar de rechtbank begrijpt gaat het hier om kosten die voor [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] voortvloeien uit de stillegging van het werk door de gemeente nadat in het pand asbest was aangetroffen. De rechtbank is van oordeel dat - anders dan [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] kennelijk bedoelt te stellen - het e-mailbericht van [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] aan [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] van 18 maart 2013 klaarblijkelijk geen betrekking heeft op de gevolgen van de aanwezigheid van asbest, die immers pas later bekend geworden is. Een schriftelijk akkoord van [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] om de desbetreffende kosten te maken was niet vereist, omdat de bouwstop werd opgelegd door de gemeente en [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] krachtens de AVA 1992 aansprakelijk is voor de daaruit voor de uitvoering van het werk voortvloeiende gevolgen. In dit licht is het verweer van [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] onvoldoende concreet gemotiveerd, zodat het door [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] gevorderde bedrag van € 1.214,40 exclusief BTW zal worden toegewezen.
2.6.4.Ad 12. Tussenvloer t.b.v. luchtbehandelingskast
1) [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] volstaat ter toelichting van deze post met de omschrijving “mailbericht met omcirkeld minderwerk” voor een bedrag van € 5.621,90.
2) Volgens [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] gaat het na verrekening van een post minderwerk van € 1.122,- om een bedrag van € 5.633,16 exclusief 10% opslag en BTW.
3) [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] heeft onvoldoende concreet toegelicht hoe de juistheid van haar stelling kan worden afgeleid uit de stukken die zij bij dit punt in het geding heeft gebracht. Wel is met een pijl de post minderwerk daarin aangegeven, maar een vingerwijzing naar een tussenvloer ten behoeve van een luchtbehandelingskast ontbreekt. [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] heeft de vordering in reconventie in zoverre onvoldoende gemotiveerd betwist; [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] heeft niet gesteld dat [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] dit werk niet heeft uitgevoerd. Deze meerwerkpost komt dan ook in aanmerking voor toewijzing.
2.6.5.Ad 15. Aanpassing aan E-installatie, e.e.a. conform opgave architect […]
1) Volgens [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] is de onderbouwing van deze post door [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] niet juist; zij vermeldt daarbij “Bouwverslag d.d. 25-9”. Zij verwijst naar producties 1 (een e‑mailbericht met akkoord van elektrotechnisch installateur Baeten aan [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] van 29 augustus 2013 en een antwoord daarop van Baeten van 30 augustus 2013), 2 (een meerwerkoverzicht van 13 september 2013 met akkoord) en 3 (een factuur van [verweerder in conventie/eiseres in reconventie], ook van 13 september 2013). Op het genoemde meerwerkoverzicht is de bewuste post vermeld. De factuur betreft de tweede termijn meer- en minderwerk voor een totaal bedrag van € 75.000,- exclusief BTW. Iedere verdere toelichting ontbreekt.
2) [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] specificeert haar vordering als volgt: de offerte van Baeten beliep € 51.000,- exclusief BTW. Zij heeft op dit onderdeel een stelpost van € 34.000,- opgenomen in de aanneemsom, zodat resteert € 17.000,-, te vermeerderen met 10% opslag, in totaal € 18.700,-.
3) De gegevens van [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] en die van [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] zijn op dit punt gelijkluidend. [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] heeft niet gesteld dat [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] dit werk niet heeft uitgevoerd. Uit de door [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] overgelegde stukken volgt genoegzaam dat zij dit onderdeel van de vordering niet betwist, zodat het toewijsbaar is.
2.6.6.Ad 16. Bouwkundige aanpassingen volgens definitieve tekeningen
1) [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] vermeldt bij deze post dat de tekeningen basis zijn voor offertes en dat de tekeningen nimmer als definitief bestempeld zijn. Zij verwijst naar een viertal producties: productie 1: “eerste begroting 93k”;
productie 2: “begroting 58k”;
productie 3: “begroting 40k”;
productie 4: “onderbouwing geaccordeerd stuk basis 40k begroting.”
