9.De beslissing
verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde feit, zoals vermeld onder punt 3, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert het strafbare feit zoals vermeld onder punt 4;
verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
veroordeelt verdachte wegens het bewezenverklaarde tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
8 (acht) maanden;
beveelt dat de tijd, door veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
bepaalt, dat een gedeelte van de gevangenisstraf groot 2 (twee) maanden,
niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, wegens niet nakoming van na te melden voorwaarde voor het einde van de proeftijd die op twee jaren wordt bepaald;
dat de veroordeelde zich voor het einde daarvan niet zal schuldig maken aan een strafbaar feit;
verklaart verbeurd de vrachtauto, merk Volvo en voorzien van kenteken [kenteken]
De beslissing op de vordering van de benadeelde partijen- [benadeelde 6]- [benadeelde 5]
- [benadeelde 4]
veroordeelt verdachte tot betaling van
schadevergoedingaan de
navolgende benadeelde partijenvan de hierna genoemde bedragen, telkens vermeerderd met de kosten van het geding en de tenuitvoerlegging door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden steeds begroot op nihil.
1. [benadeelde 6] € 8.057,40;
2. [benadeelde 5] € 9.551,10;
3. [benadeelde 4] € 12.285,00.
verklaart de
benadeelde partij De Boer voor het overige niet-ontvankelijkin haar vordering;
Legt aan veroordeelde tevens de verplichting op aan de Staat ten behoeve van de navolgende benadeelde partij(en) te betalen, met bepaling dat bij gebreke van betaling en verhaal hechtenis zal kunnen worden toegepast van na te melden duur zonder dat de betalingsverplichting vervalt.
Benadeelde partij Bedrag Vervangende
hechtenis
1. [benadeelde 6] € 8.057,40 75 dagen;
2. [benadeelde 5] € 9.551,10 82 dagen;
3. [benadeelde 4] € 12.285,00 96 dagen.
Bepaalt dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
verstaat dat indien en voor zover door de mededader en/of mededaders het betreffende schadebedrag is betaald, veroordeelde daarvan zal zijn bevrijd.
De beslissing op de vordering na voorwaardelijke veroordeling
Gelast de tenuitvoerleggingvan de straf, voorwaardelijk opgelegd bij vonnis van de Rechtbank Gelderland van 8 april 2013, parketnummer 05/702202-11, te weten:
een gevangenisstraf voor de duur van 2 (twee) weken.
Dit vonnis is gegeven door mr. H.G. Eskes (voorzitter), mr. T.P.E.E. van Groeningen en
mr. J. Wiersma, rechters, in tegenwoordigheid van mr. H.L. Miedema, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 22 juni 2015.