Uitspraak
Stichting Diafaan
1.De procedure
2.De feiten
“De bonus bedraagt € 9.200,-- bruto op jaarbasis en zal worden toegekend op basis van vooraf met de heer [verwerende partij] overeengekomen doelstellingen, niet behorend tot de normale functie-uitoefening van de heer [verwerende partij]. Dit alles uitsluitend op voorwaarde dat de Wopt-norm ruimte voor een dergelijke bonus laat en op voorwaarde dat door toekenning van de bonus het op basis van de Beloningscode Bestuurders in de Zorg maximaal toegestane jaarsalaris niet wordt overschreden. (…)”
3.Het verzoek en het verweer
4.De beoordeling
- Verwijderen en afvoeren vloerbedekking
- Indien noodzakelijk egaliseren van de vloeren.
- Het plaatsen van een harde vloerbedekking.
- Wandafwerking
- Schilderen en afwerken (…)”
- in de door hem getekende opdrachtbevestiging staat dat er een offerte is, maar [verwerende partij] heeft zelf verklaard dat die er niet was. Van een bestuurder mag – zeker bij opdrachten van aanzienlijke omvang – worden verwacht dat hij bij het geven van opdracht de onderliggende stukken bekijkt;
- in 2008 was reeds voor een zeer aanzienlijk bedrag aan verbouwingskosten gemaakt voor de Kelsenhof. [verwerende partij] had moeten nagaan of nieuwe kosten nodig of terecht waren. Als er destijds 80 bewoners naar Kelsenhof zijn verhuisd en er zijn 87 of 92 appartementen opgeknapt valt, zonder nadere verklaring die ontbreekt, niet in te zien waarom in 2011 65 appartementen moeten worden gesaust en voorzien van nieuwe vloerbedekking.;
- De Kelsenhof is zeer korte tijd daarna gesloopt, zonder nader toelichting die ontbreekt, moet het ervoor worden gehouden dat [verwerende partij] minst genomen wist dat deze mogelijkheid bestond.
“1. De Raad van Bestuur is integer en stelt zich toetsbaar op ten aanzien van zijn eigen functioneren. Elke vorm en schijn van persoonlijke bevoordeling dan wel belangenverstrengeling tussen enig lid van de Raad van Bestuur en de zorgorganisatie wordt vermeden. Besluiten tot het aangaan van transacties waarbij tegenstrijdige belangen van bestuurders spelen die van materiële betekenis zijn voor de zorgorganisatie en/of voor de betreffende bestuurders, behoeven de goedkeuring van de Raad van Toezicht.”