Stukken die op deze bedragen sluiten, om precies te zijn op € 93.054,19, € 58.961,63 en € 40.516,55, zijn bijgevoegd, evenals een overzicht “Meerwerk punt 20, onderbouwing”. Op dit stuk komen onder meer de volgende gegevens voor:
Niet uitgevoerd, welk doorberekend, niet akkoord: totaal excl. AKWR, excl. BTW € 4.876,04;
Meerwerk, akkoord: totaal excl. AKWR, excl. BTW € 1.474,-;
Minderwerk: akkoord: totaal excl. AKWR, excl. BTW € 2.885,83;
Afgewezen geen schriftelijk akkoord: totaal excl. AKWR, excl. BTW € 38.205,57;
Totaal door [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] Beheer te ontvangen van [verweerder in conventie/eiseres in reconventie], excl. BTW, excl. AKWR € 1.411,83.
2) [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] stelt dat partijen lopende het traject verschillende meer- en minderwerkbegrotingen hebben opgesteld op basis van de tekeningen van Varix, en dat het daarmee gemoeide bedrag een aantal malen is herzien. Zij verwijst naar het mailverslag dat in het tussenvonnis is aangehaald onder 2.4.17 (productie 87 bij de conclusie van antwoord in conventie/eis in reconventie, tabblad 16). Het gaat om het verslag van een bespreking tussen [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] en [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] op 30 september 2013, door [betrokkene] aan [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] verzonden op 7 oktober 2013, waarin onder meer te lezen staat:
“Door Varix is een lijst met nog uit te voeren werkzaamheden opgesteld die op hoofdlijnen het volgende bevat:
(…)
- al het meerwerk wordt uitgevoerd, wat verweven is met de werkzaamheden van Pubstone(trappen en trapsparingen).”
Volgens [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] is de daarbij gevoegde specificatie door [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] geaccordeerd.
3) De rechtbank leidt uit de aantekening “onderbouwing geaccordeerd stuk basis 40k begroting” op het als productie 63 overgelegde overzicht van [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] af dat partijen het eens zijn over het door [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] voor deze post opgevoerde meerwerkbedrag van € 40.516,55. [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] heeft haar overzicht “Meerwerk punt 20, onderbouwing” verder niet toegelicht. [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] heeft niet gesteld dat [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] dit werk niet heeft uitgevoerd. Dit onderdeel van de vordering van [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] is dus tot dit bedrag toewijsbaar.
2.6.7.Ad 17. W-installatie incl. de reeds uitgevoerde werkzaamheden
1) [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] verwijst bij deze post een viertal producties:
productie 1: Offerte op 10 december ontvangen;
productie 2: Bevestiging op 13 september akkoord;
productie 3: Meerwerkoverzicht 13 september met akkoord;
productie 4: Factuur al op 13 september gezonden.
Volgens de opgaaf van [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] gaat het om een bedrag van € 21.439,72.
2) [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] stelt zich op het standpunt dat het verweer van [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] onvoldoende gespecificeerd is. Zij wijst erop dat het bedrag voor deze post € 23.939,72 is volgens de door haar overgelegde specificatie, die gebaseerd is op de offerte van Installatietechniek Hartog B.V. te Nijmegen, die sluit op een netto projectprijs van € 22.324,38. [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] verrekent een stelpost van € 4.400,- en vermeerdert het bedrag met € 1.339,- voor arbeid en materiaal, € 2.500,- voor bouwkundige voorzieningen ten behoeve van de installatie en een opslag van 10%.
3) De rechtbank leidt uit de door [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] overgelegde producties af dat er geen verschil van mening bestaat tussen partijen over deze meerwerkpost. In een e-mailbericht van [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] aan [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] van 20 september 2013 is te lezen dat het meerwerk E en W akkoord is. [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] heeft niet gesteld dat [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] dit werk niet heeft uitgevoerd. [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] heeft het door haar opgegeven bedrag niet gespecificeerd. Het door [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] gevorderde bedrag, dat genoemd wordt in haar productie 87 en door [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] verder niet betwist is, is dan ook toewijsbaar.
