Uitspraak
Stichting Vivare
Rechtbank Gelderland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Gelderland geoordeeld over een vordering van Stichting Vivare tegen een huurder, die haar verplichtingen met betrekking tot het onderhoud van de tuinen van de gehuurde woning niet voldoende is nagekomen. Vivare, als sociale verhuurder, heeft de huurder vanaf oktober 2013 diverse keren aangesproken op het achterstallige onderhoud aan de voor- en achtertuin. Ondanks de tekortkomingen in het onderhoud, heeft de kantonrechter geoordeeld dat de geringe betekenis van de tekortkoming en de bijzondere omstandigheden, waaronder een overmachtssituatie voor de huurder, maken dat ontbinding van de huurovereenkomst niet gerechtvaardigd is.
De huurder heeft verklaard dat zij bedreigd wordt door haar buren, wat haar in staat heeft gesteld om het onderhoud aan de tuinen niet adequaat uit te voeren. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de huurder wel bereid is om het onderhoud uit te voeren, maar dat de bedreigingen en intimidaties door de buren een belemmering vormen. De kantonrechter heeft geconcludeerd dat Vivare, als sociale verhuurder, een verantwoordelijkheid heeft om de leefbaarheid in de wijk te waarborgen en dat het noodzakelijk is om de situatie tussen de huurders te onderzoeken.
Uiteindelijk heeft de kantonrechter de vordering van Vivare afgewezen, omdat de tekortkoming in het onderhoud niet van dien aard was dat ontbinding van de huurovereenkomst gerechtvaardigd was. De uitspraak benadrukt de rol van sociale verhuurders in het bevorderen van de leefbaarheid en het omgaan met problemen tussen huurders.