2.19.In een e-mail van Top Milieu aan [naam 4] van 7 maart 2008 is het volgende vermeld:
Vandaag heb ik U en [eiseres] gesproken. Iedereen is razend benieuwd hoe het staat met de voortgang van het bodemonderzoek van TOP Milieu project 1808003 [plaats]. Er is door communicatie wellicht onduidelijkheid ontstaan. Vandaar dat ik deze E-mail stuur om U (mijn opdrachtgever) op de hoogte te brengen van de voortgang.
(…)
Er zijn op 7-2-2008 grond- en op 14-2-2008 grondwatermonsters genomen. Deze zijn ingezet voor analyse. Hieruit blijkt dat er van de onderzochte parameters:
Incidenteel in de bovengrond licht verhoogde concentraties aan bestrijdingsmiddelen, cadmium en nikkel aangetroffen zijn.
In de ondergrond geen verhoogde gehalten aangetroffen zijn.
Incidenteel in het grondwater licht verhoogde concentraties zink en nikkel aangetroffen zijn.
Door de langzame afhandeling van het verzoek om historisch onderzoek is dat pas op 28-2-2008 uitgevoerd.
Hieruit blijkt dat er op een naastgelegen perceel ([adres]) een geval van ernstige bodemverontreiniging met bestrijdingsmiddelen (geweest) is.
In het uitgevoerd bodemonderzoek is globaal naar bestrijdingsmiddelen gekeken. N.a.v. historisch onderzoek wordt aanbevolen gericht aanvullend onderzoek uit te voeren nabij deze deellocatie.
Binnen de onderzoekslocatie (perceel [nummer]: achter [adres]) hebben zich kassen en een loods bevonden. Deze waren t.t.v. het onderzoek niet meer aanwezig. Deze deellocatie is niet separaat onderzocht. Uit het historisch onderzoek blijkt dat er met bestrijdingsmiddelen gewerkt is. N.a.v. deze informatie wordt aanbevolen gericht aanvullend onderzoek uit te voeren op deze deellocatie.
Er vandaag aangegeven door de kopende partij, dat de locatie m.b.t. de bodemkwaliteit op 30-6-2008 geschikt dient te zijn voor het realiseren van bedrijfswoning(en).
Zoals doorlopend is de wet- en regelgeving in Nederland aan wijzigingen onderhavig. Zo ook de Wet Bodembescherming (Wbb), die in dit kader relevant is. Op de planning staat ondermeer dat de toetsingswaarden voor bestrijdingsmiddelen per 1-7-2008 zullen worden aangepast. Men wil bijvoorbeeld niet langer kijken naar de som DDD/DDE/DDT, maar men gaat voor deze bestrijdingsmiddelen afzonderlijke streef- en interventiewaarden formuleren. In bepaalde gevallen leidt dit ertoe dat strengere eisen gesteld worden aan de bodemkwaliteit. Omdat de datum van toetsing aan de doelstellingen en nieuwe wet- en regelgeving samenvallen, dient hier voor een adviseur naar gekeken te worden.
Kortom er dient voor het volledige inzicht in de bodemkwaliteit conform NEN 5740 en voor een afdoende onderbouwd advies nog verdere actie ondernomen te worden.
Het rapport waarin de stand tot dusver beschreven wordt, hoop ik in de week 11-2008 aan te kunnen leveren.