2.6.8.Ad 18. Schilderwerk volgens opgave Rogier d.d. 02-08-2013, + mail d.[…]
1) [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] vermeldt bij deze post: “Mail bericht 02-08-2013 wordt 02-09-2013 mee bedoeld, dit is het totale bestek tbv een offerte.” Zij verwijst naar een vijftal producties:
productie 1: Contract Pubstone;
productie 2: Mail 30-9 sauswerk tapperij is akkoord;
productie 3: Bouwverslag 8 zit in opdracht Pubstone;
productie 4: meerwerkoverzicht [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] 31-10 hier voert hij wel 2700 euro inzake tapperij op;
productie 5: daadwerkelijke kosten 2700, zie mail Huijbers, dus 27% opslag.
2) [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] is van mening dat [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] daarmee haar reconventionele vordering in zoverre onvoldoende heeft weerlegd. Zij verwijst naar het meergenoemde e-mailbericht van [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] aan onder anderen [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] van 7 oktober 2013, waarin onder is vermeld:
“Door Varix is een lijst met nog uit te voeren werkzaamheden opgesteld die op hoofdlijnen het volgende bevat:
- basisopdracht wordt volledig uitgevoerd, behalve systeemplafond keukenruimten en incl. post [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] Beheer mbt buitenschilderwerk Tapperij.”
[verweerder in conventie/eiseres in reconventie] heeft ook e-mailberichten in het geding gebracht, onder meer van haar aan [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] van 18 september 2013 (“In onderstaande mail vinden jullie de offerte voor het schilderwerk, ook hier komen nog onze opslagen van 10% bij”) en 6 november 2013 (“We hebben nog steeds geen uitsluitsel m.b.t. het houtrot verhaal, betimmeringen boven kozijnen zijgevel en het schilderwerk”).
3) Uit een en ander, alsmede uit e-mailcorrespondentie tussen [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] en Huijbers Schilderwerken te Eindhoven, leidt [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] af dat [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] akkoord gegaan is met het schilderwerk voor het in het Overzicht meer- en minderwerk vermelde bedrag van € 31.944,-.
4) [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] heeft bij dit punt het Overzicht meer- en minderwerk in het geding gebracht waarop het bedrag van € 31.944,- voor schilderwerk vermeld is. Op de eigen versie van [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] van dit overzicht is in het geheel geen bedrag voor deze post vermeld, terwijl uit de hiervoor bedoelde e-mailcorrespondentie genoegzaam volgt dat voor dit schilderwerk opdracht is gegeven. [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] heeft het door [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] hiervoor opgevoerde bedrag onvoldoende gemotiveerd betwist, nog daargelaten dat de achter tabblad Punt 23 Deel 1 van 2 bij productie 63 bij de conclusie van antwoord in reconventie opgenomen producties geen nader licht werpen op het verweer. [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] heeft niet gesteld dat [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] dit werk niet heeft uitgevoerd. Het gevorderde komt dan ook in aanmerking voor toewijzing.
2.6.9.Ad 19. Brandwerend plafond 2de verdieping + dak brandwerend maken
1) [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] voert aan dat [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] dit werk nooit heeft uitgevoerd.
2) [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] biedt voor het geval dat nog geen eindvonnis wordt gewezen aan door getuigen te bewijzen dat zij dit werk heeft uitgevoerd.
3) [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] heeft niet aangevoerd dat partijen dit meerwerk niet zijn overeengekomen. [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] zal, nu nog geen eindvonnis gewezen zal worden, mogen bewijzen dat zij het werk heeft uitgevoerd. Slaagt zij in dat bewijs, dan zal het daarvoor gevorderde bedrag van € 1.253,29 toewijsbaar zijn.
