Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
nummer 900180, waarop vermeld stond dat er op 2 maart 2009 aan [medeverdachte] 28.000 (15.000 + 13.000) jonge hennen zijn geleverd en waarop vermeld stond “extra kosten in opfokperiode” tot een bedrag van € 3.905,00 [6] , dit terwijl in werkelijkheid 28.980 (15.950+13.030) jonge hennen waren geleverd [7] ;
nummer 100614, waarop vermeld stond dat er op 4 juni 2010 aan [medeverdachte] 26.500 (14.500 + 12.000) jonge hennen zijn geleverd en waarop vermeld stond “extra kosten in opfokperiode” tot een bedrag van € 11.365,46 [8] , dit terwijl in werkelijkheid 29.484 (16.000 + 13.504) jonge hennen waren geleverd [9] ;
nummer 110323, waarop vermeld stond dat er op 14 april 2011 aan [medeverdachte] 6.000 jonge hennen zijn geleverd en waarop vermeld stond “extra kosten in opfokperiode” tot een bedrag van € 4.329,82 [10] , dit terwijl in werkelijkheid 7.016 jonge hennen waren geleverd [11] ;
nummer 110229, waarop vermeld stond dat er op 3 maart 2011 aan [betrokkene 2] 37.625 jonge hennen zijn geleverd en waarop vermeld stond “extra kosten in opfokperiode” tot een bedrag van € 9.006,75 [12] , dit terwijl in werkelijkheid 39.938 jonge hennen waren geleverd [13] ;
nummer 901043, waarop vermeld stond dat er op 24 november 2009 aan [betrokkene 2] 37.700 jonge hennen zijn geleverd en waarop vermeld stond “extra kosten in opfokperiode” tot een bedrag van € 8.185,50 [14] , dit terwijl in werkelijkheid 40.024 jonge hennen waren geleverd [15] ;
nummer 900782, waarop vermeld stond dat er op 4 september 2009 aan [betrokkene 2] 19.550 (10.850 + 8700) jonge hennen zijn geleverd en waarop vermeld stond “extra kosten in opfokperiode” tot een bedrag van € 16.948,50 [16] , dit terwijl in werkelijkheid 24.100 (13.700 + 10.400) jonge hennen waren geleverd [17] ;
nummer 110413, waarop vermeld stond dat er op 31 mei 2011 aan V.O.F. [naam VOF/maatschap]72.700 jonge hennen zijn geleverd en waarop vermeld stond “extra kosten in opfokperiode” tot een bedrag van € 19.424,23 [18] , dit terwijl in werkelijkheid 77.214 jonge hennen waren geleverd [19] ;
nummer 100242, waarop vermeld stond dat er op 10/11 maart 2010 aan Maatschap [naam VOF/maatschap]72.780 jonge hennen zijn geleverd en waarop vermeld stond “extra kosten in opfokperiode” tot een bedrag van € 24.198,72 [20] , dit terwijl in werkelijkheid 79.108 (39.580 + 39.528) jonge hennen waren geleverd [21] ;
nummer 100030, waarop vermeld stond dat er op 19 januari 2010 aan [betrokkene 3] 16.600 jonge hennen zijn geleverd en waarop vermeld stond “extra kosten in opfokperiode” tot een bedrag van € 6.321,84 [22] , dit terwijl in werkelijkheid 18.190 jonge hennen waren geleverd [23] .
(de rechtbank begrijpt: verdachte [naam directeur])en de directie was daarvan ook op de hoogte. De klant was diegene die vroeg om minder hennen op de factuur te zetten dan er daadwerkelijk waren geleverd. Het zal er wel op neerkomen dat de klant deze tweede factuur niet zal tonen aan de controle-instantie. Getuige had wel eens aan [naam directeur] verteld dat hij (en anderen) moeite had(den) met deze gevoerde werkwijze, echter dan kwam het verhaal van de klantenbinding, aldus getuige Jilesen. [29]
“ik heb het idee dat we zowat standaard facturen maken met extra opfokkosten, maw extra opgezette hennen. Ik vraag me af of dit niet een keer problemen oplevert. Hoe denk jij hierover?”. [30]
“[naam]: de meer geleverde aantallen worden in extra opfokkosten op factuur opgenomen en kunnen problemen opleveren. Controles worden strenger; moeten we dit wel blijven doen? Dit gebeurt ook vaak op ons initiatief, als het ons goed uitkomt bij overschotten. Moeten we dit “begeleidingskosten” gaan noemen? Punt op agenda laten.”. [31]
“[naam] heeft uitgezocht dat bij ongeveer 50% vd klanten extra opfokkosten worden geteld (jan t/m okt). Ik ben echt bang dat we hier problemen mee krijgen aangezien ik hoor dat er zeer veel controle is op aantallen bij pluimveehouders. Wat is de oplossing?
ik stel voor dat we het als volgt gaan doen:
- aantal hennen verkoop maximaliseren tot 2% boven het PPE aantal
- als het ons zelf goed past bij overschotten zorgen dat we deze zoveel mogelijk bij andere kanalen wegzetten (…)
- lukt dit echt niet, dan de klant vragen en deze hennen begeleidingskosten noemen.
3.Bewezenverklaring
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van het feit
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.Overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel
Niet alleen [naam BV/NV], maar meerdere deelnemers uit de branche hielden deze constructie willens en wetens gezamenlijk in stand. Bedrijven als [naam BV/NV] zijn in dit soort praktijken een onmisbare schakel en verdachte speelt daarbij als directeur een belangrijke rol.
8.De toegepaste wettelijke bepalingen
9.De beslissing
taakstrafgedurende
240 (tweehonderdveertig) uren, met bevel dat indien deze straf niet naar behoren wordt verricht vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 120 (honderdtwintig) dagen;