Uitspraak
[verdachte](hierna te noemen: verdachte of [verdachte]),
1.De inhoud van de tenlastelegging
2.Het onderzoek ter terechtzitting
- Mts. [benadeelde 8] en [benadeelde 11];
- [benadeelde 3];
- [benadeelde 10];
- [benadeelde 1];
- [benadeelde 6] & [benadeelde 12];
- [benadeelde 5];
- Mts. [benadeelde 7] en [benadeelde 13] en
- Mts. [benadeelde 4] en [benadeelde 14]
- [benadeelde 15];
- [benadeelde 16];
- [benadeelde 17];
- [benadeelde 18];
- [benadeelde 19] (aanwezig ter terechtzitting d.d. 5 februari 2015).
3.De voorvragen
Uit vaste jurisprudentie van de Hoge Raad volgt dat niet-ontvankelijkverklaring van het openbaar ministerie in de vervolging als in artikel 359a Sv voorzien rechtsgevolg slechts in uitzonderlijke gevallen in aanmerking komt. Daarvoor is alleen plaats ingeval het vormverzuim daarin bestaat dat met de opsporing of vervolging belaste ambtenaren ernstig inbreuk hebben gemaakt op beginselen van een behoorlijke procesorde waardoor doelbewust of met grove veronachtzaming van de belangen van de verdachte aan diens recht op een eerlijke behandeling van zijn zaak is tekortgedaan (Hoge Raad, 30 maart 2004, ECLI:NL:HR:2004:AM2533).
aanvullendonderzoek te mogen doen waren er op gericht aan te tonen dat zich tussen de in beslag genomen schapen ook schapen bevonden die aan hem toebehoorden (verwantschap tussen schapen van verdachte(n) en de inbeslaggenomen schapen).
‘Het laatste verwantschapsonderzoek is opgezet door de gedupeerde schapenhouders zelf en ook gefinancierd door de schapenhouders, met hulp van ZLTO en ook gedeeltelijke gefinancierd door ZLTO’. Nu in deze zaak geen andere laboratorium een verwantschapsonderzoek heeft verricht, is voor de rechtbank voldoende duidelijk dat [benadeelde 10] doelde op het onderzoek bij het [laboratorium].
4.De beslissing inzake het bewijs
‘De wetgever heeft door middel van verschillende strafbepalingen beoogd de beschikkingsmacht van de rechthebbende op enig goed te beschermen. In artikel 310 Sr is strafbaar gesteld het opzettelijk onttrekken aan de feitelijke heerschappij van enig goed dat aan een ander toebehoort met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen. Het begrip enig goed komt daarbij een autonome strafrechtelijke betekenis toe.’
:Noord-Brabant); [4]
aangifte namens [benadeelde 9] van diefstal van 2 schapen tussen 6 augustus 2012 te 18:30 uur en 7 augustus 2012 te 10:00 uur uit een weiland aan de Lekdijk Oost te Lopik; [8]
hoe heet die plek’. [verdachte] antwoordde hierop per sms-bericht ‘
weet ik niet, gewoon tussen afrit drie en vier. Beers’. Een verbalisant heeft gerelateerd dat Beers een plaats in de omgeving van Cuijk is en dat in de nacht van 11 juli 2012 schapen zijn gestolen in Linden op een locatie gelegen tussen de afritten 3 en 4 van de A73. Voorts stuurt medeverdachte [medeverdachte 1] op 11 juli 2012 om 22:27:24 uur een sms-bericht aan medeverdachte [medeverdachte 2] ‘
afrit onderaan links richting Cuijk dan naar de Mac weer links richting de havens die weg alsmaar volgen dan zie je mij heel eind verderop staan succes’. Die nacht om 01:15:01 uur krijgt medeverdachte [medeverdachte 1] van medeverdachte [medeverdachte 2] een sms-bericht ‘
Draai m in de wei!’. Door de verbalisant wordt opgemerkt dat men 2 uur moet optellen bij de genoemde tijden die bij de sms zijn vermeld om de daadwerkelijke te tijd te hebben. [33]
- het aantreffen van grote groepen schapen onder verdachten, welke over verschillende weiden van verschillende verdachten stonden geplaatst en op verschillende stallijsten (al dan niet op een vrij merk) stonden geregistreerd;
- het (onder die schapen) aantreffen van een aanmerkelijke groep gestolen schapen, welke schapen op meerdere momenten van verschillende aangevers en ook van verschillende locaties zijn gestolen;
- het aantreffen van de gestolen schapen betrekkelijk kort na de diefstallen;
- het ontbreken van enige aannemelijke verklaring voor de aanwezigheid van deze gestolen schapen;