2.6.10.Ad 20. Vertraging door asbest in wand 1ste verdieping
1) [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] vermeldt bij deze post: “nooit akkoord gegeven. Argumentatie zie mail daniel”. [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] doelt op een door haar overgelegd e-mailbericht van [betrokkene] aan [eiseres in conventie/verweerster in reconventie], waarin sprake is van - kennelijk niet voorzien - noodzakelijk onderzoek nadat bij de sloop van een binnenwand opnieuw asbest in de ruimte is verspreid. In dat bericht is sprake van vergoeding van sanerings- en advieskosten door [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] en vergoeding van de kosten van twee analyserapporten door [verweerder in conventie/eiseres in reconventie].
2) [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] stelt dat het hier om een intern bericht van [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] gaat, dat bij haar niet bekend is. Zij wijst erop dat strikt genomen geen sprake is van meerwerk, maar van de gevolgen van stillegging van de bouw nadat onverwacht opnieuw asbest was aangetroffen. Die stillegging heeft tot extra kosten geleid. Zij verwijst naar een productie 27, tabblad 20.
3) De rechtbank gaat ervan uit dat hier sprake is van een verschrijving: kennelijk is productie 87 bedoeld. Achter tabblad 20 van productie 87 bevindt zich een e-mailbericht van [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] aan haar raadsman van 13 november 2013, dat onder meer deze passage bevat:
“-1 tijdens sloopwerkzaamheden op de verdieping kwam dus nog weer eens asbest tevoorschijn in een wand, hier werden wij toen geconfronteerd dat wij plotseling één dag niet op de bouwplaats mochten komen, door deze plotselinge verandering konden wij en ook onze onderaannemer het personeel niet kwijt.”
4) Naar het oordeel van de rechtbank is dit onderdeel van de vordering onvoldoende concreet gemotiveerd. De hiervoor aangehaalde passage uit het e-mailbericht van [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] aan haar raadsman bevat slechts een uiterst summiere omschrijving van feiten die aan de vordering ten grondslag worden gelegd - nog daargelaten dat het ook hier om een intern e-mailbericht van [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] gaat, waarvan niet gesteld is dat ook [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] er kennis van heeft kunnen nemen. Het gevorderde bedrag van € 2.534,-, is dan ook niet toewijsbaar.
2.6.11.Ad 21. Houtrot aan kozijnen, diverse dorpels / ramen vervangen
1) [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] voert aan dat zij hiervoor geen opdracht heeft gegeven. Zij verwijst naar haar e-mailbericht aan [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] van 6 november 2013, waarin [betrokkene] uitdrukkelijk meedeelt: “[eiseres in conventie/verweerster in reconventie] Beheer geeft geen opdracht voor houtrotherstel.”
2) [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] legt haar e-mailbericht aan haar raadsman van 13 november 2013 over, waarin zij inderdaad meedeelt dat zij het houtrot niet heeft hoeven uit te voeren. “Wel heeft,” zo meldt [verweerder in conventie/eiseres in reconventie], “de schilder een reparatie post van € 1.00,= moeten uitvoeren om het schilderwerk af te kunnen maken.
Het houtrot wordt door ons dus niet geschilderd, het rotte hout zit dus nog steeds in de kozijnen en ramen.”
3) [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] heeft niet gesteld dat [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] haar opdracht heeft gegeven voor dit meerwerk, en zelfs niet dat zij [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] vooraf heeft ingelicht over de noodzaak ervan voor het afmaken van het schilderwerk. Daardoor is [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] kennelijk afgeweken van de afspraak - overeenkomstig de AVA 1992 - dat meerwerk vooraf moet worden overeengekomen. Zij heeft verder ook geen bewijs aangeboden op dit punt. Deze post komt dus niet voor rekening van [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] en zal worden afgewezen.
2.6.12.Ad 22. Sparingen van Paridon dicht zetten
1) [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] voert aan dat zij dit meerwerk niet heeft geaccordeerd.
2) [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] verwijst ook hiervoor naar haar e-mailbericht aan haar raadsman van 13 november 2013. Zij deelt mee, voor zover hier van belang: “Paridon, een medeaanemer heeft ons sparingen laten maken waardoor zij kanalen hebben aangebracht, nadat deze kanalen zijn aangebracht moesten deze sparingen ook weer dichtgezet worden, hiervoor geen opdracht gekregen, wel uitgevoerd omdat dit anders niet meer uit te voeren zou zijn geweest en ook dat wij geen waterschade in het pand wilden hebben.”
3) Ook op dit punt stelt [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] niet dat zij, alvorens dit meerwerk uit te voeren, overleg heeft gepleegd met [eiseres in conventie/verweerster in reconventie]. In aanmerking genomen dat partijen veelvuldig overleg voerden over de voortgang van het werk, is de rechtbank van oordeel dat dit op haar weg gelegen had. Nu [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] geen opdracht heeft gegeven komt dit meerwerk niet voor haar rekening en zal deze post worden afgewezen.
2.6.13.Ad 24. Vervallen tegelwerken
1) [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] vermeldt in haar overzicht: “was eerst 8400 euro, zie bijlage.” Zij legt een overzicht “wijz. tegelwerk Verb. Korenmarkt 18+19 te Arnhem” over, waarop enkele posten in handschrift gemarkeerd zijn. Het bedrag van deze minderwerkpost valt hier zonder nadere toelichting, die ontbreekt, niet uit af te leiden.
2) In het overzicht van [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] staat deze post genoteerd voor een bedrag van € 6.787,41.
3) De rechtbank leidt uit de notitie van [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] af dat zij ermee bekend is dat het bedrag van de minderwerkpost gewijzigd is. Op het voor meerwerk toe te wijzen bedrag komt dan ook het door [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] opgegeven bedrag van € 6.787,41 in mindering.
2.6.14.Ad 26. Bouwplaatskosten naar rato
1) [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] vermeldt in haar overzicht:
“Naar aanleiding van de minderwerkposten, bouwplaatskosten inzake de basisovereenkomst verrekenen. (…) Er zijn posten vervallen uit de basisopdracht, wat tot minderwerk heeft geleid. De bouwplaatskosten dienen daarom bijgesteld te worden. Deze post zou minderwerk moeten zijn. Over het meerwerk zijn door [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] reeds bouwplaatskosten doorberekend. Bouwplaatskosten zijn 8,9% over 17k minderwerk. Dit maakt -1513.00.”
2) In het meergenoemde e-mailbericht van [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] aan haar raadsman is over deze post vermeld: “er is ons gevraagd om de bouwplaatskosten naar rato te verrekenen, dit hebben we hierbij gedaan;” in handschrift is nog toegevoegd: “”Bpk na rato als percentage van Het Meerwerk.” [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] berekent de bouwplaatskosten “door de omvang van het door haar berekende meerwerk te relateren aan de oorspronkelijke totaalopdracht ad € 272.000,--.” [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] stelt nog een andere methode voor berekening van de bouwplaatskosten voor, namelijk het totaal van het begrote onderdeel bouwplaatskosten te delen door het aantal weken en dat saldo vervolgens te vermenigvuldigen met het aantal weken dat het werk langer heeft geduurd. Volgens [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] is onbetwist dat het werk door toedoen van [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] later is opgeleverd dan overeengekomen. Zij staat verder op het standpunt dat het door haar berekende bedrag van € 15.225,31 evenmin betwist is.
3) Dit laatste is gegeven het verweer van [eiseres in conventie/verweerster in reconventie], die de bouwplaatskosten begroot op een te verrekenen bedrag € 1.513,-, kennelijk onjuist. Partijen zijn het er wel over eens dat een vergoeding voor bouwplaatskosten op haar plaats is, maar verschillen van mening over de manier waarop die moet worden berekend. [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] stelt twee manieren van berekening voor, zonder daaruit met zoveel woorden een keus te maken.
