Uitspraak
VONNIS
[verdachte],
Beslissing
niet bewezen, dat verdachte het
primair of subsidiair ten laste gelegdeheeft begaan en
spreekt verdachte daarvan vrij;
benadeelde partij [slachtoffer 2] niet-ontvankelijk in zijn vordering.
Rechtbank Gelderland
In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 19 augustus 2014 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die betrokken zou zijn geweest bij een vechtpartij in de nacht van 27 op 28 december 2012 nabij café ‘de Hazeburg’ te Ermelo. De verdachte werd beschuldigd van openlijk geweld en mishandeling van twee slachtoffers. De tenlastelegging omvatte verschillende vormen van geweld, waaronder het slaan en stompen van de slachtoffers, wat leidde tot letsel en pijn.
Tijdens de zitting op 5 augustus 2014 heeft de officier van justitie geconcludeerd tot integrale vrijspraak van de verdachte. De reden hiervoor was dat de verschillende verklaringen over de betrokkenheid van de verdachte bij de vechtpartij moeilijk te beoordelen waren en dat er onvoldoende overtuiging bestond over zijn betrokkenheid. De raadsvrouw van de verdachte heeft eveneens aangevoerd dat er geen bewijs was voor enige betrokkenheid van de verdachte bij de vechtpartij, en dat hij daarom vrijgesproken diende te worden.
De rechtbank heeft de zaak beoordeeld en kwam tot de conclusie dat niet wettig en overtuigend bewezen was dat de verdachte het tenlastegelegde had begaan. De rechtbank sprak de verdachte vrij van alle beschuldigingen. Daarnaast werd de benadeelde partij, die een vordering tot schadevergoeding had ingediend, niet-ontvankelijk verklaard in zijn vordering, aangezien de verdachte was vrijgesproken van het hem tenlastegelegde. De benadeelde partij kan zijn vordering alleen indienen bij de burgerlijke rechter.