Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.De procedure
- het tussenvonnis van 16 juli 2014
- het proces-verbaal van comparitie van 22 augustus 2014.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
5.160,00(2,0 punten × tarief € 2.580,00)
Rechtbank Gelderland
In deze zaak vordert de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid NAK Vastgoedontwikkeling Nederland B.V. (hierna: NVO) betaling van een bedrag van € 455.000,-- van de gedaagde partij, [gedaagde] B.V. De vordering is gebaseerd op een geldleningsovereenkomst die op 21 mei 2008 is gesloten, waarbij NVO een bedrag van € 500.000,-- aan [gedaagde] heeft geleend. De rechtbank Gelderland heeft op 5 november 2014 uitspraak gedaan in deze zaak, waarin de vraag centraal staat of de geldlening opeisbaar is. NVO stelt dat de lening opeisbaar is geworden omdat [gedaagde] zijn verplichtingen uit de overeenkomst niet is nagekomen. De rechtbank heeft vastgesteld dat [gedaagde] slechts een deel van de lening heeft afgelost en dat er nog een bedrag van € 5.000,-- en verschenen rente resteert. De rechtbank overweegt dat de voorwaarden voor opeisbaarheid zijn vervuld, omdat [gedaagde] in verzuim is geraakt door het niet voldoen van de aflossingsverplichtingen. De rechtbank wijst de vordering van NVO toe en veroordeelt [gedaagde] tot betaling van het gevorderde bedrag, vermeerderd met wettelijke rente en proceskosten. Tevens worden de beslagkosten toegewezen. De rechtbank concludeert dat de vordering van NVO toewijsbaar is, en dat [gedaagde] gehouden is tot betaling van het restant van de lening, ondanks de door [gedaagde] aangevoerde verweren.