4) Artikel 7:752 BW bevat voor de overeenkomst van aanneming van werk een regeling voor het geval dat partijen geen prijs is bepaald. In dergelijke gevallen is de opdrachtgever een redelijke prijs verschuldigd, waarbij rekening gehouden wordt met de door de aannemer ten tijde van het sluiten van de overeenkomst gewoonlijk bedongen prijzen en met de door hem ter zake van de vermoedelijke prijs gewekte verwachtingen. Blijkens de parlementaire geschiedenis van deze bepaling kan, indien de gewoonlijk door de aannemer bedongen prijs niet wordt aangetoond of deze buitensporig is, de redelijke prijs op een andere wijze worden bepaald, bijvoorbeeld door rekening te houden met gangbare prijzen.
5) Deze bepaling leent zich voor toepassing bij de bepaling van de prijs van een onderdeel van het aangenomen werk, in casu de bouwplaatskosten. Partijen zullen in de gelegenheid gesteld worden zich hierover uit te laten (zie hierna onder 2.6.23).
2.6.15.Ad 28. Nieuwe meranti trappen
1) De toelichting van [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] luidt: “Meranti stond in technische omschrijving zie bijlage - Punt heeft betrekking op begroting pubstone en is ook berekend zie bijlage”. Zij heeft een concept van de technische omschrijving - kennelijk van het gehele werk - van architect Varix in het geding gebracht.
2) [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] stelt dat uit de door [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] overgelegde stukken volgt dat het aanbrengen van meranti trappen behoorde tot de overeenkomst met Pubstone. [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] heeft vervolgens bepaald dat er uit een oogpunt van bezuiniging vuren trappen moesten worden aangebracht, wat [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] ook heeft gedaan. Pubstone heeft echter duidelijk gemaakt vast te houden aan de meranti trappen, waarna [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] opdracht heeft gegeven deze alsnog aan te brengen. Dat is gebeurd. Het daarmee gemoeide bedrag van € 11.990,- ligt dan ook voor toewijzing tegen [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] gereed, aldus [verweerder in conventie/eiseres in reconventie].
3) Naar het oordeel van de rechtbank is het verweer van [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] tegen dit onderdeel van de vordering vooralsnog onvoldoende concreet. Daartegenover heeft [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] onvoldoende duidelijk gemaakt waarom de trappen, die naar haar eigen zeggen behoorden tot de overeenkomst met Pubstone, nu voor rekening van [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] moeten komen. Op basis van het door [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] gestelde kan immers niet worden uitgesloten dat [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] op dit punt is opgetreden voor en namens Pubstone. Partijen zullen zich hierover nog kunnen uitlaten voor en aleer de rechtbank een beslissing neemt (zie hierna onder 2.6.23). Indien nodig zal [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] moeten bewijzen dat [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] de gewijzigde opdracht voor eigen rekening heeft gegeven.
2.6.16.Ad 29. Stagnatie door te late beslissingen opdrachtgever
1) Ook dit onderdeel van de vordering van [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] in reconventie betreft geen meerwerk, maar schade als gevolg van stagnatie die naar zij stelt door [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] is veroorzaakt.
2) Het verweer van [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] houdt niet meer in dan dat [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] vertraagt en dit aan haar doorberekent.
3) [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] staat op het standpunt, ook reeds verwoord in de conclusie van antwoord in conventie/eis in reconventie, dat de vertraging in de bouw is veroorzaakt door [eiseres in conventie/verweerster in reconventie], zodat [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] moet opkomen niet alleen voor de extra bouwplaatskosten, maar ook voor een evenredig bedrag voor Algemene Kosten en Winst. Zij heeft immers, zo stelt [verweerder in conventie/eiseres in reconventie], de voorgenomen omzet niet kunnen realiseren in de daarvoor overeengekomen periode.
4) In het licht van de desbetreffende stellingen van [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] heeft [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] onvoldoende gemotiveerd verweer gevoerd. Ook het gevorderde bedrag van € 9.774,60 is niet betwist. Dit onderdeel van de vordering is dan ook toewijsbaar.