- de aanwezigheid van en de onderlinge contacten met de telefoons van de drie verdachten in de omgeving van de diefstallen op ongebruikelijke nachtelijke tijdstippen waarbinnen de diefstallen zijn gepleegd;
- de aanwezigheid van de voertuigen van verdachten (met veewagens) in de omgeving van drie diefstallen op nachtelijke tijdstippen waarbinnen die diefstallen zijn gepleegd;
- het ontbreken van enige aannemelijke verklaring voor die telefoongegevens en de aanwezigheid van de voertuigen;
- de belastende verklaringen van de verschillende getuigen;
- de wisselende verklaringen door [verdachte] en de tegenstrijdigheden in de verklaringen van [verdachte] en [medeverdachte 1],
- het forse aantal aangetroffen (grote) landbouwvoertuigen aangetroffen in meerdere loodsen van [verdachte];
- de aanzienlijke waarde die deze voertuigen vertegenwoordigen;
- de vaststelling dat deze voertuigen gestolen zijn na het aflopen van de huurcontracten met [betrokkene 5] dan wel [betrokkene 4];
- het feit dat de sleutels van de voertuigen zijn aangetroffen in het busje van [verdachte] op zijn woonerf en [verdachte] niet in het bezit was van enige papieren van deze voertuigen en
- de vaststelling dat [verdachte] voor de herkomst en aanwezigheid van die voertuigen geen aannemelijke verklaring heeft gegeven,
- het proces-verbaal van bevindingen, p. 822;
- het proces-verbaal van determinatie, p. 823;
- het proces-verbaal van verhoor verdachte, p. 824 en 825.
- het proces-verbaal van bevindingen, p. 830 t/m 833;
- het proces-verbaal van verhoor verdachte, p. 884.
5.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
6.De strafbaarheid van verdachte
7.De motivering van de sanctie(s)
- Mts. [benadeelde 8] en [benadeelde 11];
- [benadeelde 3];
- [benadeelde 10];
- [benadeelde 1];
- [benadeelde 6] & [benadeelde 12];
- [benadeelde 5];
- Mts. [benadeelde 7] en [benadeelde 13] en
- Mts. [benadeelde 4] en [benadeelde 14]
- [benadeelde 15]; vordering € 9.511,00;
- [benadeelde 16]; vordering € 7.737,39;
- [benadeelde 17]; vordering € 4.636,10;
- [benadeelde 18]; vordering € 12.000,00;
- [benadeelde 19]; vordering € 964,10.
8.De toegepaste wettelijke bepalingen
- 10, 27, 36f, 57, 91, 310, 311, 416 en 420bis van het Wetboek van Strafrecht;
- 2, 10 en 13 van de Opiumwet;
- 26, 55 en 56 van de Wet wapens en munitie.
9.De beslissing
- Veroordeelt de veroordeelde tegen kwijting aan [benadeelde 15], te betalen € 2.739,00 (tweeduizend zevenhonderd negenendertig euro).
- Veroordeelt de veroordeelde tevens in de kosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden vooralsnog begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken.
- Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering.
- Veroordeelt de veroordeelde tegen kwijting aan [benadeelde 17], te betalen € 2.795,10 (tweeduizend zevenhonderd vijfennegentig euro en tien eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 22 augustus 2012 tot aan de dag der algehele voldoening.
- Veroordeelt de veroordeelde tevens in de kosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden vooralsnog begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken.
- Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering.
- Veroordeelt de veroordeelde tegen kwijting aan [benadeelde 18], te betalen € 985,00 (negenhonderd vijfentachtig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 21 juli 2012 tot aan de dag der algehele voldoening.
- Veroordeelt de veroordeelde tevens in de kosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden vooralsnog begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken.
- Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering.
- Veroordeelt de veroordeelde tegen kwijting aan [benadeelde 19], te betalen € 694,10 (zeshonderd vierennegentig euro en tien eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 25 september 2012 tot aan de dag der algehele voldoening.
- Veroordeelt de veroordeelde tevens in de kosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden vooralsnog begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken.