Uitspraak
[verdachte]
Rechtbank Gelderland
In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 29 juli 2014 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van twee pogingen tot gekwalificeerde diefstal. De tenlastelegging omvatte onder andere het inbreken in een woning in Malden op 27 maart 2014, waar de verdachte werd aangetroffen met gestolen goederen, en het proberen te stelen van een bliksemafleider van de St. Laurentiuskerk in Kekerdom op 18 maart 2014. Tijdens de zitting op 15 juli 2014 werd de verdachte bijgestaan door zijn raadsvrouw, mr. C.H.W. Janssen, en de officier van justitie, mr. M.E.B. Rasing, heeft gerekwireerd. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op 27 maart 2014 door de politie werd gevolgd en uiteindelijk in de woning werd aangetroffen. De verdediging voerde aan dat er sprake was van onrechtmatige stelselmatige observatie, maar de rechtbank oordeelde dat de observatie niet als stelselmatig kon worden aangemerkt. De rechtbank oordeelde dat de poging tot diefstal in de woning wettig en overtuigend bewezen was, maar dat er geen sprake was van een voltooide diefstal. Voor de poging tot diefstal van de bliksemafleider in Kekerdom werd eveneens bewezen verklaard dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan een poging tot diefstal. De rechtbank legde een gevangenisstraf van zeven maanden op, rekening houdend met het strafblad van de verdachte, dat 44 pagina's omvatte, en de ernst van de feiten. Daarnaast werd de vordering van de benadeelde partij, het Kerkbestuur, tot schadevergoeding van €120,- toegewezen. De rechtbank oordeelde dat de verdachte strafbaar was en sprak hem vrij van het primair tenlastegelegde feit, maar verklaarde de subsidiaire en tweede tenlastelegging bewezen.