2.6.17.Ad 30. Stucwerk achtergevel
1) [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] vermeldt bij deze post in haar overzicht: “Zie opdracht pubstone.” Iedere toelichting ontbreekt.
2) De rechtbank is het met [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] eens dat deze post hiermee onvoldoende betwist is. Het bedrag van € 1.505,90 komt dan ook in aanmerking voor toewijzing.
2.6.18.Ad 31. Stelpost H&S
1) [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] noteert bij deze post: “3000 onderbouwing ontbreekt, uitrekenen”.
2) [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] brengt een specificatie in het geding, inhoudende dat ten laste van de stelpost - die inderdaad op € 3.000,- begroot was - werkzaamheden ten belope van € 1.764,51 zijn uitgevoerd. Volgens [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] is het minderwerkbedrag van € 1.359,04 exclusief BTW correct.
3) [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] zal zich hier nog over mogen uitlaten, nu uit de stukken niet blijkt dat zij reeds gelegenheid heeft gehad om de desbetreffende berekening te maken.
2.6.19.Ad 32. Sparingen t.b.v. Paridon
1) [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] noteert: “onderbouwing door bonnen ontbreekt, zie laatste bouwverslag afspraak.” Een bedrag vermeldt zij daarbij niet.
2) [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] concludeert hieruit dat [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] deze meerwerkpost ten belope van € 1.541,10 niet betwist.
3) De rechtbank is dit met [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] eens. De verwijzing van [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] naar een afspraak in een bouwverslag is te vaag om daar een betwisting van deze meerwerkpost uit af te leiden. Dit bedrag is dan ook toewijsbaar.
2.6.20.Op het overzicht van [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] komt nog een post “Extra werkzaamheden E-installatie” ten bedrage van € 63.232,07 met vermelding “niet akkoord” voor. Deze post ontbreekt op het overzicht van [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] en maakt dus kennelijk geen deel uit van haar vordering wegens meerwerk. De rechtbank zal er dan ook aan voorbijgaan.
2.6.21.Wat de punten 3, 23, 25 en 27 betreft zal de rechtbank bij gebreke van een toelichting bij de door [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] genoemde bedragen uitgaan van de opgaaf van [verweerder in conventie/eiseres in reconventie].
2.6.22.[verweerder in conventie/eiseres in reconventie] zal bewijs mogen bijbrengen als bedoeld in de rechtsoverwegingen 2.6.2 en 2.6.9.
2.6.23.Partijen zullen bij conclusie na deskundigenbericht als hierna bedoeld en/of (niet gehouden) enquête gelegenheid hebben zich uit te laten als bedoeld in rechtsoverweging 2.6.14 onder 5) en 2.6.15 onder 3). [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] zal zich dan bovendien kunnen uitlaten als bedoeld in rechtsoverweging 2.6.18 onder 3).
2.6.24.Na bewijslevering en uitlaten als hiervoor bedoeld zal een deskundigenbericht worden gelast ter zake van het door [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] toegepaste brandwerende materiaal, teneinde te kunnen beoordelen of dit gelijkwaardig is aan het door [eiseres in conventie/verweerster in reconventie] voorgeschreven materiaal, waarvan vast staat dat [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] dat niet heeft aangebracht. In een eerder stadium hebben partijen geen overeenstemming kunnen bereiken over de benoeming van een deskundige, zodat de rechtbank in zoverre zelf een beslissing zal nemen. Wel zullen partijen zich nog kunnen uitlaten over de te stellen vragen.
2.6.25.Iedere verdere beslissing wordt aangehouden, met dien verstande dat de hiervoor genomen beslissingen over de toewijsbaarheid van onderdelen van de vordering van [verweerder in conventie/eiseres in reconventie] in het vervolg van de procedure zullen gelden als ondubbelzinnig en zonder voorbehoud gegeven.